1 Jj Jj li J Ji fill] 'AJAX MOET WEER WORDEN WAT HET WAS' O 1 NAC KLOK •SEIZOEN 2002-2003 In de bal komen, knijpen, doordekken, te diep staan, op tien spelen, eerste paal komen en druk zetten. Zomaar wat voetbaltermen waarvan met name trainers zich graag bedienen. Soms is er nog nadere uitleg bij nodig, maar veel termen leiden al een eigen leven, zoals 'op tien spe len', of 'eerste paal komen'. De voetbaltaal is bloemrijk en ontwikkelt zich nog elke dag. Met dank aan de trainers. Met name Johan Derksen van Voetbal International, Sunday United en Voetbal Insite maakt er immer een punt van: volgens hem doen clubs er goed aan trainers aan te stellen die ook als voetballer een hoog niveau hebben gehaald. Toch is lang niet elke oud-voetballer een goede trainer, maar dat weet Derksen ook wel. Over Ronald Koeman is wat dat betreft geen discussie mogelijk: de man blijkt een uitstekend trainer. Tenminste, als je dat aan de prestaties mag afme ten. Veel trainers zeggen immers zelf dat ze liever beoordeeld worden op hun trainingen en de wijze waarop de ploeg speelt, dan puur op de presta ties. Bij Ronald Koeman zit het op alle fronten wel snor. Spelers roemen zijn trainingen, de manier van spelen van Ajax spreekt bij velen tot de ver beelding en ook de prestaties zijn een brief naar huis waard. Vorige seizoen won hij met Ajax de landstitel én de beker en in de huidige voetbal jaargang bereikte hij met zijn ploeg (in elk geval) de kwartfinale in de Champions League. Dat laat ste is een prestatie van formaat, zeker met zo'n jonge ploeg. Dat Koeman zélf een prachtige staat van dienst heeft als voetballer, zal zeker een rol spelen in zijn succes als coach. De spelers van Ajax kijken tegen hem op, maar tegelijkertijd zal Koeman zich regelmatig speler onder de spelers voelen.Toen hij bij Ajax aantrad, op 3 december 2001, herkende hij de matheid die over de ploeg lag. Iets dat hem alleen maar kon opvallen vanuit zijn eigen ervaring als speler. "De spelers durfden geen initiatief te nemen", zei hij bij die gelegen heid. "Ik heb geprobeerd ze weer vertouwen in zichzelf te geven. De vrijheid ontbrak een beetje. Ik hecht wel waarde aan discipline, maar sponta niteit is ook belangrijk. Fouten maken mag wel eens, want daar leer je van, maar het is vooral erg belangrijk om ook plezier te hebben in het voet ballen." Ook Ronald Koeman zelf groeit, als trai ner. "Ik heb snel geleerd. Het was een goede oplei ding om assistent van Louis van Gaal te zijn bij Barcelona. En ook het zelfstandig werken bij Vitesse was uitstekend voor mijn ontwikkeling. Ik heb zeker niet het gevoel dat ik al uitgeleerd ben. Iedere dag ontwikkel je je weer verder. Telkens als ik gesprekken heb met spelers of trainers is dat heel leerzaam. Je wordt als trainer altijd beoor deeld op het resultaat. Er zullen ook wel mindere momenten komen, dan is het belangrijk dat je de rust bewaart. Volgens mij heb ik wel wat krediet hier bij Ajax. Ik denk dat het er ook vanaf hangt hoe je je presenteert en of je de club in de pers positief afschildert. Je moet het Ajax-gevoel uit stralen." "Ajax moet weer worden wat het was", zegt Koeman. "Bij Ajax krijgt de jeugd de ruimte om zich te ontwikkelen. Ai wil dat niet zeggen dat als er spelers vertrekken, dat altijd opgevuld wordt met jeugdspelers." Koeman roemt zijn trainersstaf. Ruud Krol, maar nadrukkelijk ook 'spion' Tonny Bruins Slot, die de tegenstanders van Ajax analy seert, John van 't Schip, en gespecialiseerde trai ners als Wil Coort en Laszlo Jambor. "Ruud Krol is mijn directe assistent, die ook een grote inbreng heeft bij de besluitvorming, maar alle trainers heb ben een belangrijke bijdrage. Krol is ook de ver trouwensman van de spelers. Hij kan een speler af en toe een aai over zijn bol geven als ik die net eens flink de waarheid verteld heb. Bij Ruud kun nen de spelers hun hart luchten. Dat is ook één van de taken van een assistent, bij Barcelona had ik net zo'n rol. Dat kwam ook omdat ik toen net als voetballer gestopt was en Ik qua leeftijd dich ter bij de spelers stond." (met dank aan: www.ajax.nl)

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 2003 | | pagina 11