Hp Piet Keizer, de be faamde linksbuiten uit de jaren zestig en zeventig. ongeëvenaarde sterrenploeg. Vanaf 1965 groeide Ajax uit tot een inter nationale grootmacht, waarbij de daden drang van het Ajax-bestuur onder leiding van praeses Jaap van Praag niet mag wor den vergeten. De resultaten van Michels' professionele aanpak werden al in het seizoen 1965-66 zichtbaar. Met klassespelers als Klaas Nu- ninga, Ton Pronk, Sjaak swart, Piet Kei zer, Bennie Muller, Henk Groot, de jong eren Theo van Duivenbode en Wim Suurbier en natuurlijk het zich razend snel ontwikkelende supertalent Johan Cruijff, werd het elfde landskam pioenschap een feit. Ook 1967 en 1968 leverden de titel op, en daarnaast kreeg de club internationale allure. GROTE TRIOMFEN Een voorbode van de dingen die komen gingen was in 1966 de spectaculaire De eerste Europa Cup is binnen nadat in 1971 het Griekse Panathinaikosop Wembley met 2-0 is verslagen. Johan Cruijff en coach Ri- nus Michels torsen de Cup. Voor de Europa Cup-finale Ajax - In- ter schudden Ajax- aanvoerder Piet Keizer en zijn Itali aanse collega San- dro Mazzola elkaar de hand. Ajax zou met 2-0 winnen. steeds Jack Reynolds als trainer werd in 1947 het achtste landskampioenschap in de wacht gesleept, met spelers als Gerrit keizer, Jan Potharst, Rinus Michels, Joop Stoffelen, Guus Drager, Gé van Dijk, Cor van der Hart, Jany van der Veen en Henk van der Linden. BETAALD VOETBAL In 1954 kwam het door de invoering van betaald voetbal tot een beslissende om wenteling voor het Nederlandse voetbal, en zeker ook voor Ajax. Na een twee seizoenen durende schifting werd een Eredivisie gevormd, waarin Ajax in 1957 de eerste landskampioen zou worden. Voetballers als Ger van Mourik, Eddy Pieters Graafland, Piet Ouderland, Piet van der Kuil, Wim Anderiesen jr, Klaas Bakker, Willy Schmidt, Wim Bleyenberg en een piepjonge Sjaak Swart leverden hieraan een bijdrage. In het volgende seizoen deed Ajax voor het eerst mee aan het Europa Cup-toer nooi. Dat viel niet tegen: het Oostduitse Wismut werd uitgeschakeld, waarna Ajax de tanden stuk Budapest. In 1960 haalde de landstitel binnen. Na een enerverend competitieslot was een beslissingswed strijd tegen Feyenoord nodig om de kam pioen aan te wijzen. In een vol stadion versloeg Ajax op Hemelvaartsdag de aartsrivaal met 5-1. Ondanks de goede start van het decenni um zou de eerste helft van de jaren zestig een magere periode worden, met als dieptepunt het seizoen 1964-65, toen Ajax zich slechts tenauwernood van de gradatie kon redden. Een nieuwe, veel belovende trainer, Rinus Michels, had Ajax dat seizoen in de veilige haven ge loodst en de vroegere Ajax-aanvaller leg de, ook dank zij een lichting voortreffelij ke voetballers, de basis voor een uitschakeling van Liverpool. In de legen darische mistwedstrijd in het Olympisch Stadion leidde een onhoudbare Sjaak Swart Ajax naar een 5-1 zege, waarna een week later het kwarwei werd afge maakt: 2-2. In 1969 bereikte Ajax als eerste Nederlandse club een Europese fi nale. Nadat onder meer Benfica en SpartakTrnava waren uitgeschakeld, maakte AC Milan met een 4-1 zege in de finale in Madrid duidelijk dat Ajax er nog niet helemaal rijp voor was. Twee jaar later, in 1971, was het dat wel. De zege op Panathinaikos op het heilige gras van Wembley was het begin van een trilogie. Ook in 1972 en 1973 werd, ten koste van Internazionale en Juventus, de belangrijkste Europa Cup veroverd. De basis van het team dat, eerst onder Mi chels en daarna onder de Roemeen Ste fan Kovacs, vele schitterende pagina's Ajax-historie schreef, zag er als volgt uit: Stuy, Suurbier, Hulshoff, Vasovic (later Blankenburg), Krol, Neeskens, Haan (voorafgegaan door Nico Rijnders), Ger- "Mr. Ajax" Sjaak Swart, goed voor 463 competitiewed strijden in het Ajax- shirt tussen 1956 en 1973. PRE5ENTATIEGIDS AJAX '92 - '93 88

AJAX ARCHIEF

Presentatiegids (1987-2013) | 1992 | | pagina 88