DUEL VAN DE GEMISl
Na een midweeks Europees duel is het altijd de
vraag hoe een club de draad in de nationale com
petitie weer oppakt. Ajax trof in de Amsterdam
ArenA Sparta Rotterdam, voor de ontmoeting de
nummer veertien in de Eredivisie. Ajax kreeg kans
op kans, maar uiteindelijk bleef de stand zoals die
voor de aftrap was, 0-0.
Trainer Martin Jol had voor een aanvallend con
cept gekozen deze wedstrijd. Met ismaïl Aissati
en Siem de Jong op het middenveld en Urby Ema-
nuelson, Luis Suarez en Dennis Rommedahl in de
aanval was de intentie duidelijk: druk zetten en
scoren. Al binnen de eerste minuut had de bal
achter de Sparta-keeper kunnen en ook moeten
liggen. Siem de Jong kreeg de bal vanaf links,
maar precies op de scheidslijn tussen schaduw
en zon miste hij volledig.
Het zou illustratief blijken te zijn voor de wedstrijd.
Ajax bouwde aanval na aanval op en scoren leek
slechts een kwestie van tijd. Maar ook in de elfde
minuut miste De Jong een redelijke mogelijkheid
en Luis Suarez, die uitstekend in bedwang werd
gehouden door de twintigjarige Nick Viergever,
kon zijn productieve donderdagavond deze zon
dagmiddag niet herhalen. De aanvoerder kreeg
kansen genoeg, maar óf hij werd prima verdedigd,
óf hij stond er net niet lekker voor. Bovendien mikte
hij tot twee keer toe de bal tegen het aluminium.
Steeds gingen de aanvallen echter over de rech
terkant. Door in de tweede helft linkerspits Marvin
Zeegelaar in te brengen voor Urby Emanuelson
hoopte Jol meer variatie in het patroon te kunnen
brengen. Kansen kreeg Zeegelaar niet en dat was
eigenlijk een unicum. Want na dik een uur spelen
was de druk op het georganiseerd verdedigende
Sparta toegenomen tot schijnbaar onhoudbaar.
Maar op bijna wonderlijke wijze bleef de bal keer
op keer voor de doellijn. Ook toen Miralem Sulej-
mani zeventien minuten voor tijd was ingevallen
voor Siem de Jong en hij een enorme kans kreeg,
terugblik