WERELDKAMPIOEN
DE MEER
NU AL THUIS
IN AMSTERDAM
MARCIO SANTOS
KICK OFF
NR. 2 - 10
Er is een wereldkampioen neergestreken in de Watergraafs
meer. Zijn naam is Roberto Marcio dos Santos, hij is 41-vou-
dig Braziliaans international en verkoos de eredivisie boven
de Serie A. Dat wisten we. Maar verder? Marcio Santos (25)
stelt zich voor.
De wereldkampioen, in vloeiend Italiaans. "Waar het alle
maal is begonnen? In Sao Paolo, in een ziekenhuis. Daar ben
ik namelijk geboren. Mijn jeugd onderscheidde zich niet van
die van andere jongetjes bij mij uit de buurt. We hadden het
redelijk goed thuis, ik en mijn drie broers en ene zusje. Ik
was de hele dag op straat te vinden, het bekende verhaal,
hè. Ik voetbalde altijd met een groep oudere jongens, dat is
een goeie leerschool geweest. Een harde ook. Op de Brazili
aanse pleintjes lopen zo ontzettend veel goeie voetballers
rond dat je alles, echt alles moet geven en keihard moet zijn
om te overleven."
"Pas op m'n zestiende werd ik lid van een club, Novorizon-
to. Via Porte Alegre en Botafogo kwam ik in 1992 in Europa
terecht, bij Bordeaux. Het eerste jaar daar was moeilijk, ik
had veel last van heimwee. Het tweede jaar ging beter, ook
omdat ik toen naar het WK kon uitkijken. Dat WK, ja, wat
moet ik daar nog over zeggen... Een absoluut hoogtepunt.
SPELVREUGDE
Ik beschouw de wedstrijd tegen Nederland trouwens nog
steeds als de zwaarste van het hele toernooi. Met name de
aanval en het middenveld maakten indruk op me. De verde
diging stelde me eerlijk gezegd teleur. De buitenspelval mis
lukte vaak en we begrepen er niets van dat Romario en Be-
beto zo veel ruimte kregen. Maar verder, de open manier
van spelen, de balcirculatie, dat zijn elementen van het
voetbal waar ik erg veel van hou. In mijn Franse periode viel
het me al op dat Ajax op die manier speelde. Wat ik van
Ajax zag leverde niet alleen
resultaat op, maar straalde
ook nog een hoop spel
vreugde uit. Daarmee ge
confronteerd hoopte ik ooit
in een dergelijk aanvallend
team te spelen."
Maar niet voordat hij zijn
geluk had beproefd in de
Serie A, bij Fiorentina. Dat
afgelopen seizoen, met San
tos in de gelederen,teleur
stellend presteerde. Liefst 57
tegendoelpunten, alleen
Brescia en Padova maakten
het bonter, dat is veel, heel
veel. "Klopt, maar Santos
kan ik niets verwijten", zegt
Fiorentina-trainer Ranieri
desgevraagd. "Hij is het
Het favoriete shirt van Mar
cio is en blijft het gele Brazi
liaanse shirt.
Marcio dos Santos voor Bra
zilië in actie tijdens het WK
in Amerika. De wedstrijd te
gen Nederland maakte op
hem de meeste indruk.
slachtoffer geworden van
de onevenwichtigheid bin
nen het elftal. Ons zwakke
punt vorig seizoen was het
middenveld, daardoor kreeg
hij voortdurend een over
macht van aanvallers op zich
af. Maar dat wilde de pers
hier niet inzien, die gaven
hem als grote buitenlandse
aankoop, als wereldkam
pioen, de schuld van het
grote aantal tegendoelpun
ten. Onterecht. Santos is een
uitstekende voetballer, en
daarnaast ook nog eens een
voorbeeldig professional. In
een uitgebalanceerd elftal
als Ajax zal hij veel beter tot
zijn recht komen. Jullie zul
len de echte Santos te zien
krijgen."
Hij zegt Italië niet te zullen
missen, Marcio Santos. Daar
was de sportieve armoede in zijn vorige elftal te groot voor.
En het leven te hectisch bovendien. "Florence was erg be
nauwd, ik had er totaal geen privé-leven. Als ik een keer
naar een restaurant ging, zag ik onmiddellijk om me heen
mensen hun zaktelefoontje pakken. Om vrienden te waar
schuwen, of de club in te lichten. Daar werd ik wel eens
moedeloos van."
Nee, dan Amsterdam. "Dat is een stad waar je je gelijk op je
gemak voelt. Met veel leven op straat. Veel jonge mensen
ook, in Bordeaux en Florence zie je veel meer oudere men
sen op straat. Amsterdam lééft, nodigt uit om deel te ne
men aan dat leven. Aan het voedsel ben ik nog niet ge
wend, vooral van jullie manier van ontbijten begrijp ik niets.
Een sneetje brood en daar moetje het de hele ochtend mee
doen. Geeft niks, je kan in Amsterdam van alle soorten
voedsel krijgen, ik red me wel. In zo'n sfeer voel ik me thuis.
Ik heb een persoonlijke ranglijst van favoriete wereldsteden.
Rio staat bovenaan, maar Amsterdam heeft zich in die korte