Tijdens de reguliere
wedstrijd vielen geen
doelpunten. In de
verlenging maakte Johan
Cruijff al na drie minuten
de bevrijdende 1-0.
Het Portugese verzet was
gebroken en spits Inge
Danielsson zorgde met
twee goals voor de 3-0
eindstand.
Foto: Guus de Jong
We haalden patat en kroketten bij het
Haarlemmermeer-station. Daar zetten
we ook onze fietsen neer. Febo bestond
nog niet. Politie heette nog kip en was
er op zo'n avond alleen om het verkeer
te regelen. Tegen zeven uur stonden we
op onze vaste stek in vak SS. De mid
denlijn was in dikke nevel gehuld. Zou
Ajax-Liverpool doorgaan? Een gerucht
kroop omhoog. Piet Keizer doet niet
mee. Zo ging dat met geruchten op die
hoge staantribune. Beneden kon je de
geluidsinstallatie een beetje horen. In
het midden en bovenin bleef je doof.
Mijn broer reageerde adequaat. „Dan
ga ik naar huis. Ik zie toch al geen reet."
I TOT IN DE DOOD
Drie minuten na het begin nadert een
oorverdovend gejuich van de andere
kant van het stadion onze kant. 1 -0? Ja,
1-0. 'Wie maakte hem?', roept mijn
broer die net van plan was naar de uit
gang te lopen. Kort daarna klinkt dat
zelfde gejuich. Uit baldadigheid juichen
we mee. Mijn broer besluit te blijven.
om vervolgens weer tijden uit ons ge
zichtsveld te verdwijnen.
Na een half uur doen we enthousiast
mee aan een striemend fluitconcert dat
vrijwel meteen overgaat in gejuich. Een
benutte strafschop? Vlak voor rust jui
chen we weer. Op het scorebord boven
ons staat Liverpool 0, Ajax 4. Na rust
speelt Ajax onze kant op. We mogen
nog een keer juichen. Die goal, een vrije
schop, is de enige die wij hebben ge
zien. We beloven elkaar dat we nooit
meer andere plaatsen willen. Tot in de
dood zullen we staan, in het vak dat
heel zijn naoorlogse Olympisch leven
vak SS is gebleven. En zo principieel wa
ren we ook niet, dat we om die twee let
ters ons vak ontrouw werden. Dus ston
den we er ook op 12 februari 1969.
I OP EEN SLOF
Amsterdam lag er de hele dag wit bij, zo
wit dat we hoopten dat Ajax-Benfica
niet zou worden afgelast. Want Portu
gezen met de zwarte parel van Mozam
bique Eusebio zouden in die kou na-
Vlak boven ons zien we de scorebord-
bediende uit zijn hokje komen en de 1
vervangen door een 2. Dan weer een
gerucht. Suurbier is uitgevallen. „We
hebben ook altijd wat", roept mijn broer.
In die tijd mochten geblesseerde spelers
nog niet worden vervangen. We zien
Sjaak Swart af en toe een bal ophalen
op de plek waar Suurbier was begonnen
Barry Hulshoff trachtte met de wedstrijdbal naar
de kleedkamer te ontsnappen, maar werd door
een dolenthousiaste menigte op de schouders
genomen. Ajax had de halve finale bereikt.
Foto: RBP/Sterk
4 I 6 APRIL 1999