Alleen
zegd dat ik hier vijf, zes jaar wil blijven, maar of
dat ervan komt moet je maar afwachten. Ik hoef
in ieder geval niet zo snel van club te veranderen.
Als ik hier, in de periode dat het wat minder ging,
kwam aanrijden en ik zag door de regen het sta
dion met dat grote Ajax-logo voelde ik trots. Op
zo'n moment ben ik gelukkig dat ik hier mag wer
ken."
„Die kleine dingetjes doen het.Jesper (Gronkjatr,
red.) is na zijn blessure bijvoorbeeld heel moei
zaam begonnen. Ben ik constant mee bezig zo in
tensief dat hij wel eens tegen me zegt: "Trainer,
houd eens op, ik krijg koppijn van je". Maar als je
hem dan ziet groeien en hij op de trainingen de
dingen doet die ik van hem vraag geniet ik met
zo'n jongen mee. Dat geeft mij plezier en vol
doening in mijn vak."
Wouters vertelt hoe zijn liefde voor het trai
nersvak ontstond. „In het begin wilde ik geen
trainer worden. Maar je groeit er een beetje in.
Het is een soort spanningsveld dat je zoekt, dat
je als speler week in week uit hebt meegemaakt
en waaraan je een beetje verslaafd bent geraakt.
Buiten dat spanningsveld is het ook het groeps
proces. Het werken met een groep, lekker het
veld opgaan, donderstralen, elkaar in de maling
nemen en op de momenten dat er gewerkt
moet worden: werken. Ergens naartoe werken,
het vieren van een overwinning of het verwer
ken van een nederlaag, dat is verslavend. Ik weet
niet beter dan de deur uit te gaan en lekker het
veld op. Heerlijk is dat."
„Af en toe vind ik het nog steeds leuk om mee
te doen met de jongens, maar dan moet het veld
wel heel klein zijn. Ik doe natuurlijk in principe al
drie jaar niets meer. Dan wordt het moeilijk het
niveau bij te benen. Als je dan al na vijf minuten
buiten adem bent, is het niet meer zo leuk. Qua
snelheid en handelen kan je natuurlijk niet meer
zo explosief bezig zijn als twintig jaar geleden."
Een voorzichtig ondeugende lach maakt plaats
voor de realiteit als Wouters de rest van het sei
zoen voorspiegelt. „Wij richten ons nu op de
tweede plek, maar als PSV punten gaat morsen,
hoop ik dat wij daarvan kunnen profiteren.Als zij
één keer verliezen en wij winnen, loop je meteen
drie punten in. Maar we blijven afhankelijk van
hun prestaties en daarom moeten we realistisch
blijven. Zoals het er nu voorstaat richten we ons
op de tweede plek en hopen we stiekem in te
lopen."
ZONDAG 19 MAART AJAX -
Wouters haalt stijlvol uit in een sfeervol De Meer
FC TWENTE I 35
voorbeeld ziet hoeveel blessures wij gehad heb
ben. Soms had ik niet eens een verdediger be
schikbaar. Dat maakt het er natuurlijk niet een
voudiger op. Maar ik heb iets van: jullie lullen
maar een eind weg, ik ga gewoon door waarmee
ik bezig ben. Of dat altijd het beste is voor me
zelf vind ik niet zo belangrijk."
„Het wordt ook allemaal erger voorgedaan dan
het is. Ik vind dat wij alleen in de periode RKC-
thuis, Roda-thuis echt slecht hebben gespeeld.
Daar hebben we, achteraf gezien, de slag verlo-
ren.Vandaar dat verschil van zes punten.Voor de
rest is het bij ons inderdaad niet altijd heel goed
geweest, maar je ziet wel, bijvoorbeeld met de
passing, dat het steeds beter wordt. In dat opzicht
was het moment dat Richard (Knopper, red.) in
mijn armen vloog tegen Willem II fantastisch. Dat
heeft te maken met het feit dat hij en de andere
spelers weten waar je mee bezig bent en waar je
naar toe wilt toewerken, maar dat het met hor
ten en stoten gaat."
I TROTS
Ondanks de moeilijke omstandigheden zal Jan
Wouters zijn plezier bij Ajax niet snel verliezen.
Hij heeft het nog steeds ontzettend naar zijn zin.
Beaamt: „Ja, ik voel me lekker bij Ajax. Zo lekker
dat ik hier wel voor 100 jaar zou willen blijven.
Jan Wouters, passend met links
Slot met de mededeling dat Ajax interesse voor
mij had en of ik na Ajax-FC Utrecht even met
Cruijff wilde praten. Zat ik na afloop bij hem in
zijn kantoor in de Meer. Hij zei dat hij me graag
wilde halen voor het volgende seizoen. Hoe ik
dat kantoor verliet? Ik had toen al een behoor
lijk grote snor, maar door de smile op mijn bek
werd 'ie nog groter."
Hij denkt opvallend lang na over zijn meest me
morabele Ajax-momenten. Na een tijdje komt
Wouters met een verrassend antwoord: „In ne
gatieve zin is het"staafincident" in 1989 me het
meest bijgebleven. Op het moment dat ik die
staaf weghaalde uit het doelnet, wist ik al dat we
uit de Europacup zouden worden geflikkerd. Het
mooiste moment bij Ajax voor mij persoonlijk
was dat ik hierheen kwam onder begeleiding van
een heleboel kritiek en ik zes maanden later
werd omschreven als een onmisbare pion in het
Nederlands elftal. Dat zegt iets over mijn men
taliteit. Die heb ik nu, als trainer, nog. Deze jon
gen loopt niet weg, hoezeer ik ook wordt afge
zeken."
Hoe dikwijls Wouters dit seizoen ook werd be
kritiseerd, wakker ligt hij er niet van.Toch doet
zijn strakke blik anders vermoeden: „Ik word ziek
van alle kritiek van mensen die niet weten hoe
het werkt en waar ik mee bezig ben. Als je bij-
Pascal van Wessel Hans Willink