vaak ook waren. Altijd wist hij wel een verbeterpuntje te
benoemen. 'Zo'n instelling kan soms ook wel heel lastig
zijn, voor jezelf en voor je medemens.'
Terugkijkend op zijn carrière als voetballer blijft Stam
zitten met het gevoel dat hij eigenlijk te weinig heeft
genoten van de mooie momenten. 'Ik heb bij fantastische
clubs gespeeld, heb daarmee aardig wat prijzen gewon
nen, maar heb altijd het gevoel gehouden dat het beter
moest. Ik denk bijvoorbeeld helemaal nooit terug aan de
Champions Leaguefinale die we wonnen met Manchester
United, tegen Bayem München, maar nog vaak genoeg aan
de verloren finale met Milan tegen Liverpool. Een ander
gaat misschien wat gemakkelijker over tot de orde van de
dag. Ik had daar indertijd verschrikkelijk veel moeite mee,
na een nederlaag of als ik zelf een slechte wedstrijd had
gespeeld. Dat ging dan ten koste van mijn humeur, wat
soms weer afstraalde op mijn gezin. Dat daar natuurlijk
ook niet om had gevraagd.'
Niette genieten na een nederlaag of nagenietend van een
overwinning, Stams blik was in beide gevallen louter op
voetbal gericht, op het eerstvolgende moment waarop
hij zich weer moest bewijzen. Zijn reactie is illustratief,
als het gaat over de drie jaar die hij in Rome woonde,
in de tijd dat hij voor Lazio voetbalde. 'Geloof het of
niet, maar die hele stad heb ik nog nooit gezien. Ik sprak
vaak genoeg mensen die er geweest waren en helemaal
lyrisch begonnen over de Trevifontein en de fresco's in de
Sixtijnse Kapel. Waarop ik zei: mijn vrouw is er geweest,
de kinderen ook, maar ik niet. Ik gunde mezelf simpelweg
de tijd niet, was alleen maar met het voetbal bezig. Plus
het feit dat ik geen zin had in de hectiek van zo'n stad.
Als bekende voetballer wil je daar niet in verzeild raken.
Nee, zelfs niet met een pruik op. Dat heb ik ooit één
keer gedaan, met carnaval, maar dat zag er ook niet uit.'
FAN VAN AJAX
Een omslag in zijn radicale manier van denken wist Stam
eigenlijk nooit te bewerkstelligen, ook niet toen hij in de
herfst van zijn carrière neerstreek in Amsterdam. 'Hal
verwege mijn tweede jaar bij AC Milan begon ik steeds
meer terug te verlangen naar Nederland. Je wordt zelf
wat ouder, het gezin wordt groter. En ik miste de sim
pele, familiaire dingen. Gewoon even bij je ouders of bij
vrienden langs voor een bakkie koffie.'
Alhoewel hij voor de buitenwacht wellicht een PSV-stem-
pel droeg, aarzelde Stam niet over de keuze voor een
nieuwe werkgever in eigen land. 'Ajax was heel doortas
tend. Ze zochten al in een vroeg stadium contact met mijn
zaakwaarnemer, nog voor ik een knoop had doorgehakt
over mijn toekomst. En als klein jongetje was ik al fan van
Ajax. In het begin van mijn carrière had ik niet de kans om
hier te spelen, maar aan het einde kreeg ik die gelukkig
nog wel. Daar was ik heel blij mee.'
Toch werd het laatste hoofdstuk in zijn voetballende
bestaan geen episode om met veel vreugde aan terug te
denken. In zijn eerste seizoen maakte Ajax met Stam als
aanvoerder één doelpunt te weinig om het kampioen
schap op te eisen. Tegen zijn eigen gevoel - en achteraf
bezien ook tegen beter weten in - knoopte de routinier
er vervolgens nog een jaar aan vast. 'Ik had altijd gezegd:
zodra ik voel dat ik niet meer kan brengen wat ik altijd heb
kunnen brengen, het voor mij maximaal haalbare, dan stop
ik ermee. Dat gevoel had ik na dat eerste seizoen. Maar
aan de andere kant wil je mensen niet teleurstellen en had
ik hier met mijn volle verstand voor twee jaar getekend.
De club wilde graag dat ik bleef, mijn teamgenoten ook.
Toen heb ik besloten er toch nog een jaar voor te gaan.'
Al vrij snel kwam hij tot de conclusie dat het niet de
juiste keuze was, vertelt Stam. 'Ik had de drive niet meer
en kreeg last van kleine blessures. Ik had na wedstrijden
steeds een paar dagen nodig om weer fit te raken. Dan