'Een blessure, een mindere vorm. Dat gun je niemand, maar als profvoetballer wil je het maximale uit jouw eigen mogelijkheden halen' 14 INTERVIEW GENIETEN VAN HET KEEPEN Thuis was Groesbeek, het voetbalgekke dorp onder de rook van Nijmegen. Cillessens eerste club was De Treffers, het amateurbolwerk waar vader Ton jarenlang als spits in het eerste elftal speelde en Jaspers oudere broer Thomas ook zijn voetbalopleiding genoot. 'Het was niet zo dat wij per se naar De Treffers moesten omdat mijn vader daar een mooi verleden had. Het was puur praktisch. Het sportpark lag bij ons om de hoek' Keepen was tot die tijd nooit een droom, liefde of roeping geweest, zo vertelt hij op een vroege vrijdagochtend in wil zijn. Zo'n type dat een bordspelletje speelt om te winnen, en niet omdat het toevallig ook nog een leuk spelletje is of om het gezelschap te vermaken. Het is terug te zien in de namen die Cillessen noemt als het gaat over voorbeelden en inspiratiebronnen. Dan wordt niet alleen de technische perfectie van Edwin van der Sar bezongen, maar krijgt de winnaarsmentaliteit van Oliver Kahn net zo veel lof toegezwaaid, Des te frustrerender waren de voorgaande twee seizoe nen, toen Cillessen tandenknarsend (maar nooit klagend) moest toezien hoe Kenneth Vermeer zich tot een top- de kantine van Sportpark de Toekomst. 'Ik heb vroeger nooit tegen grote keepers opgekeken en gedacht: "dat wil ik later ook". Als klein ventje voetbalde ik gewoon. Tot ik op mijn negende op doel werd gezet. Daarna ben ik er stapje voor stapje in meegegroeid. Niet alleen qua technische bagage, maar ook qua beleving; qua genieten van het keeper-zijn en er steeds beter in willen worden.' Pas toen Cillessen door een blessure van Babos in de zomer van 2010 onder de lat kwam te staan in de hoofd macht van NEC, raakte hij echt doordrongen van zijn kwaliteiten. 'In eerste instantie zou ik maar één wedstrijd keepen. Jammer, zou je zeggen, maar ik vond dat juist wel prettig. Het betekende dat ik volledig vrijuit kon spelen. Of ik het nou goed of slecht zou doen, het zou geen conse quenties hebben, want Gabor zou daarna gewoon weer spelen. Maar zijn herstel duurde uiteindelijk toch langer dan gepland. Ik kreeg nog een paar weken om mezelf te laten zien, In die periode voelde ik mezelf gewoon groeien. En dat was ook het moment dat ik me realiseerde dat er misschien wel meer mogelijk zou zijn voor mij.' BLOEDFANATIEK Meer nog dan een liefhebber van zijn vak is hij een bloedfanatieke sportman, iemand die in alles de beste keeper ontwikkelde en Ajax-trainer Frank de Boer geen enkele aanleiding bood om de van NEC overgenomen groeibriljant op te stellen. Het gaf soms een machteloos gevoel: week in week uit keihard werken op het trainings veld, maar voor je gevoel toch geen steek verder komen. 'Het was heel dubbel,' zegt hij er nu over. 'In de begintijd, toen ik hier net binnen was, was het minder vervelend. Je bent dan nog aan het acclimatiseren, leert in korte tijd heel veel nieuwe gezichten kennen. Het is goed geweest dat ik me daarop kon concentreren. Al had ik natuurlijk het liefst al vanaf dag één in de basis gestaan.' Gaandeweg werd het zwaarder om genoegen te nemen met zijn reserverol. Zeker ook bij het begin van dit seizoen, toen De Boer besloot andermaal van start te gaan met Ver meer in de basis, voor het derde jaar op rij. Onvermijdelijk kreeg Cillessen weer een stortvloed aan soortgelijke vragen over zich heen vanuit de media: wanneer zou zijn geduld opraken, overwoog hij misschien verhuurd te worden aan een andere club? 'Ik ben een redelijk evenwichtig persoon, raak niet snel van mijn stuk, zoals ik ook niet ga zweven als het goed gaat. Maar het was niet leuk dat is duidelijk Gelukkig waren er altijd genoeg mensen bij wie ik mijn hart kon luchten en die op moeilijke momenten op me hebben ingepraat, onder wie mijn ouders.'

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 2014 | | pagina 14