BEWONDERAAR
VAN
OLIVER KAHN
Jasper Cillessen
Tandenknarsend moest hij toezien hoe zijn concurrent Kenneth Vermeer zich de laatste anderhalf
jaar ontwikkelde tot een van de doelmannen van Oranje en de onomstreden eerste keus bij Ajax.
Zelf moet Jasper Cillessen zijn voldoening voorlopig halen uit sporadische invalbeurten én uit
het bekertoernooi, waarin hij wel de voorkeur van Frank de Boer krijgt. Een bekentenis: hij is
een bewonderaar van Oliver Kahn. 'Kahn werd gehaat door sommige van zijn tegenstanders en
voor veel Nederlanders belichaamt hij misschien de "foute" Duitser, maar ik heb altijd genoten
van zijn kwaliteiten als keeper.'
Tekst Maarten Dekker
Het is de ochtend na Ajax - Steaua Boe
karest en een voldane grijns verraadt de
gemoedstoestand van Jasper Cillessen.
Waar de doelman na afloop van een
training doorgaans in betrekkelijke ano
nimiteit de kleedkamer opzoekt, zelden gehinderd door
belangstellende journalisten of op handtekeningen jagende
fans, daar lijkt nu iedereen iets van hem te willen.Vreemd
is dat niet, na zijn drie kwartier durende invalbeurt tegen
de koploper van Roemenië, waarin hij een paar puike
reddingen verrichtte en er zo mede voor zorgde dat Ajax
schadevrij en met een prima uitgangspositie (2-0) aan de
return kon beginnen.
Zo'n glansrol zou hij elke week wel willen vertolken, op
het hoogste niveau, voor een vol stadion, met de schijn
werpers op zich gericht. Met dat doel voor ogen kwam
Cillessen ruim anderhalf jaar geleden ook naar Amsterdam,
om met Kenneth Vermeer te strijden om een vaste plaats
onder de lat in Ajax IHet is anders gelopen dan hij voor
ogen had toen hij destijds zijn handtekening onder een
vijfjarig contract zette.'Ik kan onmogelijk tevreden zijn met
waar ik nu sta,' draait de 23-jarige sluitpost niet om de
hete brei heen. 'Ik ben hier gekomen om eerste keeper
te worden en dat wil ik nog steeds. Het is ergens wel
een dubbel gevoel, want aan de ene kant ben ik wel een
betere keeper geworden, maar uiteindelijk gaat het erom
dat je dat wekelijks aan een groot publiek kunt laten zien,
Dat dat nu niet kan, is af en toe vreselijk lastig.'
VOOR DE LEEUWEN
Ergens was het misschien onvermijdelijk dat Cillessen ooit
een pas op de plaats moest maken, gezien het duizeling
wekkende tempo waarin zijn carrière zich aanvankelijk
ontwikkelde. Vanuit het ogenschijnlijke niets werd hij
tweeënhalf jaar terug als vervanger van de geblesseerde
Gabor Babos voor de leeuwen gegooid bij NEC. Als
jongen uit de buurt, die er op dat moment al tien jaar in
de Nijmeegse jeugdopleiding had opzitten, etaleerde hij