1950
1960
In 1950 vierde Ajax uitbundig het gouden
jubileum van de club en een
afdelingskampioenschap. Organisatorisch
gezien was het zesde decennium misschien
wel het meest tumultueuze in de clubgeschiedenis. In 1952 werd
een afdelingstitel gevolgd door een pijnlijke laatste plaats in de
kampioenscompetitie. Het volgende seizoen sloeg DWS in een
beslissingswedstrijd Ajax met 5-2 de kans op een nieuwe
afdelingstitel uit handen. Ondertussen stonden het Nederlandse
voetbal grote veranderingen te wachten. Nadat veel topspelers
Nederland verlieten om elders hun brood te verdienen en het
vaderlandse voetbal tot een bedenkelijk peil was afgezakt, groeide
de roep om betaald voetbal. Doordat de KNVB op principiële
gronden bleef weigeren, werd zelfs een onafhankelijke profbond
opgericht met een eigen competitie. Daarop haalde de KNVB
bakzeil en in november 1954 kreeg Nederland ook officieel betaald
voetbal.
Met voor het eerst een niet-Brit als trainer (de Oostenrijker Karl
Humenberger) plaatste Ajax zich in twee jaar zonder veel
problemen voor de nieuw gevormde eredivisie. Het eerste seizoen,
1956-1957, eindigde Ajax als landskampioen. De club verwierf zich
het recht volgend jaar in de nog nieuwe Europa Cup te spelen. Na
het Oostduitse Wismut te hebben uitgeschakeld, bleek Vasas
Budapest veel te sterk voor de Amsterdammers. In 1960 werd,
ditmaal na een beslissingswedstrijd tegen Feyenoord, opnieuw het
kampioenschap behaald. In Europees verband beet Ajax de tanden
stuk op het Noorse Fredrikstad.
Eddy Pieters Graafland onderschept een corner in de wedstrijd Stormvogels-
Ajax (2-2) op 21 maart 1954. Van links naar rechts de Ajacieden Klaas Bakker,
Cor Geelhuizen en Bob Haarms.
Op 20 november 1957 speelde Ajax voor het eerst een Europa-Cupwedstrijd.
In Karl-Marx-Stadt werd met 3-1 gewonnen van Wismut. Van links naar rechts
de Ajacieden Piet Ouderland, Piet van der Kuil, Sjaak Swart, Guus van Ham,
Wim Anderiesen, Willy Schmidt, Wim Feldmann en Ger van Mourik.
Het elftal van Ajax dat in 1960 de
beslissingswedstrijd tegen Feyenoord om het
kampioenschap met 5-1 won. Staand van links
naar rechts: Ger van Mourik, Wim Anderiesen,
Bertus Hoogerman, Werner Schaaphok, Ben
Muller en Kees Smit; zittend: Sjaak Swart, Henk
Groot, Wim Bleyenberg, Co Prins en Donald
Feldmann.