De angst is dat Ajax het team niet bij elkaar kan houden. Maar Chivu liet zich nog niet gek maken door belangstelling van grote clubs als Barcelona en Lazio. De Roemeen verlengde zijn verbeterde contract tot juli 2006. cynisme moeiteloos van de schouders. Beenhakkers voetballeven was een leven van gaan, gaan, gaan. 'Na de meest dramatische ontknoping stond ik de volgende dag als eerste op om iedereen weer mee te sleuren. Ik heb het nooit half gedaan. Al die vijfendertig jaar: ik kan mijzelf niet verwijten ergens concessies te hebben gedaan. In de spiegel heb ik mijzelf altijd recht kunnen aankijken. Ik heb nooit een hekel aan mijzelf hoeven te krijgen.' Juist dan wordt hij geraakt door een ogenschijnlijke futiliteit. Maar het steekt écht dat het journaille nog steeds schampere opmerkingen maakt over de transfer van Ronald de Boer naar Twente in 1990. Alsof hij, Beenhakker, niet wist wat deze De Boer in de benen had. Beenhakker: '1990, FIOD-affaire: financieel zaten we tot onze nek aan toe d'r in. Ik had vier man voor één positie: Dennis Bergkamp, Wim Jonk, Ron Willems en Ronald de Boer. We hadden geen ene cent. De penningmeester kwam naar me toe en vroeg of het als-je- blieft bespreekbaar was. Bergkamp en Jonk, daar viel niet over te praten. Bleven over Willems en Ronald de Boer en voor Ronald was er concrete belangstelling van Twente. Dus Ronald ging. Omdat het financieel noodzakelijk was. Dat krijg ik nu nóg te horen. Dat ik het talent van Ronald de Boer niet heb onderkend.' De anekdote is interessant vanwege de 12 parallel. Ook anno 2001 wordt Leo Beenhakker namelijk geconfronteerd met de minder plezierige aspecten van zijn functie als technisch directeur. Aan hem - naast de taak als bouwer - de opdracht de selectie van 59 spelers te saneren. Dat de FIOD vlak na de laatste competitiewedstrijd tegen AZ Ajax visiteerde, berust op zuiver toeval, maar maakt de parallel des te intrigerender. Een oude Chinese wijsheid zegt: zelfs de langste reis begint met een eerste stap. Het zou het motto van Ajax kunnen zijn op de weg terug omhoog. In Beenhakkers woorden: 'Ajax is nog maar net begonnen.' De eerste stap noemt hij 'ijkpunt'. 'Ons eerste ijkpunt is de achterstand op PSV overbruggen. Die is er, die achterstand. Dat moeten we eerst maar eens accepteren. Als je met PSV de strijd om het landskampioenschap kunt aanbinden, dan doe je automatisch twee, drie stappen op het Europese front.' Remmende voorsprong Toch visualiseert Beenhakker een Europese toekomst voor Ajax die bepaald andere contouren heeft dan de gouden beginjaren negentig, waarvoor hij destijds als trainer zelf het fundament legde. Beenhakker: 'Het doel is dat Ajax regelmatig in de top van Europa meespeelt. Dat is op de eerste plaats een financieel verhaal. Het is bijna onmogelijk - en ik zeg dat met pijn in mijn hart - om weer een cyclus van vier of vijf jaar bij de Europese top te spelen, at geldt voor alle Nederlandse clubs. Maar dat betekent niet dat we niet incidenteel aan de poort kunnen rammelen.' Welke is zijn angst? 'Dat we het team niet bij elkaar houden. Kunnen we rekenen op vijf jaar Chivu, Van der Vaart, Hossam, Ibrahimovic, dan moet het mogelijk zijn...' De wereldsuccessen van Ajax begin jaren negentig lagen per slot van rekening ook besloten in de voedingsbodem voor jong talent. Jong talent dat bovendien lange tijd behouden bleef voor Ajax. Beenhakker: 'Allemaal tieners, begin twintigers: Blind, Vink, Wouters - die was dan al wat ouder, Jonk, Bergkamp, Schip, Roy, de De Boertjes... Louis van Gaal heeft het verder uitgebouwd. Ik heb een bescheiden bijdrage geleverd. De kracht school erin dat het allemaal zo lang bij elkaar heeft kunnen blijven.' Toch viel Ajax ten prooi aan de wet van de remmende voorsprong. 'Onze werkwijze werd meteen onze grootste vijand. In de Ajax-cultuur worden heel snel heel jonge spelers ingepast. Wij kennen geen schroom, wij accepteren dat. Tegelijk creëren we daarmee een vreselijk aantrekkelijke visvijver.' De Berlusconi's van deze aarde wierpen daar maar wat graag hun hengeltje in uit. En nog steeds. 'Chivu zit hier nu twee jaar. Hoe oud is-ie? Twintig, éénentwintig? Maar overal waar ik kom, is het: Chivu, Chivu, Chivu. Van der Vaart: idem dito. Van der Vaart, Van der Vaart, Van der Vaart. Een pikkie van net achttien!' De uitdaging Ajax terug op de kaart te zetten, is een grotere dan elders wapperen met handen vol papiergeld. 'Natuurlijk zijn er factoren bij Ajax die in mijn nadeel werken.' Maar jaloers is hij niet. En hij verlangt evenmin naar het gemak van een vette - zeg: Real Madrileense - clubkas. 'Dan hebben we maar geen honderden miljoenen.' Voor Ajax ligt de uitdaging veeleer in deze Beenhakkeriaanse stelling besloten: 'Zidane kopen voor 180 miljoen, dat kunnen we allemaal. Een Zidane vinden van zes miljoen, dat is mijn uitdaging.' Er zit trouwens weinig anders op. Shota Arveladze, vreest hij, moet hij al laten gaan. 'Ik, nee, wij allemaal willen Shota houden. Maar het gat tussen vraag en aanbod is niet te dichten. Daar komen we niet uit. Als we daar alle verhoudingen voor scheef moeten gaan trekken, dan zeg ik: dat moeten we niet doen. Het is jammer als Shota moet gaan. Maar ergens is het: helaas, tot hier en niet verder.' Zelfs dan heeft hij geen heimwee naar die speekwoordelijke Real Madrileense clubkas? Beenhakker: 'Bij Real Madrid zou ik het kunnen betalen. De vraag blijft of ik het wil betalen.' Hij heeft het allemaal al eens gezien. Hij heeft het allemaal al eens meegemaakt. Met Real Madrid drie maal op rij kampioen geweest. 'Dan weet ik toch waar ik bij Ajax aan begin?' Zijn hand wordt langzaam maar zeker zichtbaar. Een begin in overtuiging. 'Het is alleen de factor tijd. Ajax is een club die op termijn terugkomt waar hij hoort. Daar ben ik vast van overtuigd.' AJAX PRESENTATIEGIDS 2001 - 2002

AJAX ARCHIEF

Presentatiegids (1987-2013) | 2001 | | pagina 12