Ajax 2
van
foto's Louis van de Vuurst
Niets schuwt hij meer dan het voetlicht; Gerard van der Lem
gedijt beduidend beter in de schaduw. Helaas, bedenk je je als je
met hem praat. Want wie een verleden heeft als profvoetballer,
wie al zes jaar het voorportaal van Ajax' hoofdmacht bewaakt,
wie sinds 1991 een hecht en succesvol trainerskoppel vormt met
Louis van Gaal, die kan bloemrijk verhalen. Incidenteel laat hij
de buitenwereld meegenieten. En vertelt dan over verleden,
heden en toekomst, over zichzelf en over Ajax.
De drie gedaantes
Gerard van der Lem genoot zijn
jeugdopleiding bij Ajax, waar hij op
zeventienjarige leeftijd werd weggestuurd.
Hij speelde betaald voetbal bij FC
Amsterdam, Roda JC, Feyenoord, Sparta
en FC Utrecht. Bij laatstgenoemde club
werd hij afgekeurd op zijn knieen. Van der
Lem: 'Ik was zelf een heel moeilijke jongen
als speler. Zei wat ik dacht, was nogal
eigenwijs. De enige trainer met wie ik goed
kon opschieten was Vaclav Jezek, bij
Feyenoord. Voor hem had ik een heel apart
gevoel. Zijn kracht was dat hij niet alleen
een goede trainer, maar ook een goed
mens was. Hij durfde zich kwetsbaar op te
stellen. Dat was tegelijkertijd zijn zwakte.
In m'n eentje heb ik hem tegenover de hele
groep moeten verdedigen. Ik had nou
eenmaal wat met die man, net als Nico
lansen, m'n grote vriend bij Feyenoord.
We gingen 's avonds vaak met z'n tweetjes
bij Jezek langs in zijn flatje in Rotterdam,
lekker ouwehoeren tot diep in de nacht.
Met alle andere trainers botste ik
voortdurend. In de jeugd bij Ajax ook, ja.
Later hoorde ik dat mensen er speciaal op
stonden te letten als ik aan het trainen was,
stonden ze te kijken hoe lang het duurde
voordat ik van het veld werd gestuurd.
Toen ik zeventien was kreeg ik te horen dat
ik helemaal niet meer welkom was.
Verschrikkelijk vond ik dat. Ik zal nooit
vergeten dat ik, nadat ik het had gehoord,
de poort van de Meer uitliep, de
Middenweg op. De hele Middenweg heb ik
gehuild, tot bus 8 op de Kruislaan aan toe.
Toen ik daar eenmaal in zat, heb ik tegen
mezelf gezegd: "Verdomme, hier laat ik het
niet bij zitten, ik zal ze laten zien dat ik als
profvoetballer kan slagen." Dat verhaal
vertel ik nog vaak als we een jonge speler
moeten zeggen dat hij bij Ajax niet meer
verder kan. Van Gaal zit daar ook bij, die
zegt dan dat hij ook maar een paar keer in
het eerste van Ajax heeft gespeeld. Maar
dat maakt ons toch geen mindere mensen?
Een carrière vlak onder de top is toch ook
niet gek?'
Met het hart
'De mooiste periode uit mijn eigen
loopbaan is moeilijk aan te geven. Overal
heb ik mooie dingen meegemaakt, al moet
ik zeggen dat ik bij Amsterdam en Utrecht
de meeste lol heb gehad. Amsterdam, dat
was het beruchte team met jongens als
Flinkevleugel, Jongbloed en Bianchi. Daar
zat zo ontzettend veel humor in. Bij
Utrecht was het hetzelfde verhaal: Van
Hanegem, Rietveld, Flight, Tervoort,
AJAX PRESENTATIEGIDS 1996-1997
