Foto: Ajax/Jeroen Slop
Ashanti Goldfields
Opgericht
Voorzitter
Algemeen directeur
Financieel directeur
Hoofdcoach
Hoofd jeugdopleiding Academy
Kleur
Shirtsponsor
Afdeling
Stadion
Capaciteit
Jeugdcomplexen
1978
Sam Jonah
Ad Zonderland
Gus Kessie
Hans van der Pluijm
Sief Ronde
Geel/zwart
Shell
Premier League (Ghana)
Len Clay Sports Stadium
30.000
Ofori (Obuasi); Daakye (Accra)
Het trainingscomplex Ofori in Obuasi, Ghana.
Nederlandse (voetbal)cultuur, hebben zich
de Ajax-normen eigen gemaakt en hebben
nu een plaats verworven in de hoofdmacht
van Ajax voor het seizoen 2001-2002.
Gabriel Mofokeng en Steven Pienaar (Ajax
Cape Town 2) en John Quansah
(Goldfields Al) zijn de eerste talenten
afkomstig van de Afrikaanse zusterclubs die
mogelijk in de toekomst hun opwachting
maken in diezelfde hoofdmacht. Daarnaast
is doelman Bram Verbist, afgelopen seizoen
al spelend in Ajax Al en afkomstig van
G.B.A., een ander voorbeeld van een speler
die uit de samenwerking kan doorgroeien
tot een hoog (Ajax-)niveau.
Stroomlijning volgens Ajax-model
Voor we zo ver zijn, moeten we de jongens
echter eerst in hun eigen land
voorbereiden. Mijn grootste taak in het
begin was dan ook om de verschillende
locaties te voorzien van professionele
trainers. Ook moest ik kijken hoe we de
jonge groepen konden stroomlijnen
volgens het Ajax-model. In zowel Zuid-
Afrika, als Ghana, als België zijn we
begonnen met een of meer personen met
de juiste achtergrond, ervaring en
kwaliteiten. Ieder van hen moest kunnen
werken, coachen en structureren volgens de
idealen van Ajax. Bovendien hebben deze
mensen de verantwoordelijkheid om de
ideeën in de praktijk te controleren en om,
waar noodzakelijk, het bestaande model
aan te passen aan de idealen van Ajax.
De verantwoordelijkheid voor deze aanpak
ligt nog steeds bij Ajax en mij. Samen
moeten we ervoor zorgen dat onze visie
door de trainers in het buitenland wordt
overgebracht en dat de spelers daar worden
ontwikkeld op de manier die Nederland
en, liever nog, Ajax kenmerkt. Het is een
tijdrovende klus die zijn basis heeft in de
gekwalificeerde mensen die de
verantwoordelijkheid voor de dagelijkse
activiteiten op zich nemen.
Aan de andere kant is het ook van belang
dat de verantwoordelijken in het
buitenland af en toe naar Amsterdam
komen. Dan kunnen ze namelijk met eigen
ogen aanschouwen hoe men hier te werk
gaat en wat het niveau is van de
verschillende leeftijdsgroepen bij Ajax. Het
is een manier om ze te leren de
verschillende aspecten met Ajax-ogen te
bekijken.
Integratie
De bedoeling van het internationale
programma is om ieder jaar de twee of drie
beste spelers per locatie naar Amsterdam te
halen voor een trainingsprogramma van
ongeveer drie weken.
Het aantal is afhankelijk van de kwaliteit
van de spelers; de duur van het programma
is afhankelijk van de activiteiten die er zijn
in die periode en de grootte van de groep,
die ook bepaald wordt door de spelers die
binnenkomen via de scouting.
In de eindfase van dit programma zullen
de spelers afhankelijk van leeftijd en
kwaliteit met verschillende jeugdelftallen
van Ajax meegaan naar toernooien.
Uiteindelijk wordt, in samenspraak met de
betreffende jeugdtrainers, technisch
directeur Leo Beenhakker, hoofd scouting
Ton Pronk, directeur jeugdopleiding Kees
Zwamborn, alsmede Tonnie Bruins Sluit
en ondergetekende de balans opgemaakt,
en proberen we zo goed mogelijk in te
schatten welke speler met welke kwaliteiten
we vanuit het buitenland aan de Ajax-
jeugdopleiding kunnen toevoegen.
Voor het nieuwe seizoen zullen dat vanuit
de buitenlandse clubs twee spelers zijn
afkomstig van G.B.A. en één van Ajax Cape
Town.
Het criterium blijft uiteindelijk dat
getalenteerde buitenlandse spelers moeten
aantonen dat ze van extra waarde zijn
willen ze in aanmerking komen voor een
plaats binnen de jeugdopleiding. Ze moeten
hier een rol spelen in het verbeteren van het
spel en ons ervan overtuigen dat ze een
grote kans hebben om het eerste elftal te
halen. Toch blijft het vaak een kwestie van
afwachten hoe de eindontwikkeling zal
verlopen. De laatste stap die een talentvolle
speler moet maken, die naar de
hoofdmacht, is tegelijkertijd de moeilijkste.
Ik ben nog steeds overtuigd van het
welslagen van de buitenlandse investeringen
van Ajax, mits we de goede balans vinden
tussen het stellen van doelen op korte en
lange termijn. De voortgang tot nu toe is
bemoedigend, maar we moeten geduld
opbrengen. Op de locaties zien we met
regelmaat de vooruitgang van zowel de
organisatie als de jeugdopleiding, van zowel
coaches als spelers, als ook van de resultaten
van de eerste elftallen. Uiteindelijk blijft de
graadmeter het aanbrengen van talent dat
op termijn geschikt is voor Ajax 1. Met de
lat zo hoog gelegd weten we waar we met
zijn allen voor moeten gaan binnen het
internationale traject, waarbij een optimale
samenwerking op alle technische vlakken
binnen Ajax, zowel in Amsterdam als in de
buitenlandse clubs, een noodzakelijke
voorwaarde is.
AJAX PRESENTATIEGIDS 2001
- 2002
149