WAARDIG DEGRADANT
AE_
EEN DIPJE
zondag 10 maart
AJAX - DE GRAAFSCHAP
Pas in 1981 hadden de journalisten
weer reden te over om eens een aar
dig stukje te schrijven na een editie
van Ajax - De Graafschap. De Doetin-
chemmers waren, na vijfjaar eerste
divisie, één jaartje terug op het hoog
ste niveau. Om meteen weer, volledig
verdiend,terugtedonderen naaréén
divisie lager. Het korte verblijf in de eredivisie was een soort
schoolreisje, getuige de reactie van de trainer van De Graaf
schap, Huib Ruygrok. Zijn mannen hadden zojuist met 9-1 een
overweldigend pak slaag gekregen in De Meer. „Ik heb van
middag genoten. Ik vond het allemaal erg leuk wat er is
gebeurd, waarom zou ik sikkeneurig doen? Dit is toch heerlijk
om naar te kijken?" Frits Korbach, toen nog trainer van PEC
Zwolle, had een week eerder bijna lopen huilen toen hij door
Ajax met 5-1 was verslagen. Ruygrok vatte het grote verlies wel
erg lichtzinnig op:„Natuurlijk hadden we kunnen proberen het
verlies zo klein mogelijk te houden. We hadden met z'n allen
kunnen verdedigen, hard kunnen gaan voetballen met het
risico drie of vier gele kaarten te krijgen. Maar wie is daar nu
bij gebaat? Niemand toch." De woorden van een waardig
degradant, zo werd aan het eind van het seizoen duidelijk. De
laatste jaren waait er in Doetinchem een veel realistischer
wind en daarmee heeft Ajax het een stuk lastiger, getuige de
recente uitslagen tegen De Graafschap.
Erol Erdogan
Cedric van der Cun
loopt juichend
weg na een
treffer tegen De
Graafschap,
vorig seizoen in de
Arena.
twee goals van Johan Neeskens en Johnny Rep.Typerend voor
de vorm van Ajax was het gebaar van de spits, nog tijdens de
tweede helft: „Jan Mulder had de strijd toen al opgegeven.
Maakte halverwege de tweede helft enige mistroostige geba
ren en keek verder lijdzaam toe. Het echte Ajax liet nog op zich
wachten."
In de jaren die volgden zat Ajax - vaker dan de supporters lief
was - in een dipje. Als de Amsterdammers op 29 januari 1975
met 3-1 winnen van De Graafschap, blijkt dat de media nog
steeds het gouden Ajax van beginjaren zeventig als uitgangs
punt nemen. „Ajax verzuimde de 15.000 toeschouwers in het
Amsterdamse stadion De Meer gisterenavond echter duidelijk
te maken dat het ook kwalitatief weer volledig is hersteld." En,
nog datzelfde jaar maar één seizoen later, werden de Ajacieden
weer gespiegeld aan het grote Ajax, waarvan de geest nog
steeds in de hoofden rondzweefde.Ook bij de journalisten.
Rob van Dobbelsteen schreef na de 3-0 winst op De Graaf
schap: „Natuurlijk, er mag nog steeds niet worden gerept van
een briljant of goed Ajax. Maar het kan diegenen, die de
Amsterdammers bij de aanvang van
dit seizoen hebben zien stumperen
toch onmogelijk zijn ontgaan dat er
iets groeit." Onder leiding van inte
rim-trainer Rinus Michels trachtte
Ajax weer de glorie van weleer terug
te krijgen in De Meer.Tegen De Graaf
schap zorgde een verguisde speler
voor wat leven in de brouwerij, con
stateerde Van Dobbelsteen: „Willy
Brokamp startte tot verrassing van
het door een wolkbreuk natgehoosde
publiek bijzonder gretig en ook goed.
Na een slordige twintig minuten viel
hij, net als Ajax, ver terug. Brokamp,
grijnzend: 'De ouderdom'. Michels,
iets serieuzer: 'Brokamp komt nog
conditie tekort. Hij is nog steeds geen
100 procent.'" Verder was de trainer-
coach niet pessimistisch over de in
opbouw zijnde ploeg. Hij had een
remedie voor vormcrisis bij de Ajacie
den: „Ik wijt dat ondermeer aan een
gebrek aan zelfvertrouwen. Veel win
nen en hard werken, dat is het enige
medicijn." Een jaar later, onder trainer
Tomislav Ivic, waren er nog geen gro
te verbeteringen zichtbaar. Na een
benauwde 1-0 zege (ook letterlijk,
want het was zeer warm, die 22ste
augustus 1976) op De Graafschap liet
de Joegoslavische coach zich ontval
len: „We moeten nog een hoop doen,
voor we weer op het niveau zijn dat
Ajax aan zijn stand verplicht is."