'Wat er de afgelopen maanden is gebeurd, is zo veel meer dan waar ik op gerekend en gehoopt had. Vooral ook het feit dat ik best vaak in de basis heb gestaan' in die eerste maanden heel veel geleerd over mezelf, over hoe ik denk, over hoe ik reageer in bepaalde om standigheden, Daar doe ik nu mijn voordeel mee. Ik heb nu het vertrouwen om op eigen benen te staan, om te leven als een volwassene.' Voor hij naar Amsterdam kwam gold Andersen in eigen land als een groot talent. In zijn geboorteplaats Aalborg (die hij omschrijft als 'het Parijs van het noorden') debu teerde de sierlijke rechtspoot op zestienjarige leeftijd in het eerste elftal van de Aalborg Boldspilklub, het bolwerk waar in het verleden onder anderen oud-Ajacied Jesper Gronkjasr werd opgeleid. De club gold altijd al als een kweekvijver voor jeugdig talent, zegt Andersen, maar dat voetballers er al zo jong de kans krijgen zich op het hoogste niveau te manifesteren, dat is ook een teken des tijds. 'Het past in de filosofie van Aalborg om jonge spelers vertrouwen te schenken, maar dat ze het steeds meer zijn gaan doen heeft ook met de financiële crisis te maken. Die heeft er stevig ingehakt. Er is simpelweg geen geld meer om dure spelers aan te trekken.' TWAALF STREEPJES Vanuit de kraamkamer van het Deense voetbal maakte hij vorig jaar op de slotdag van de zomerse transfermarkt de overstap naar het opleidingsinstituut van Ajax, om daar verder geboetseerd te worden tot een nog completere en sterkere speler. Vorig seizoen viel hij al eens in bij het eerste elftal, thuis tegen FC Groningen. En deze jaargang staat de teller al op twaalf streepjes. Sinds zijn optreden in de strijd om de Johan Cruijff Schaal kwam Andersen al zeven keer in competitieverband in actie, plus twee keer in zowel het nationale bekertoernooi als in de UEFA Champions League. 'Mijn doel voor dit seizoen was zo veel mogelijk minuten maken bij het eerste. Het was logischer geweest als dat geleidelijk was gegaan. Eerst een paar invalbeurtjes en zo in de loop van het seizoen toegroeien naar een basisplaats. Wat er de afgelopen maanden is gebeurd, is zo veel meer dan waar ik op gerekend en gehoopt had. Vooral ook het feit dat ik best vaak in de basis heb gestaan.' De verklaring zoekt Andersen op het trainingsveld, waar hij erin slaagde het beste in zichzelf naar boven te halen en zo trainer Frank de Boer en de overige leden van de technische staf te overtuigen van zijn kunnen, alsmede in de twee duels die hij met Jong Ajax in de Jupiler Le ague speelde. Tegen Telstar, toen ik hier in de ArenA beide doelpunten maakte, en tegen Willem II, toen ik ook scoorde. Dat waren denk ik twee van mijn beste wedstrijden voor Ajax, al was het op een ander niveau dan de Eredivisie of de UEFA Champions League. Ver volgens kreeg ik mijn kans in het eerste en ben ik in een soort flow geraakt. Daardoor maakt het ook niet uit of je dan als jonge speler vijf of zes keer achter elkaar negentig minuten speelt. Het lijkt vanzelf te gaan. Al merkte ik wel dat de net afgelopen interlandperiode goed van pas kwam. Het was fijn om even naar Denemarken te kunnen, mijn familie te zien en mijn hoofd leeg te kunnen maken.' BESTE WEDSTRIJD Terug in Amsterdam is Andersen klaar om de specta culaire lijn van de voorbije maanden door te trekken. In Ajax' laatste twee wedstrijden, thuis tegen Celtic I -0) en op verplaatsing tegen NEC (0-3), kwam hij weliswaar niet in actie, maar de Deen denkt niet dat de positieve resultaten in die duels automatisch betekenen dat hij voorlopig vanaf de bank moet toekijken. Hoe dan ook zal De Boer een andere aanvalslinie moeten samenstel len, nu Kolbeinn Sigthórsson met een tijdens de interland

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 2013 | | pagina 14