De geschiedenis van Ajax kent voornamelijk hoogtepunten Ajax is een voetbalclub die begon zoals er ruim honderd jaar geleden zoveel als paddestoelen uit de grond schoten. Een vriendenclubje besloot in georganiseerd verband die relatief nieuwe, uit Engeland afkomstige sport te gaan beoefenen. Anders dan bijna al die andere clubs uit de beginjaren hield Ajax stand. Geleidelijk veroverden de Amsterdamse rood-witten een vaste plek in de hoogste regionen van het vaderlandse voetbal. In de tweede helft van de vorige eeuw begon een vergelijkbare opmars, even standvastig, nu door Europa. Ook buiten Nederland bleek Ajax bepaald geen eendagsvlieg. De Ajax- geschiedenis kent voornamelijk hoogtepunten, en uit de mindere periodes is de club altijd sterker terug gekomen. De (over)winnaarsmentaliteit zit al 104 jaar vast verankerd in het wezen van Ajax. lisme in de club geïntroduceerd. Michels han teert de aanvallende speelstijl waar Ajax tot de dag van vandaag om bekend staat. In zes jaar wordt Ajax vier maal landskampioen en wint het drie maal de beker. Ajax bereikt als eerste Nederlandse club de finale van het Europa- Cuptoernooi voor Landskampioenen. In Madrid verliest Ajax in 1969 met 4-1 van AC Milan. In de gouden jaren 19711972 en 1973 verovert de club drie maal op rij de Europa Cup voor Landskampioenen. In de strijd om de Wereld Cup wordt in 1972 het Argentijnse Indepen- diente verslagen. Onder leiding van trainer Stefan Kovacs, de opvolger van Michels in 1971, brengen de Amsterdammers zowel in binnen- als buitenland de tegenstanders regel matig tot wanhoop. Johan Cruijff is de absolute spil van het ongenaakbare Ajax van de jaren ze ventig. Het gouden elftal geniet nog steeds een ongekende populariteit. Over de gehele wereld worden de namen van Cruijff, Arie Haan, Johan Neeskens, Piet Keizer, Wim Suurbier, Barry Dit elftal werd in 1939 kampioen van Nederland. Het was het vijfde landskampioenschap dat Ajax in de 'gouden jaren dertig' behaalde. Staand vanaf links: Gerrit Keizer, Henk Blomvliet, Ko Loois, Wim Anderiesen, Jan Schubert, Dick Been; gehurkt: Jan Stam, Gerrit Fischer, Rinus Bijl, Piet van Reenen, Erwin van Wijngaarden. Een handjevol vrienden, gegroepeerd rond Han Dade, Carel Reeser en Floris Stempel, richt in 1883 een voetbalclubje op. Dade is de eigenaar van een heuse leren bal en Stempel wordt later de eerste voorziter bij de oprichting van Ajax in 1900. Ze noemen de club 'Union', maar dopen deze in 1894 om in 'Footh- Ball Club Ajax'. Na een enthousiaste start speelt Ajax een vrij anonieme rol. In navolging van de vele kleine clubs die rond 1900 als paddestoe len uit de grond schieten, besluit het drieman schap van het eerste uur een brief te laten rond gaan waarin zij geïnteresseerden oproepen om na te denken over de oprichting van 'een geheel nieuwe voetbal vereeniging'. Tijdens de histori sche vergadering op 18 maart 1900 in Cafe Oost-lndië in de Kalverstraat 2 in Amsterdam wordt een nieuwe voetbalclub opgericht met de nu goed gespelde naam 'Football Club Ajax'. In 1910 besluit het bestuur dat er een sprong naar de eerste klasse moet worden gemaakt. Na een inzamelingsactie onder de leden wordt een Britse trainer gezocht om de gelederen te versterken. De eerste betaalde trainer in de Ajax-geschiedenis is de Ier John Kirwan. Ajax wint het kampioenschap van de Tweede Klasse in 1911. In het seizoen 1913-1914 degradeert de club weer naar de tweede divisie. Op de puinhopen bouwt de nieuwe trainer Jack Reynolds aan een nieuw elftal. De terugkeer naar de eerste divisie komt min of meer als een verrassing. In 1917 worden door een besluit van de NVB acht Tweede-Klassers gepromoveerd naar de klasse B van de eerste divisie. Ajax mag, als algeheel Tweede-Klassekampioen, direct in de Eerste Klasse A uitkomen. De herkansing in de hoogste klasse verloopt ijzersterk. Op 9 juni 1918 wordt Ajax ongeslagen landskampioen. Tot de glorierijke periode van begin jaren zeven tig gelden de jaren dertig als 'de gouden eeuw' van de club. In tien jaar tijd wordt Ajax zeven keer afdelingskampioen en vijf maal lands kampioen. Het seizoen 1964-1965 is een absoluut diepte punt in de na-oorlogse geschiedenis van Ajax. Drie punten slechts scheelt het of Ajax was ge degradeerd. Vic Buckingham trekt zijn conclu sies en vertrekt als trainer. Het bestuur, met Jaap van Praag als kersverse voorzitter, stelt Rinus Michels aan als opvolger. Michels is de eerste Nederlandse vaste trainer van Ajax en brengt de club naar de Europese top. Met de komst van Michels wordt ook het professiona- Hulshoff, Arnold en Gerrie Mühren, Johnny Rep, Ruud Krol en Velibor Vasovic nog moeiteloos op gedreund. Na de aanstelling van Johan Cruijff als tech nisch directeur in 1985 wordt in 1987 na veer tien jaar weer een internationale prijs aan de erelijst toegevoegd. Onder leiding van Cruijff verslaat Ajax in Athene Lokomotive Leipzig met 1-0 en wordt de Europa Cup voor Bekerwin naars gewonnen. Het winnende doelpunt wordt gescoord door Marco van Basten, de grote ster uit die periode. Aan het eind van de jaren tachtig ondergaat Ajax de moeilijkste periode in zijn geschiedenis. Niet alleen op sportief gebied krijgt Ajax tegenslagen te verduren. De FIOD-affaire, het staafincident en de vliegtuigramp met de SLM vormen zwarte bladzijden in de clubgeschiedenis. Het nieuwe bestuur, dat op 16 januari 1989 aantreedt met als voorzitter Michael van Praag, krijgt de taak om het vertrouwen van het publiek en de spon sors terug te winnen en Ajax op sportief niveau terug te brengen. Als eerste daad stelt het een ervaren trainer aan in de persoon van Leo Beenhakker, afkomstig van Real Madrid. Beenhakker behaalt voor het eerst sinds 1985 weer een landskampioenschap (1989-1990). Door de UEFA-straf voor het staafincident volgt hierop geen Europees avontuur. In september 1991 meldt Van Praag dat Beenhakker Ajax ver laat om naar Real Madrid terug te gaan. Al het vertrouwen wordt nu gesteld in de jonge as- Johan Cruijff aan de bal in de Europa-Cupfinale tegen Panathinaikos. 90 Ajax Magazine

AJAX ARCHIEF

Presentatiegids (1987-2013) | 2004 | | pagina 90