militaire functie met een doffe blik in de ogen. "Bij ons wor den dienstplichtigen gekeurd voor de Marine. Vier dagen per week hang ik daar van half acht tot half vier rond. Het valt nu allemaal nog wel mee, maar op den duur gaat het flink vervelen, denk ik. Er zijn veel momenten dat je ge woon niets te doen hebt. Ik besef in elk geval weer hoe goed je het als voetballer eigenlijk hebt. En ik heb weer een extra stimulans om me bij Ajax te bewijzen, voor zover ik die nog nodig heb. Mare Overmars vertelde laatst dat hij vo rig jaar, toen hij in dienst zat, precies 26 dagen op de kazer ne is geweest. Dus hoe sneller ik weer bij het eerste zit, hoe minder ik naar de marine hoef." Het zijn bijzaken, hij weet 't zelf. De ware motivatie haalt Oulida uit zijn eergevoel, de onvoorwaardelijke wil om te slagen bij Ajax. "Niets is erger dan vanaf de tribune of voor de televisie naar de wedstrijden kijken. Dan lijkt het alle maal zo ontzettend ver weg. Ik denk de laatste tijd veel na, over de reden waarom ik nog steeds niet echt ben doorge broken. Het komt deels door blessures op ongelukkige mo menten, maar daar mag je nooit alles op terugvoeren. Mis- Tarik Oulida in gelukkiger tijden want: aan de bal. Oulida: 'ik moet op eigen kracht weer terugkomen' schien moet ik me meer van adviezen van anderen aantrek ken. Ik ben nogal eigenwijs, wil het helemaal zelf doen. Ik luister wel naar andere mensen, maar vaak met een half oor. Ik weet dat dat niet goed is, maar zo zit ik nou eenmaal in elkaar. Ik trek me wat dat betreft een beetje op aan Ka- nu. Die heeft ook een terugval gehad en is er op eigen kracht weer uitgekomen. Dat moet en gaat mij ook lukken." LIBERO IN JONG ORANJE Zijn positie in Jong Oranje is, ondanks de haperende start van dit seizoen, geen moment in gevaar gekomen. Nog maar amper bekomen van zijn enkelkwetsuur leidde Oulida half oktober de defensie van de jeugdige internationals te gen Jong Noorwegen. Als libero, de favoriete plek van de geboren en getogen linkshalf. "Ik had eigenlijk nog niet ge noeg wedstrijdritme, maar het was een prettige blijk van waardering dat ik tegen Noorwegen mocht spelen. Dat geeft je weer even een steuntje in de rug. In Jong Oranje speel ik op 4, die positie bevalt me steeds beter. Je hebt het spel voor je, kunt zelf min of meer de momenten bepalen dat je inschuift. Als linkshalf ben je veel meer afhankelijk, sta je vaak te wachten op de bal. Op den duur zou een plek achter de spitsen misschien kunnen. Momenteel heb ik ech ter te weinig diepgang in mijn spel voor die positie. Ik richt me in eerste instantie op nummer vier. Raar idee trouwens, dat ik voor de posities die mij het beste liggen moet concur reren met twee van m'n beste maatjes bij Ajax. In het cen trum van de verdediging maakt Clarence een goede kans om de plek van Rijkaard over te nemen als die stopt, links op het middenveld doet Edje Davids het heel erg goed. Maakt niet uit, in de voetballerij tellen dat soort sentimen ten niet. Even goeie vrienden. Alleen voor de allersterksten is plaats. Ik zal dit jaar moeten laten zien dat ik daar bij hoor." Simon Zwartkruis

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1994 | | pagina 11