mij enorm aanspreekt. Een model waarbij
de amateurtak als verlengstuk dient van de
jeugdopleiding, dat moet zeker z'n
vruchten kunnen afwerpen. Jongens die
het op 18-jarige leeftijd nog niet redden,
kunnen er een paar jaar later ineens wél
staan. Je hebt nu eenmaal in alle takken
van sport vroeg- en laatbloeiers. Als er
ieder seizoen één speler vanuit de zaterdag
1 alsnog de stap zou kunnen maken naar
het tweede betaald voetbal, dan is de opzet
al geslaagd. Maar het probleem is dat jonge
spelers de gang van de Al naar de amateurs
zien als een degradatie. Die gaan dan liever
naar Volendam 2 of AZ 2. Terwijl in de
hoogste amateurklasse van het
zaterdagvoetbal veel beter gevoetbald
wordt dan bij die tweede elftallen. Er is
meer ambiance, een andere beleving, je
krijgt te maken met de pers. Bovendien is
bij Ajax alles pico bello in orde. De
training, de verzorging, spelers krijgen alle
aandacht. Maar de jongens geloven
gewoon niet dat er nog een weg terug
bestaat. Dat is het probleem.'
Het voetbaljaar '95-'96 werd opnieuw een
zware bevalling. De eerdere ervaring op het
hoogste niveau had het team, dat op
verscheidene plaatsen was gewijzigd,
behulpzaam moeten zijn bij de
voornaamste opdracht: overleven. Dat is
niet gelukt, maar net als in de
jeugdopleiding het geval is, is de opleiding
en de ontwikkeling van de spelers van
groter belang dan het winnen op zich. Al
wordt er uiteraard heel graag gewonnen.
Zeker door Spitz Kohn, die na een lang
ziekbed eindelijk weer helemaal hersteld
was. Zijn stimulerend professionalisme
werkte aanstekelijk op de wederom
jeugdige selectie, maar feit bleef dat het
verschil tussen tweede en eerste klasse
aanzienlijk was. Vooral fysiek werd de
Ajax-formatie op het hoogste niveau, zoals
voorzien was, enorm beproefd.
Na vijf verliespartijen op rij volgde in de
zesde competitieronde tegen Kloetinge
eindelijk een zege: 2-0. Een voorbeeld van
hoe het jeugdig, lichtvoetig enthousiasme
het keer op keer af moest leggen tegen de
bonkige doelgerichtheid van menig
tegenstander was de uitwedstrijd tegen
Valleivogels, in Scherpenzeel. De
cornerverhouding was 11-3 in het voordeel
van Ajax, maar de partij ging met 1-3
verloren. Spitz Kohn, bijna een jaar na
dato: 'We waren te licht en misten
AJAX PRESENTATIEGIDS 1996-1997
249