Jaap wacht
op niemand
W-n-r- Hans van Dijkhuizen, Henry
i der Vegt en Jaap stam.
"Als zevenjarigen speelden we samen
op het middenveld in F1 van DOS
Kampen. Niet alleen binnen het veld
zochten we elkaar altijd op. Ook
daarbuiten. Altijd voetballen, vooral in
de weekenden. Ja, ook op de
zondagen, die in Kampen heilig zijn en
waarop niet gespeeld mag worden. We
wisten elkaar altijd te vinden. Belden
elkaar op. En dan moest het weer
gebeuren. Gingen we naar het veld van
DOS op sportpark De Maten. Een
tegen een. Altijd maar weer een tegen
een. Hoe vaak zullen we tegenover
elkaar hebben gestaan? Duizenden
keren, misschien wel tienduizenden
keren. En nooit hadden we er genoeg
van. Elke keer was het weer anders.
En altijd wilden we beiden winnen.
Zo jong als we waren. Ik was de aan
vallende, technische middenvelder.
Jaap was ook wel technisch, maar
moest het ook van zijn loopvermogen
hebben. Ongelooflijk wat kon hij lopen.
Als jochie al. In de wedstrijd liep Jaap
iedereen kapot. Haalde uit alle hoeken