AJAX 2 VITESSE 2
KAMU
KICK OFF
NR. 11 - 25
De remmen knarsten, de
wielen piepten. Er aan voor
af klonk indringend, angst
aanjagend bijna, het schrille
geluid van de fluit. In het
holst van de nacht reed de
trein het station van Cluj
binnen, de hoofdstad van
het vanouds Hongaarse deel
van Roemenië. Het is in de
maand september van het
jaar 1976. Ceausescu regeert
met vaster hand dan ooit. Ik
had toegezegd er voor twee
jaar te wonen, te studeren
en te werken. Ik was als het
ware gecontracteerd. Ik was
27 en ik ging er niet alleen
heen. Mij wachtte het avon
tuur van een nieuwe, mij
vreemde cultuur, een nieu
we, mij vreemde taal, ande
re zeden en gewoonten,
een volstrekt wezensvreemd
politiek klimaat.
Vergelijkingen gaan nooit
helemaal op, maar nu ben je
17 en je wordt gecontrac
teerd door een voetbalclub
in een ander werelddeel.
Natuurlijk: je wilt hogerop,
je wilt de top en je weet dat
je dan in dat werelddeel
moet zijn. Maar de barrières
zijn hoger en meer in aantal
dan voor een hordeloper.
Taal, cultuur, klimaat, ze
den, omgangsvormen en
nog veel meer: het is alle
maal vreemd voor je. Nu
speelt er wel al een landge
noot van je bij dezelfde club
wier kleuren je gaat verde
digen, maar toch. Hij heeft ook zijn eigen leven. Je bent 17
en je bent alleen. Het avontuur lonkt, maar ook voor jou is
de toekomst een zwart gat, een toekomst die je zelf kleur
moet geven. Je wilt slagen, maar zal het ook lukken? En je
wilt niet alleen voor jezelf slagen, maar ook voor "thuis".
Jouw trots is tevens de trots van je familie. Maar met je
goed humeur, je brede lach en overtuigd van je kwaliteiten
(waarom ook niet: ze hebben je toch niet voor niets "ge
haald"?) begin je aan je nieuwe leven op dat andere conti
nent. En de momenten komen waarop je je talenten kan la
ten zien. Je scoort fraai tegen Feyenoord, nog fraaier tegen
NAC. Je naam wordt gespeld. Zelfs kritische journalisten
spreken met ontzag over je. Maar dan stagneert het; het
gaat opeens minder, alsof een knaagdiertje langzaam maar
zeker aan je zelfvertrouwen knabbelt. Er komen twijfels en
nog erger: het virus van heimwee maakt zich van je meester.
De vertrouwde omgeving van thuis wenkt heviger dan ooit.
Een vaste plaats in het hoofdteam is ver weg. Maar ook in
het tweede gaat het niet zoals bij je past. Gelukkig is er de
steun van de club, van de trainers, van anderen en je overle
vingsinstinct blijkt ook sterk genoeg. Je komt terug, op het
hoogste niveau. Maar het noodlot slaat weer toe. Na de
geest is nu het lichaam aan de beurt. Schouder uit de kom.
Je moet weer terug naar af. Maar je weet nu: aan elke tun
nel, hoe lang ook, komt een eind. En zo zien een honderdtal
toeschouwers je op 17 januari over de groene mat gaan. Ze
zien je kaatsen, koppen, ruimte zoeken en ruimte maken
(bij voorbeeld voor de 1-0 van Van den Brom).
Christian Nwankwo Kanu is weer op weg naar het applaus,
de bewondering alom, naar een niet weg te denken plaats
bij een topclub van dit werelddeel. Dat hoopt in elk geval
deze (hem) liefhebbende toeschouwer.
Klaas Vos