'Dennis Bergkamp is dé perfectionist. Zelfs tijdens zijn allerlaatste training streefde hij bij aan nemen en passen van de bal perfectie na' Arsène Wenger BIOGRAFIE 15 Een van twee doelpunten tegen BW Den Bosch (6-0) op 16 april 1990 in de Meer. schieten. Je moest het juist breed houden, het krijt van de zijlijn moest onder je schoenen zitten. Je moest de verde diging uit elkaar trekken, op snelheid erlangs en voorzetten.' En CruijfF houdt het ook al lekker simpel. 'Jij bent beter dan die back,' zegt hij tegen Bergkamp. 'Die back is een ouwe lui, kan er niets van en heeft geen snelheid.' Nogal overdreven, want die back, Persson, maker van de enige goal in Malmö, is pas 27 en heeft ook al diverse keren in het Zweedse elftal gespeeld. CruijfF: 'Maar dat maakte mij niet uit. Ik zei altijd tegen een aanvallen "Jij bent beter dan die ander". Ik wilde dat Bergkamp gewoon alles zou vergeten, het stadion, de tv-uitzending, de Europa Cup, en gewoon op die vent af zou gaan. "Dan kunnen er twee dingen gebeuren," zei ik tegen hem, "of je gaat 'm voorbij waarna die vent niet meer durft op te komen. Of je gaat 'm niet voorbij en dan houdt die vent geen rekening meer met jou en holt hij achter elkaar naar voren. Maar dan zeg ik tegen de rest: alle ballen op Bergkamp, want die back is bij 'm weg. Dus eigenlijk is het altijd goed".' THUIS IN DE MEER 'Het was zo fijn om daar te spelen, een echt voetbalsta dion, met de toeschouwers dicht op het veld. Ik kan het nog zo oproepen: de kleedkamer uitkomen, de betegelde gang in en dan de tegenstander die van de andere kant komt. Het tikken van de pinnen op de tegels, de bloemen die klaar staan om mee het veld op te nemen en het publiek in te gooien. De netten in de goal, lekker strak, rechthoekig met een rode baan in het midden, de bal, die heerlijke witte bal, het bijna altijd voortreffelijke veld, groot en het gras kort gemaaid, het geroezemoes op de tribunes, soms gefluit en het aanzwellende geluid als ik aan de bal kom. Het publiek verwacht dan dat er iets gaat gebeuren, want het publiek weet precies van welke spelers ze iets kunnen verwachten. Ik ben zo'n speler, ik hoef maar aan te zetten en het publiek veert overeind, het gaat mee in de drive.' RECHTS, LINKS, RECHTS, LINKS, RECHTS, LINKS... TWEEBENIG 'Daar ben ik al jong aan begonnen te werken. Dat kwam helemaal uit mijzelf. Ik zag het als een uitdaging om met mijn linker net zo goed te kunnen trappen als met mijn rechter. En maar trappen tegen die muur van de flat aan de James Rosskade: rechts, links; rechts, links; rechts, links. Mijn vader liet mij als klein jochie zomers op het strand met mijn slechte voet trappen. Dan ging het rechterschoentje uit en begon ik vanzelf met links te trappen. Het was een trucje van pa. Maar zelf had ik ook al snel het besef dat ik een betere, completere voetbal ler zou worden als ik mijn mindere been zou oefenen. Ik koos nooit voor het veilige, altijd voor de uitdaging. 'Als jeugdtrainer hamerde ik voortdurend op tweebe nigheid. Ik zei tegen die ventjes: "Ik heb liever dat je de

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 2013 | | pagina 15