6 DE AFTRAP
ICONEN
Ajax heeft veel om trots op te zijn: een rijke historie, een volle prijzenkast,
prachtige verhalen. Bovenal koestert Ajax zijn clubiconen, de grote namen
die de club groot gemaakt hebben.
Een I I I jaar oude vereniging als Ajax koestert haar
rijke historie als een van haar kostbaarste bezittin
gen.We koesteren de herinneringen aan prachtige
wedstrijden, aan juweeltjes van doelpunten, aan oog
strelende solo's, aan fabuleuze reddingen, aan dominant
samenspel. We hebben de beelden op ons netvlies, we
delen ze met elkaar
We koesteren de prijzen die Ajax heeft gewonnen. Van
dat eerste kampioenschap in 1918 tot het dertigste, dat
ons vorig seizoen zo intens gelukkig heeft gemaakt. We
zijn trots op onze prijzenkast met vier Europa Cups en
twee Wereldbekers. We zijn er trots op dat Ajax alle
Europese bekers minstens één keer gewonnen heeft,
óók de Europa Cup 2, de UEFA Cup en de Europese
Supercup. Dat kan maar een enkele club ons nazeggen.
We zijn trots op onze achttien nationale bekers.We zijn
trots op onze drie sterren.
We koesteren de verhalen. Over Jan de Natris, die in 1918
niet bij de eerste kampioenswedstrijd was omdat hij de
trein had gemist. Over de mistwedstrijd tegen Liverpool,
toen het zicht zo slecht was dat de helft van het publiek
in het Olympisch Stadion de fameuze 5-1-overwinning
Nog één keer de cup om- slechts van horen zeggen (juichen) had. Over de tussenlan-
wXrijdv'an'E«ne™n ding die Ajax in 1972 maakte op weg naar de Wereldbe-
der Sar. kerwedstrijd tegen Independiente om op de landingsbaan
een training af te werken. Over de karatetrap van Louis
van Gaal tijdens de Champions Leaguefinale in Wenen
(en zijn triomfantelijke herhaling ervan op het podium
op het Museumplein). Over het kuchje van Danny Blind,
waarna hij Ajax in Tokio met de winnende penalty naar
de tweede Wereldbeker schoot. Recent, over de vier
ontmoetingen tussen de broers Siem en Luuk de Jong
met Ajax tegen Twente, in het vorige seizoen.
Maar bovenal koesteren we de iconen. De mensen die het
gedaan hebben. De grote namen, op en buiten het veld,
die de club groot hebben gemaakt. Honderden voetbal
lers, bestuurders en verenigingsleden hebben hun steentje
bijgedragen. Sommigen van hen sprongen eruit. Zij groei
den uit tot iconen. Het zijn die speciale, tot de verbeelding
sprekende figuren met iets extra's in hun mars. In talent,
kundigheid, visie, clubtrouw.
In de Ajax Experience aan het Rembrandtplein worden de
iconen in de schijnwerpers gezet. Niet allemaal, daarvoor
zijn het er te veel. Het is slechts een greep, uit verleden
en heden. Marius Koolhaas, de voorzitter Sjakie Wolfs, de
materiaalman. Rinus Michels, de trainer Salo Muilen de
verzorger Bobby Haarms, de hersteltrainer
Iconen: een zwaar beladen woord. Dat is niet nodig. Ico
nen zijn voorbeeldfiguren. Gewone mensen van vlees en
bloed, maar wel mensen die uitzonderlijk veel voor de club
hebben betekend. En die wij daarom, uit dankbaarheid en
respect, graag op een voetstuk zetten. Zeker als zij* nog
steeds hun beste beentje voorzetten voor Ajax.
Iconen zitten niet in een ivoren toren. Integendeel.
Frank de Boen Dennis Bergkamp en Wim Jonk vormen
het technisch hart van de club.
Sjaak Swart speelt nog altijd mee
met Lucky Ajax en is dagelijks op de
Toekomst te vinden. Johan Cruijff en
Edgar Davids zitten in de raad van
commissarissen. Michael van Praag,
onze erevoorzitter, is boegbeeld
van de KNVB. Dick Schoenaker is
teammanager van Jong Ajax. Pim
van Dord is fysiotherapeut. Gerrie
Mühren en Wim Suurbierzijn scout.
Willem Schoevaart, erelid en 'wan
delende encyclopedie', is meer dan
tachtig jaar lid. Edwin van der Sar
speelde onlangs zijn afscheidswed-
strijd in de Amsterdam ArenA. We
gaan nog van hem horen.
Wij zijn Ajax. Wij zijn een rijke club.
Door ons verleden, door de prijzen,
door de mooie verhalen. En door
de mensen. Enkelen: clubicoon. Alle
anderen: even belangrijk.