HISTORIE 97
EERSTE TITEL VOOR
TRAINER MICHELS
MET 122 GOALS NAAR
TITEL NUMMER TWAALF
Met een ereronde in het Olympisch Stadion vieren Co Prins, Frits Soetekouw, Rinus Michel, Piet Keizer,
Sjaak Swart, Theo van Duivenbode en Johan Cruijff op 18 mei 1966 het drie dagen eerder in Enschede
behaalde landskampioenschap. FOTO: JAN MUD
1966
Na de tiende titel volgde een mindere periode die zes
jaar duurde. Wel was er de eerste internationale prijs.
In I962 won Ajax de Intertoto Cup. De finale was een
Nederlands onderonsje, waarin Ajax met 4-2 won van Fe-
ijenoord. Een historisch dieptepunt werd in 1965 bereikt
toen Ajax als vierde van onder eindigde. Op 22 januari
I965 werd Rinus Micheis aangesteld als opvolger van de
opgestapte Buckingham. Ook het debuutduel van Johan
Cruijff, op 15 november I964 tegen GVAV eindigde in
mineur: 3-1 voor de Groningers. Cruijff scoorde het enige
Ajax-doelpunt. In de zomer van I965 keerden Co Prins
en FHenk Groot terug naar Ajax. Van PSV kwam doelman
Gert Bals. FHun routine, gevoegd bij de talenten die Ajax
rijk was, maakte van de degradatiekandidaat van vorig
seizoen de favoriet van deze voetbaljaargang. Cruijff werd
met zestien competitiedoelpunten in zijn eerste echte
seizoen direct clubtopscorer: Micheis liet zijn ploeg met
veel succes in een 4-2-4-systeem spelen. Dat resulteerde
door een 2-0-overwinning op FCTwente op 15 mei 1966
in het elfde landskampioenschap.
1967
Ook Europa maakte kennis met het fraaie voetbal van Ajax.
Na topduels tegen Besiktas en Liverpool (de legendarische,
door Ajax met 5-1 gewonnen 'mistwedstrijd') viel in de
kwartfinale van de Europa Cup bij Dukla Praag echter het
doek voor de Amsterdammers. In eigen land stond geen maat
op de Ajacieden. Dat lieten zij in de ouverture bij Elinkwijk
(0-7) direct zien. In Amsterdam kregen de Utrechters later in
het seizoen zelfs met 8-0 klop. Er waren meer doelpuntrijke
uitslagen: Ajax - DWS 5-0, Ajax - Sparta 5-0, Ajax - Feijenoord
5-0, Ajax - FCTwente 6-1Ajax - MW 8-3... Micheis wist in de
winterVeliborVasovic naar Amsterdam te halen. De routinier
bleek een uitstekende aanwinst. Op het eind van het seizoen
(waarin na vier jaar weer 34 in plaats van 30 wedstrijden
werden gespeeld) werd het nog even spannend voor Ajax
toen GVAV, dat in hun thuiswedstrijd met 3-8 te kijk was
gezet, met 0-1 won in Amsterdam. Maar in de overige drie
duels, uit bij Fortuna '54 (2-3), thuis tegen ADO (5-3) en
uit bij Xerxes (0-4) maakte Ajax aan alle eventuele illusies
van Feijenoord een einde. Met vijf punten voorsprong op
de Rotterdammers en met het onwaarschijnlijke aantal van
122 doelpunten won Ajax de nationale competitie. Johan
Cruijff had met 33 goals een enorm aandeel in de score,
maar ook Sjaak Swart (25 treffers) en Klaas Nuninga (23)
kenden een trefzeker seizoen.
Velibor Vasovic en Gert Bals hoeven niet zelf naar het
kampioensfeest te lopen. FOTO: ARCHIEF AJAX
Ijohan Cruijff en Henk Groot waren belang-
rijke pionnnen in de strijd om de titel van 1967.
1 FOTO: JAN MUD