MONUMENTALE VERDEDIGER Ger van Mourik gehuldigd vanwege zeventigjarig lidmaatschap HET GETAL 42 HET GETAL Begin deze maand werd Ger van Mourik gehuldigd vanwege zijn zeventigjarig lidmaatschap van Ajax. De jubi laris was in de jaren vijftig een rots in de branding in de Ajax-defensie, én de aanvoerder van de rood-witten. Ger van Mourik begon in 1943 bij de Ajax- aspiranten, samen met onder meer Hans Boskamp en Loek den Edel. De inmiddels 82-jarige Ajacied herinnert zich: 'In het begin hadden we nauwelijks kleding, was je met alles blij. Ik weet nog dat ik ooit trainde op schapenwollen sokken.' Als acht tienjarige werd hij in de kampioenswedstrijden voor de leeuwen geworpen. Zijn debuutwedstrijd was op 3 juni 1950 tegen Enschedese Boys (2-0). De kampi oenscompetitie werd een flop voor Ajax, maar Van Mourik maakte voldoende indruk om daarna regelma tig opgeroepen te worden. Een beenbreuk onderbrak zijn carrière enige tijd, maar vanaf het begin van het sei zoen 1952-1953 was hij er weer definitief bij en daarna miste hij vrijwel geen wedstrijd. Van Mourik werd de natuurlijke opvolger van de gestopte Jan Potharst. De ouderwets degelijke verdediger was achterin solide als een rots. Vooral door zijn kalmte was hij tien jaar lang een onvervangbare kracht. Het was eveneens volko men natuurlijk dat hij de aanvoerder was, 'Ik was een gewone jongen van de Eilanden, maar ik nam het voor iedereen op, stond voor iedereen klaar.' VAN Ger van Mourik gehuldigd door voorzitter Hennie Henrichs vanwege zijn zeventigjarig lidmaatschap. Onder leiding van de volgens Van Mourik onderschat te Oostenrijkse trainer Karl Humenberger werd Ajax in het seizoen 1956-1957 de eerste kampioen van de pas opgerichte Eredivisie. Dit elftal speelde (en won) ook Ajax' allereerste Europa Cup-wedstrijd, op 20 november 1957 uit tegen het Oost-Duitse SC Wis- mut. Van Mourik: 'Het waren schitterende jaren. We hadden een elftal vol Amsterdammers en daardoor kenden we elkaar goed en ontstond er een band. De saamhorigheid was groot, je stond voor elkaar klaar en dat maakte onderdeel uit van het succes. We hadden allemaal een Ajax-hart.' Ger van Mourik speelde tot 1963 in totaal 352 offici ële wedstrijden voor Ajax (3 16 competitieduels). Hij neemt daarmee de elfde plaats in op de lijst van Ajacie- den met de meeste wedstrijden achter hun naam. De monumentale verdediger en aanvoerder van weleer bezoekt nog steeds de thuiswedstrijden van Ajax: 'Ik eet nog steeds niet als de club verliest. Dan heb ik echt de pest in. Om de woorden van mijn oude vriend BoÈ> Haarms te gebruiken: ik ben Ajacied en dat blijf je je hele leven.'

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 2013 | | pagina 42