DEMY DE ZEEUW
LAAT ZICH STEEDS
MEER GELDEN
Overstap naar Ajax groot succes
Als klein ventje stond hij ooit midden in de uitzinnige menigte op het Museumplein,
toen Ajax werd gehuldigd na het winnen van de Champions League, vijftien jaar later
wil Demy de Zeeuw dat nog wel eens dunnetjes overdoen. Maar nu met hemzelf op het
podium, de kampioensschaal in zijn handen.
tekst Maarten Dekker
et mooiste cadeau voor zijn twaalfde
verjaardag kreeg Demy de Zeeuw
eigenlijk een dag te vroeg. Met zijn
vader, moeder en broertjes reisde hij
op 25 mei 1995 naar Amsterdam, om
daar te midden van een gigantische mensenmassa op
het Museumplein te vieren dat zijn favoriete club de
avond ervoor de Champions League had gewonnen.
'Onvergetelijk, zeker op die leeftijd. Destijds identi
ficeerde ik me met jongens als Bergkamp, Ronald de
Boer en Litmanen. Zo wilde ik ook worden.'
De beelden van die stralende dag staan op zijn netvlies
gebrand, zoals De Zeeuw zich ook nog goed kan herin
neren dat hij voor het eerst op sportpark de Toekomst
kwam. Als tegenstander van Ajax, welteverstaan. Het
jeugdspelertje van Go Ahead Eagles keek zijn ogen uit.
'Als we hier met Go Ahead moesten voetballen, dan
vonden we het alleen al schitterend dat we bij het grote
Ajax op bezoek mochten. Dat je meestal met flinke cij
fers klop kreeg, deed er dan niet eens zo veel toe.'
Zijn eigen opleiding in Deventer was niet te vergelijken
met de manier waarop Ajax al sinds jaar en dag jongetjes
klaarstoomt voor een carrière in het betaalde voetbal,
zegt De Zeeuw, zonder spijt in zijn stem. 'Het was een
heel leuke en leerzame periode voor mij. Bij een club
als Go Ahead ontwikkelt iemand zich automatisch heel
anders dan bij een topclub als Ajax. Je bouwt gaande
weg meer mentale weerstand op, omdat het nooit van
zelfsprekend is dat je wedstrijden wint. Jeugdelftallen
van Ajax zijn gewend dat ze winnen en dat het meestal
hartstikke makkelijk gaat. Maar later, als prof, ligt dat
toch even anders. Hoe ga je om met tegenslag? Of met
een tegenstander die sterker is dan jijzelf? Dat is moei
lijk, als je het nooit hebt meegemaakt.'
De Zeeuw was achttien jaar toen hij debuteerde in
het betaalde voetbal, als invaller in de immer beladen
Overijsselse derby tussen Go Ahead en FC Zwolle. En
kijk hem nu, een van de gangmakers bij Ajax en een
vaste waarde bij het Nederlands elftal. 'Ik gold vroeger
wel als een talent: er werd mij altijd wel een mooie
toekomst in de voetballerij voorspeld. Toen ik bij Go
Ahead in de Eerste Divisie speelde, zat ik ook bij Jong
Oranje. Terwijl daar verder bijna alleen maar jongens
rondliepen van goede Eredivisieclubs.'