De week van Gerard van der Lem
De laatste week van juli was voor assistent-trainer Gerard van der Lem een zeer gevarieerde.
Ajax sloot het trainingskamp in Duitsland af, de selectie maakte zich op voor de elftalfoto op
locatie, er werd geloot voor de voorronde en de maand eindigde met het Amsterdam Tournament.
tekst Monique Janse
fotografie Louis van de Vuurst
Trainingskamp
Op zaterdag 23 juli sluit Ajax de trainingskam
pen in de voorbereiding op het nieuwe seizoen
af. In Duitsland wordt nog een oefenwedstrijd
gespeeld en dan gaan de Ajacieden weer op huis
aan. 'Zo'n kamp is een perfecte gelegenheid om
de spelers beter te leren kennen,' aldus Gerard
van der Lem, die er in de loop der jaren al vele
meemaakte. 'Het is prettig om op die manier bij
elkaar te zijn. Je leert de spelers niet alleen als
voetballers maar ook als mensen kennen. Je ziet
hun gedragingen. Als Frank de Boer vroeger tij
dens het eten twee aardappelen opschepte in
plaats van de gebruikelijke drie, dan wist je dat
er iets niet j
Van der Lem valt op door zijn bevlogenheid in en buiten het veld. Hij zal niet
snel een speler over twintig meter toeschreeuwen wat er fout gaat. 'Je kan beter
wachten op een moment dat het rustig is en hem persoonlijk aanspreken. Dan
moet je hem ook niet te veel meegeven, maar er vooral een detail uitlichten.'
Zo bekijkt Van der Lem ook de wedstrijden, gedetailleerd. 'Ik ben vooral aan het
analyseren tijdens de wedstrijd. Hoe is de uitvoering? Wat is er afgesproken? Dan
kijk ik niet naar de uitslag, al is het leuk als je met 4-0 wint. Ik praat op de bank
veel met Danny Blind. Dan vragen we ons hardop af waarom een speler bijvoor
beeld niet twee meter naar links gaat. In de rust attendeer ik ze daarop. Meestal
weten ze zelf de situatie nog. Ik wil dan weten of ze de andere oplossing ook gezien
hebben.' De assistent-trainer slaat wat op het veld gebeurt, allemaal op in zijn
hoofd. 'Soms zie je wel honderd dingen, maar daar pak je de belangrijkste uit.
Zoals een balaanname. Als ik zie dat een verdediger de bal onder zich aanneemt,
dan spreek ik hem erop aan. Want onder druk kan hij zo geen kant uit. Waarom
zorg je niet dat je de bal een kleine meter voor je aanneemt, zodat je de bal én lang
naar voren kan spelen én breed kan spelen? Ik hoop dat hij het oppikt en in de
tweede helft de bal wel op die manier aanneemt. Misschien moet ik het nog een
paar keer tegen hem zeggen, want ik weet ook dat trainen veel herhalen is. Dat
geeft niet, het is mijn werk. Coachen is niets meer of minder dan een ander beïn
vloeden, in de hoop dat je aanwijzingen worden opgepikt. Dat lijkt nu wel iets
moeilijker te zijn dan vroeger. Net of de spelers gemakzuchtiger zijn dan destijds.
Dat zal goed kunnen, omdat er zoveel afleiding is tegenwoordig.'
70 Ajax Magazine