-> vervolg van pagina 5
zuinig was met woorden, werd ook het professionalisme in de club geïntro
duceerd. Michiels hanteerde een aanvallende speelstijl waar Ajax vandaag
de dag nog bekend om staat. Verder haalde hij ervaren spelers als Henk Groot (Fey-
enoord), Co Prins [Kaiserslautern] terug naar Ajax en nam Gert Bals van PSV over.
De successen onder Michels bleven niet uit. In zes jaar tijd werd Ajax vier maal lands
kampioen en won het drie maal de KNVB-beker. In het seizoen 1966-1967 werd voor
het eerst de "dubbel" binnengehaald; het landskampioenschap en de KNVB-beker.
Johan Cruijff en Piet Keizer droegen bij tot een record aantal doelpunten; 122.
Op internationaal niveau brak Ajax nu definitief door. Menigeen staan de beelden van
de gedenkwaardige achtste finale van de Europa Cup I tussen Ajax en Liverpool nog
in vers het geheugen gegrifd. In een zeer mistig Olympisch Stadion in Amsterdam zag
scheidsrechter Sbardella nog net beide doelen en achtte hij het niet nodig de wedstrijd
te staken. Ajax won na doelpunten van De Wolff, Cruijff, Nuninga (2xJ, Groot en Lawler
[of Hunt, beiden claimden na afloop de goal) met 5-1
Tijdens de return op Anfield Road in Liverpool scoorde Cruijff twee keer [2-2] en was
de voorsprong geen moment in gevaar. Uiteindelijk was de teleurstelling groot toen in
de kwartfinale van Dukla Praag, na een 1-1 gelijkspel thuis, met 2-1 werd verloren.
In 1969 volgde een Europese herkansing. Ajax bereikte als eerste Nederlandse club
de finale van het Europa Cuptoernooi voor landskampioenen. In Madrid verloren de
Amsterdammers met 6-1 van AC Milan, maar in ieder geval werd Ajax internationaal
gezien een club om rekening mee te houden.
1971-1973: De Europese hegemonie
In 1973 verliet Cruijff Ajax, ondermeer gekwetst doordat zijn aanvoerderschap door
zijn medespelers aan Piet Keizer was overgedaan, en ging voor zes miljoen gulden
naar Barcelona. Een recordbedrag destijds. De Catalaanse club, die twee jaar daar
voor ook al Michels contracteerde, ontving Cruijff als "El Salvador" [de verlosser), en
werd voor het eerst sinds veertien jaar weer kampioen.
Met de successen op nationaal niveau onder trainer Rinus Michels werd aan het eind
van de jaren zestig de basis gelegd voor de Europese hegemonie van Ajax in de jaren
zeventig. In de gouden jaren 1971, 1972 en 1973 veroverde de club driemaal op rij
de Europa Cup voor landskampioenen. Respectievelijk Panathinakos (2-0), Interna-
zionale (2-0) en Juventus [1-0) werden het slachtoffer van de Europese dadendrang
van de Amsterdammers. In de strijd om de Wereldcup in 1973 tussen de Europese
en Zuid-Amerikaanse kampioen werd het Argentijnse Independiente verslagen. Ajax
bedankte voor het spelen van de officieuze Wereldcup in 1976 vanwege het slopende