NEEMT AFSCHEID VAM DE MEER
HOOGTEPUNTEN
oT»?'
KICK OFF
NR. 19 - 10
SJAAK SWART
publiek. Bij Stormvogels
speelden toen net de ge
broeders Henk en Cees
Groot, die later voor Ajax
gingen voetballen. We won
nen met 3-2 en ik scoorde.
Ik weet niet meer hoe, en
welke van de drie doelpun
ten het was, maar het zal de
beslissende wel geweest
zijn, ha ha."
Hoogtepunten in De Meer:
„Dat zijn er eigenlijk teveel
om op te noemen. Mijn de
buut in het Ajax-stadion is
er uiteraard één van. En wat
me daarna meestal als eer
ste te binnen schiet, is een
wedstrijd tegen MVV die we
met 9-3 wonnen en waarin
ik vijf goals maakte. Voor
mij een persoonlijk record.
DE EERSTE KEER
De eerste keer in De Meer: „Dat was als kleine jongen van
zes jaar op de staantribune. Ik ging met mijn vader mee, die
kwam al jaren bij Ajax. Het was een échte Amsterdamse
club, een volksclub. Iedere thuiswedstrijd was een feest. Spe
lers en supporters waren één. Toen ik tien jaar werd, ging ik
zelf voetballen bij OVVO. In een wedstrijdje tegen Ajax
scoorde ik vijf van de zeven doelpunten. Prompt werd ik uit
genodigd om voor Ajax te komen spelen. In de schaduw van
De Meer. Wat mij het meest is bijgebleven, en dat zal nie
mand verbazen, is mijn eerste wedstrijd met Ajax 1 in het
stadion. Ik was nog A-junior en ik had al een keer als wissel
speler op de bank gezeten. Een week later, tegen Stormvo
gels voor de beker, stond ik ineens in de basis. Voor eigen
5 april 1972: Sjaak Swart
scoort de winnende treffer
in de Europa Cup 1 finale
tegen Benfica.
Partir c' est mourir un peu.
Afscheid nemen is een beetje
sterven. Afscheid van het
nog levende bewijs der her
inneringen: De Meer, tempel
voor Amsterdamse voetbal
gelovigen. In gedachten jui
chen keurig nette heren,
voorzien van bolhoed en bol-
knak, om wéér een doelpunt
van Ajax. Herinneringen. Dat
is alles wat straks rest.
Veilig achterop, bij vader op
de fiets. Vader wist de weg
en Sjaak Swart wist nog van
niets. Hij was pas zes jaar
oud en mocht mee naar
Ajax. Naar 't stadion. Om te
kijken naar Guus Drager, de
'matador op de vierkante
meter'. Zijn idool, zijn voor
beeld. Niet wetende dat ve
le honderdduizenden voet
balliefhebbers later speciaal
voor hém op de tribune
zouden zitten. Sjaak Swart, bijnaam 'Paco' (liefkozend), of
respectvol 'Mister Ajax'. Dribbelaar en goaltjesdief tegelijk.
Wie Ajax zei, noemde in één adem stadion De Meer en
Sjaak Swart, de eeuwige rechtsbuiten. Een heilige drieëen-
heid.
De carrière van Swart eindigde op 8 augustus 1973, met een
afscheidswedstrijd in het Olympisch Stadion tegen Totten-
ham Hotspur. Een bewogen afscheid van een begenadigd
voetballer, die in 603 officiële wedstrijden het Ajax-shirt
droeg en daarin 208 doelpunten maakte. Een belangrijk
hoofdstuk uit de Ajax-mythologie was afgesloten. Een
hoofdstuk waarin ook De Meer een voorname rol vertolkte.
Maar waar de stadionmuren zwijgen, onthult Sjaak Swart
het geheim van de catacomben. Bij het afscheid van een
voetbalmonument.