De historie van Ajax is onlangs in beeld gebracht in het prachtige fotoboek 'Ajax
Wereldclub'. Van dat boek maken wij in deze presentatiegids graag gebruik. Wij streven
in deze presentatiegids niet naar een uitputtende beschrijving van de geschiedenis
van Ajax, maar willen dat de Ajax-fans zich een beeld vormen van de rijke historie van
de Amsterdamse club. Daarom hebben we gekozen voor een chronologische tijdsbalk,
waarop de ene periode door alle hoogtepunten uitgebreider aan bod zal komen dan de
andere. Wij hopen dat de supporters aan het einde van deze rubriek een mooi beeld
hebben van onze dynamische club.
1904: MANNEN VAN HET EERSTE UUR
in de begintijd was voetbal nog een elitesport voor 'heren
in geklede jas en bolhoed'. Om lid te mogen worden van
Ajax moest iemand goed kunnen voetballen, maar ook 'een
fatsoenlijk mens' zijn. Hier poseert een groep Ajacieden in
de speeltuin van het Rechthuys (het voormalige stadhuis) in
de Watergraafsmeer. De foto is genomen op 10 januari 1904,
nog geen vier jaar na de oprichting van Ajax. Vanaf links,
helemaal vooraan: J.C. van der Net en J. Moolhuijzen (die zijn
bolhoed heeft afgestaan aan de hond naast het bord). De rij
daarachter: Piet van Os, C.G. Hertel, Floris Stempel en Carel
Reeser. Tussen de schommel: Han Dade, Hermann Stallmann
en Willem Lamp. De namen van de man rechts en van de
twee mannen bovenop de schommel zijn niet bekend.
1912: EERSTE BUITENLANDSE TRIP
Ajax' eerste buitenlandse trip. In Boedapest op de bok naast de koetsier: Gerrit
Ziegeler. Achterop torent Louis Seylhouwer hoog boven iedereen uit. De twaalf
spelers, drie officials en trainer John Kirwan waren op 30 mei per trein vanaf het
Weesperpoortstation vertrokken. Het gezelschap stond onder leiding van voorzitter
Chris Holst, in het reisverslag werd gewag gemaakt van de weinig welriekende
heenreis doordat Seylhouwer in de trein zijn sokken had uitgetrokken. Seylhouwer
zou in Boedapest al in de eerste minuut scoren tegen MTK, dat met niet minder
dan acht internationals aantrad. Het krachtsverschil maakte de 5-1-nederlaag
nog draaglijk. De trip werd vooral gezien als heilzaam voor de clubgeest, wat in
de Ajax-annalen werd onderstreept met de zin: 'Ja die Clubgeest, wat is dat toch
een fijne kleine rakker.'
1910: GEKOSTUMEERDE WEDSTRIJD
In maart 1910 vierde Ajax het tienjarig bestaan met een gekostumeerde voetbal
wedstrijd. Het jubileum was aanleiding voor een week van festiviteiten, waaron
der drie vriendschappelijke wedstrijden tegen Engelse clubs. Achtereenvolgens
waren Woodford Albion (0-1), Roundhay (1-1) en Manchester University (0-0) de
tegenstanders. Verkleedpartijen waren vanaf het begin van de vorige eeuw een
gangbaar onderdeel van het programma als men iets te vieren had, maar deze
duels werden in normale voetbaloutfits gespeeld. Bij het vijfjarig bestaan dosten
Ajacieden zich al carnavalesk uit, en in 1945 gebeurde dat nog altijd. In 1950 werd
in het jubileumboek Ajax 1900-1950 genoteerd: 'U ziet, de pretzoekende mens
bleef hier zichzelve vrijwel gelijk. Cowboys, Clowns en "verklede vrouwen" waren
vijftig jaar geleden zo goed als nu succesnummers.'