Ajax Supporters
Raad:
Simon Knol
Ronald Spelbos
QEAE
BAE
De leden van de ASR, met tussen haakjes hun functie, zijn:
Dennis Bliek (invalideplatform), Nona Oerlemans (1e ring oost), Sander
Adriaansen (1e ring zuid), John van Reenen (2e ring west), Simon Knol
(2e ring noord), Brenda Toonen (2e ring oost), Mike Tenniglo (2e ring
zuid), Ron Jansen (1e ring noord), Luc Postma (ABA), Erwin Pieters
(AFCA), Martine Eikelhof (SVA), Henk Voors (coördinator supportersbe-
leid Ajax), Jeroen Slop (directie), John Jaakke (bestuur), Miel Brinkhuis
(manager communicatie) en Suzanne Adriaansen (mannager suppor
terszaken en wedstrijdorganisatie).
AJAX KJ O K Orr
tekst Klaas Vos
Wedstrijden tegen FC Utrecht zijn altijd 'beladen'. Zeker die in de
Galgenwaard. Waarom eigenlijk? De hoogspanning die de enige echte
Klassieker (Ajax - Feyenoord en vice versa) kenmerkt, is te begrijpen. Dat is
de rivaliteit tussen Amsterdam en Rotterdam, die al eeuwen bestond voor er
gevoetbald werd. Maar Utrecht.Ik heb zelf een zwak voor de stad, want
ik heb er gestudeerd en gewoond.
Het zijn met name de fanatieke Utrecht-supporters van de Bunnikzijde die
de duels extra elektrificeren. Is het niet gewoon jaloezie, afgunst, nijd?
De laatste seizoenen richtten de Bunnikzijders hun haat vooral op Wesley
Sneijder. Een Utrechtse jongen, van oorsprong. Een Utrechtse jongen die
furore maakt bij Ajax.
En dat was al vaker voorgekomen. Gerald Vanenburg: een Utrechtse jongen.
Edwin Godee: een Utrechtse jongen. Marco van Basten: een Utrechtse jon
gen. Rob de Wit: een Utrechtse jongen. Jan Wouters: een Utrechtse jongen.
John van Loen: een Utrechtse jongen.
Goede spelers uit Utrecht gaan naar Ajax, dat leek lang een natuurwet. En
daarom is het des te wranger dat grote talenten alsAfellayenAissati bij PSV
spelen. Allebei: Utrechtse jongens.
En in de tijden van defensief malheur die we momenteel beleven, moest
ik opeens denken aan nog zo'n Utrechter aan wie we ooit zoveel plezier
beleefden. Ronald Spelbos ja.
In het boek van Evert Vermeer 100 jaar Ajax luidt de eerste alinea van
het stuk over het seizoen 1984-1985: 'De grootste les van het afgelopen
seizoen was dat de frivole Ajax-ploeg aan kracht en ervaring moest winnen,
vooral in de achterhoede. Daartoe haalde men Ronald Spelbos van Club
Brugge en libero Walter Meeuws.Juist ja. In zijn eerste seizoen speelde
Spelbos 31 wedstrijden en maakte hij 10 doelpunten. Toen Cruijff kwam
was het met Meeuws al weer gedaan, maar Spelbos ontpopte zich nog meer
als de rots in de branding achterin, gezegend met een prachtige trap.
In het tweede seizoen onder Cruijff hield een ernstige knieblessure Spelbos
af van een optreden in de finale tegen Lokomotiv Leipzig. Hij zat puur uit bluf
wel in de dug-out: de Oost-Duitsers mochten niet merken dat Ajax danig
dun in de fitte spelers zat. (Blind was ook al uitgevallen.) Een seizoen later
raakte hij wederom geblesseerd, zodat hij het EK van '88 miste. Als trainer
was hij redelijk succesvol - spelers als Ronald de Boer waren vol lof over
hem, maar toen trof hem de pech van een hartaanval.
Wat doet Spelbos nu? Hij is docent bij de KNVB en geeft lezingen.
Maar mijn verhaal is duidelijk: we hebben een 'Spelbos' nu wederom hard
nodig. Spelbos werd door Ajax van een Belgische club gehaald. Wij hebben
een Belgische 'Spelbos' in huis.
Thomas, Thomas: wat verlangen we naar jouw terugkeer!
De Ajax Supporters Raad werd onlangs gefor
meerd. In de Kick Off stellen de leden van de ASR
zich voor aan hun medesupporters. Deze keer is
het de beurt aan Simon Knol, afgevaardigde van
de 2e ring noord.
Zoals de meeste leden van de ASR is ook Simon Knol (60) al jarenlang
een trouwe bezoeker van de thuiswedstrijden. Sinds de verhuizing naar
de ArenA zit hij met zijn zoon in vak 411. Toch voelt hij zich binnen
de ASR nog een beetje een vreemde eend in de bijt: 'Veel van mijn
medeleden hebben al organisatorische banden met Ajax. Dat ik die nu
ook heb is nieuw voor me.' Hij is blij te merken dat Ajax de ASR zo
serieus neemt. 'Je merkt aan alles dat dit niet zomaar een bedenkseltje is
van een clubje supporters dat af en toe bijeenkomt en dan hun mening
aan de directie mailt of zo. Nee, bij elke vergadering is én de voorzitter
aanwezig én Jeroen Slop van de directie. Er gebéurt hier wat.'
'Wat mijn belangrijkste punten zijn? De sfeer, zowel in als buiten het
stadion. Daarin is nog veel te verbeteren. De spreekkoren, fluitcon
certen naar de eigen spelers, spandoeken en liedjes zijn me soms een
doorn in het oog. Vooral als het met scheldwoorden of ziektes gepaard
gaat. Dat haalt voor mij de lol van het spelletje weg. Ik houd meer van
het ludieke, zoals in de wedstrijd tegen AZ, waarin men zong over de
transfer van Alves.' Hij beseft zich terdege dat hij in z'n eentje geen sfeer
kan creëren, maar hoopt dat hij wat kan veranderen door het thema
bespreekbaar te maken.
Hetzelfde geldt eigenlijk voor de sfeer buiten het stadion. Simon heeft
moeite met prominent aanwezige ME'ers. 'Zelf word ik er niet agressief
van, maar ik merk dat anderen er wel aanstoot aan nemen. Het lijkt mij
dat de politie wat minder op de voorgrond zou moeten treden. Kijk, ik
heb natuurlijk geen idee of Ajax daarin ook een stem heeft, maar ik zie
het als de functie van de ASR dat ik daar zo'n vraag kan stellen. En nog
belangrijker: ik weet dat ik ook direct een goed en duidelijk antwoord
krijg.' Daarom moet iedereen met alle vragen en opmerkingen direct
naar hem toe komen, zegt hij ten slotte.
8