RECORD CLUB MET UPS EN DOWNS (A EEN VOLENDAMS Vanaf 1987 staat Volendam met beide wijdbebroekte benen weer in de Eredivisie. Dat ziet er niet reuze spektakulair uit, maar nooit eerder vertoefden de Oranjehemden zo lang op het hoogste niveau. Dit seizoen zal de club trachten om het verblijf met minstens een jaar uit te breiden. Volendam kwam in 1920 als "Victoria" om de hoek kijken. Aanvankelijk kwam de vereniging uit in de rooms katholie ke voetbalbond de IVCB. In die afdeling speelde Volendam steeds een voorname rol en in 1935 werd het kampioen van Nederland, een katholiek kampioenschap derhalve. In 1940 werd Nederland "ontzuild" en dat hield mede in dat alle bonden en bondjes zich verenigden. Op voetbalge- bied betekende dit dat de Nederlandsche Voetbalbond (nog zonder de K van koninklijke) de enige voetbalbond werd. Volendam manifesteerde zich daarin als tweedeklasser. De pogingen om te promoveren strandden twee keer in de pro- motiestrijd. Respectievelijk Stormvogels en EBOH troefden Volendam af. Echt succesvol werd Volendam pas met de in trede van het betaald voetbal in Nederland (1954). In 1959 bereikte Volendam de nationale bekerfinale en naar goed Volendams gebruik was het elftal vrijwel volledig samenge steld uit jongens uit het dorp. Opmerkelijk was dat een Vo- lendammer, Jany Schilder, één van de steunpilaren was bij de -winnende- tegenpartij, Sparta. De Rotterdammers ver sloegen Volendam met 4-3. DE EERSTE KEER Een seizoen later was het feest volledig. Volendam had de Eredivisie bereikt door Leeuwarden voor te blijven in de competitie. Gevolg was, dat de groten van Nederland zich in Volendam meldden. De entree van de mannen uit het vis sersdorp bracht ook een groot stuk folklore met zich mee. Bezoekende clubs vertrokken steevast met pondjes paling in de voetbalkoffers en men maakte kennis met het fenomeen "bijnamen". Om de vele Jonk'en, Kwakmannen, Zwarthoe- den, Pelken, Tuypen, Bonden en Tollen te kunnen onder scheiden was het noodzaak om de Volendammer bij hun bij- De selectie van Volendam, 25 jaar geleden. Staand van links naar rechts: trainer Hans Croon, Billy Bond, Jaap Smit, Jaap Schokker, Jack Jonk, Bol Jonk, Jaap Tol, Jacky Hoogland en Wim Kras. Zittend: Klaas Plat, Meeuwis Majoor, Kip Jonk, Johan Pelk, Arnold Mühren, Wim Kwakman, Jan Ruiter en Klaas Zwarthoed. KICK OFF NR. 6 - 4 naam te noemen. Het "debuut" tegen Ajax viel op 18 april 1960 in De Meer. Het was een wedstrijd waar men in Am sterdam lang, en in Volendam liever helemaal niet over na praatte. Ajax sloeg meedogenloos toe en bij het slotaccoord van de scheidsrechtersfluit stonden de cijfers 9-0 op het sco rebord. De eerste kennismaking met Ajax was dus een slech te, de eerste kennismaking met de Eredivisie leverde al wei nig lol meer op. Volendam degradeerde naar de eerste divi sie. Een jaar later meldde de club zich echter weer aan de top. Het fenomeen "Heen en Weer" kreeg in die periode gestalte want in de daarop volgende jaren stapte Vo- lendam regelmatig van hoog naar laag, en weer te rug. De doelpuntenmachine van Ajax liet het daarna ietwat afweten. In het sei zoen 1962-1963 vertrok Vo lendam met twee punten rijker naar de moedergrond via een 3-1 zege en een seizoen later won Volendam op nieuw, nu met 3-2. Daarmee was het voorlopig gedaan met het roven van Ajax- punten in Amsterdam. In 1977 gebeurde dat wel. Doelpun ten van Dick Helling (oud-Ajacied) en Klaas Kwakman wer den beantwoord door slechts één Ajax-goal, van Ruud Geels. De laatste keer dat Volendam Ajax in Amsterdam een hak zette, was in een thuiswedstrijd. Dat behoeft enige uitleg. Vanwege een verbouwing aan het eigen stadion week Vo lendam in het seizoen 1993-1994 uit naar het Olympisch Sta dion voor de confrontatie met Ajax. Vooraf werd Volendam weinig kans toegedacht maar via een geslaagde verdedigen de tactiek kon trainer Wim Rijsbergen met de armen jui chend omhoog van het veld stappen. Arie Obdam was de maker van het enige doelpunt. Vorig jaar troffen Ajax en Volendam elkaar wederom in het Olympisch Stadion. Toen was er een kampioenswedstrijd te spelen en het feest kón worden gevierd omdat Ajax na aan vankelijk tegenstribbelen van Volendam uiteindelijk met 3-1 won. Pier Tol kwam niet naar Ajax, hoewel hij wel een echte Ajax-voetballer was, maar Ajax kocht met succes enkele van de grote Volendammer talenten. Dat begon aan het eind van de jaren zestig met Gerrie Mühren, niet veel later ge volgd door broer Arnold. Twee hoogbegaafde spelers met als bijzondere eigenschap pen een vanzelfsprekende techniek, een grote liefde voor het spel én een voor beeldige sportiviteit. Later meldde Keje Molenaar (oorspronkelijk middenvel der, later verdediger) zich in De Meer en nog vers in het geheugen ligt Wim Jonk. Hij maakte furore bij Ajax voor dat hij aan het begin van dit seizoen na twee jaar Inter bij Ajax-concurrent PSV neerstreek. Ben Tornato

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1995 | | pagina 4