BRYAN ROY
Teamperspectief
26
SAJAXKJCK Orr
Bryan Roy blijft investeren
Eerst dat onveranderd jonge hoofd, dan een al even herkenbaar rank lijf in het vertrouwde blauwe
trainerspak. Bryan Roy is de trap op van het restaurant van de Toekomst, een begroeting aan iedereen.
tekst Tim Korenhoff
Maar wat is dat, loopt de 38-jarige jeugdtrai
ner wat houterig? De aanwezigen volgen hem
met hun blikken naar de grote tafel achterin.
Moeizaam gaat hij zitten. De eerste vroege
tekenen van verval van het ooit zo elastische
lichaam? 'Pijn aan mijn rug,' verklaart hij. Dan
opent hij met een primeur: 'Ik heb besloten
om me volledig toe te leggen op het trainer
schap en me daarin zo breed mogelijk te gaan
ontwikkelen. Daarom ben ik gaan studeren.
Alleen heb ik vandaag iets te lang achter mijn
bureau gezeten.' Straks, op het trainingveld,
zal het beter gaan.
In het seizoen 2001-2002 kwam hij terug naar
de Toekomst. Eerst als jeugdtrainer van de D2,
daarna kreeg hij de E3 twee seizoenen onder
zijn hoede, toen volgde weer de D2, vervolgens
de BI en dit jaar was het de C2. 'Ik begon als
parttimer; de eerste drie jaar trainde ik daarom
altijd de jongste jeugd, en heb daarnaast nog
vele andere leuke dingen gedaan. Vorig seizoen
ben ik fulltime in dienst getreden bij Ajax en
kreeg ik de BI onder mijn hoede. Dit jaar ben
ik trainer van de C2.'
Met veel succes overigens, want zijn team
werd begin april kampioen met overtuigende
cijfers: na twintig van de tweeëntwintig wed
strijden luiden die achttien gewonnen, één
gelijk, één verloren en een doelsaldo van 122
voor en 23 tegen. De voorsprong op de rest is
enorm. 'Of dat leuk is, zo'n seizoen? Ja. Ik ben
erg tevreden over de jongens. Ze hebben goed
voetbal gespeeld en ze hebben zich binnen hun
eigen mogelijkheden prima ontwikkeld, zowel
als individu als als team.'
Met veel liefde zal hij daarom ook het vol
gende seizoen weer de C2 trainen. De indi
vidualistische jongen van vroeger als man
voor een groep. Hij bestrijdt met klem dat een
individualist niet vanuit het teamperspectief
kan denken: 'Als je als buitenspeler geen bal
krijgt, betekent dat dat het team geen goed
voetbal speelt. Dus ik heb altijd moeten mee
denken over de speelwijze van het team: op het
moment dat het team goed voetbal speelt, was
de kans op een hoog rendement groter.' Zijn
achtergrond als speler komt hem daarbij dus
goed van pas.
'Weet je, ik voel me nog steeds zó thuis op het
veld. Je ziet de jongens beter worden, het is ook
leuk om na te denken over hoe je ze beter kunt
maken.' Maar ook zichzelf wil hij op een hoger
plan krijgen; de C2 zal zeker niet zijn eindsta
tion worden, hoe leuk hij het werken met der
tienjarigen ook vindt. Die drang tot verbeteren
en ontwikkelen zit er diep in, ook bij zichzelf.
Acht maanden geleden begon hij daarom aan
de mastersopleiding Sports Management, aan
de Johan Cruijff Academy. 'Dat bevalt perfect.
Met die opleiding ontwikkel ik me zo breed
mogelijk op managementniveau.'