AGHTFRGGNn
Parallellen
Arbeidsethos
AJAX KJCK OFF
27
Van Schaick genoot van hun mentaliteit, maar na acht maanden zat zijn
tijd er helaas op. 'FK Almaty was in handen van een schatrijke directeur
van een bierfabriek. Toen die zich met het technische beleid ging be
moeien, zei ik dat hij dat beter niet kon doen. En in die contreien kun je
een geldschieter beter niet tegenspreken.' Al snel kreeg hij namelijk geen
salaris meer. Dat salaris was net als in Qatar overigens erg goed, maar
de manier van uitkeren was 'wat' anders. "Het is een cash-society, alles
gaat handje contantje. Er is ook veel corruptie. Agenten hielden je tegen
omdat je zogenaamd een overtreding had gemaakt. Als ik ze dan vijf
dollar gaf, mocht mijn chauffeur weer doorrijden. Ook de banken waren
niet echt betrouwbaar, daarom bewaarde ik mijn geld overal in huis.
Dan deed ik de koelkast open en zag ik opeens weer een stapeltje dollars
liggen.' Nadat de geldkraan dichtging, kon hij kiezen voor een lucratief
verblijf bij een andere club in Kazachstan, maar hij was de corruptie en
bemoeienis van eigenaren zat. Dan maar liever terug naar Nederland, om
na al die jaren eens te bekijken hoe de vlag er hier voor stond.
'Ik had geen werk en was daar ook niet direct naar op zoek. Ik heb
mezelf de tijd gegeven om het Nederlandse jeugdvoetbal te herontdek
ken.' Hij keek onder meer bij Ajax, sc Heerenveen, FC Twente en FC
Groningen. Tijdens zijn ontdekkingsreis in Nederland realiseerde hij
zich dat hij zélf wel weer eens iets wilde leren. 'Vijftien jaar lang heb ik
mijn kennis aan anderen overgebracht, was Ik de expert. Ik wilde graag
bij een club gaan werken waar professionals rondliepen, van wie ik veel
kon opsteken. Dat was mijn nieuwe doel.' Hij sprak met John van den
Brom en later met Jan Olde Riekerink. Toen deze hem vroeg als trainer
voor de D3 hoefde hij niet lang na te denken. Het was de zomer van
2007 en Van Schaick had weer een baan.
Het bevalt hem nog altijd uitstekend. 'Men is hier zó kien op details.
Het is leuk om ergens te kunnen werken waar de dingen wél kloppen.'
Anderzijds ziet hij hoe de spelertjes uit Kazachstan nóg gemotiveerder
waren dan zijn Nederlandse pupillen. 'Maar de Nederlandse jongens
werken wel weer veel harder dan die uit Qatar.' Hij kan honderden ver
schillen en parallellen noemen. Wat wil je ook met al die culturen waarin
hij heeft gewerkt: vergelijkingsmateriaal zat. 'Ik had het er pas met Anton
Joore over, die zit nu weer in Litouwen. Ik moet zeggen dat het na dat
telefoontje wel weer begon te kriebelen. Vraag ik me toch weer af hoe het
werken daar zou zijn, hoe ik het daar zou hebben.' Hij kijkt even naar
buiten. Zegt dan: 'Dit is hoe het is gegaan. Tot nu toe.'
Wat denk je dat het kost om een perfecte gras
mat in een woestijn te onderhouden?' Ook voor
de Fries werd prima gezorgd.
Hij is ook heel positief over het werken met
de spelers. 'Op beide clubs waren de jongens
heel welwillend. Ze reageerden ook positief
op mijn trainingen, ondanks het feit dat ze
als persoon toch heel anders zijn dan bijvoor
beeld de Nederlandse of Amerikaanse jeugd.
De jongens in Qatar houden niet van fysiek
contact en hebben een lagere pijngrens. Als ze
een "tikkie" krijgen voeren ze direct een thea
tershow op. Ook namen ze het niet zo nauw
met afbellen voor een training of wedstrijd: ik
wist nooit wie er zou komen, dus een wedstrijd
of training voorbereiden was lastig. Ik heb in
Qatar van alles genoten, maar we hebben wa
ter naar de zee gedragen.'
Doha ligt direct aan zee. De jeugdtrainer hoefde
elke dag pas om 15.00 uur op de club te zijn en was dan om 18.30 uur
al weer thuis. En 'thuis' betekende in het geval van Van Schaick een
prachtige villa met vijf slaapkamers en vier badkamers die hij allemaal
voor zichzelf had. Samen met een deel van de veertien andere trainers
verbeterde hij zijn handicap met golfen flink, en ook werd hij in Qatar
een veel betere tennisser. Ze maakten ettelijke tochten door de woestijn,
konden alle tv-zenders ter wereld ontvangen en een alcoholisch drankje
was niet verboden in de luxe nachtclubs van de vele hotels in het mos
limland. Voeg daar een uitstekend klimaat en salaris aan toe en het is
verklaarbaar waarom bij Al-Arabi ex-vedetten als Stefan Effenberg en
Gabriel Batistuta tot zijn clubgenoten behoorden.
Maar er was meer in Qatar dan alleen maar luxe. Hij leerde de isla
mitische cultuur kennen en de rijke inwoners die hij als erg gastvrij en
vriendelijk typeert. Anderzijds waren ze ronduit onbeschoft tegen de
arme gastarbeiders uit India, Sri Lanka en de Filippijnen. Het moet
een land vol contradicties zijn: enorm rijk tussen extreem arm, een
gortdroog land met perfect onderhouden grasmatten, een islamitisch
land met een Amerikaans militair vliegveld. Van Schaick maakte er
vrienden in alle lagen van de bevolking en heeft inmiddels al meerdere
vakanties bij hen doorgebracht. Nu zegt hij: 'Ik wilde deel uitmaken
van een stukje voetbalhistorie dat daar geschreven zou worden. Het
was alleen onmogelijk om de cultuur te doorbreken.' In december 2005
nam hij ontslag. Het geld was nog altijd goed, maar zijn doelen waren
niet haalbaar en de uitdaging was weg.
Anton Joore, ex-prof van NAC en RKC en één van de veertien andere
trainers in Qatar nam hem nog geen twee maanden later mee naar de
Kazachstaanse club FK Almaty, waar Joore hoofdtrainer en Van Schaick
jeugdtrainer werd. In de stad die vroeger Alma Ata heette en bekend is
van de Medeo-schaatsbaan, werden zij de eerste buitenlandse trainers
en dat idee sprak hen beiden enorm aan. Alles was weer nieuw.
Alleen al het verschil in temperatuur en arbeidsethos was enorm. 'Om
acht uur 's ochtends begon de eerste training van de dag en dan was
het vijf graden onder nul. We moesten ons buiten omkleden, want er
waren geen kleedkamers. Bar en boos, maar die jongens waren niet van
het veld af te slaan. Het verschil tussen arm en rijk is er gigantisch, en
bij Almaty waren de kinderen arm. Ze wilden zich dus ontworstelen
aan hun bestaan, deden alles om beter te worden en waren boos als de
training afgelopen was.'