Periode 1916-1940 weinig succesvol
HISTORIE
fiflaB-
De laatste keer dat we in Vitesse Vandaag schreven over de
geschiedenis van Vitesse (in de uitgave bij de wedstrijd
Vitesse-NEC) stonden de jaren 1912-1915 centraal. Vandaag de
vierde aflevering van deze historische serie, waarin de periode
1916-1940 aan bod komt.
Gerrit Horsten speelde zes interlands.
Jps en downs horen erbij in de
voetballerij, ook Vitesse
heeft het door de jaren
heen ondervonden. Na de succesja-
ren 1912-1915 ging het een flinke
tijd bergafwaarts met de club. Dat
leidde in 1922 zelfs tot degradatie
naar de tweede oostelijke klasse. Een
jaar later al was Vitesse terug op het
hoogste niveau en kwam er een
nieuwe trainer in de persoon van
Jef Jefferson. Weer een jaar later
kreeg ook de spelersgroep een flinke
injectie met de komst van de inter
nationals Jan de Natris (Ajax) en
Gerrit Horsten (Willem II)Succes
liet niet lang op zich wachten, al
bleef het beperkt tot het bekertoer
nooi. Daarin bereikte Vitesse in 1927
de finale. Tegenstander in de eind
strijd was het Haagse VUC. Vitesse
was favoriet en nam door een doel
punt van linksbinnen Bochove de
leiding. In de tweede helft kwam
VUC langszij, waarna Jan de Natris
een uitgelezen mogelijkheid kreeg
Vitesse opnieuw op voorsprong te
zetten. Hij miste echter een na een
handsbal toegekende strafschop en
een aangeslagen Vitesse gaf de wed
strijd daarna uit handen: 1-3.
Overigens speelde Jan de Natris
slechts één interland als Vitesse-spe-
ler. Op 25 oktober 1925 maakte hij
deel uit van het nationale elftal dat
Denemarken met 4-2 versloeg. Vóór
zijn Vitesse-tijd werd Jan de Natris,
een grillige vleugelspits, twintig keer
geselecteerd voor Oranje als Ajacied
en twee keer als speler van De Spar
taan. De andere Vitesse-international
uit die dagen, Gerrit Horsten, kwam
tot zes interlands: vijf als speler van
Willem II en één als Vitessenaar. Die
laatste interland van Gerrit Horsten
