WAT EEN WEDSTRIJD!
i)
"DE VIER
VAN
OUDENDIJK"
ÉtÉT
AJAX-FEYEIUOORD 1932
Op 8 oktober 1933 verkeerde Ajax in feite in een vergelijkba
re situatie als nu: waar Ajax' vlaggeschip in de competitie al
eens averij had opgelopen was Feyenoord nog zonder punt
verlies toen het richting Amsterdam trok. De 4-3 nederlaag
tegen Sparta, twee weken eerder, en de zeven doelpunten
die Ajax in de drie tot dan toe gespeelde wedstrijden tegen
had gekregen, wekten op zijn minst de indruk dat de Ajax-
verdediging bepaald niet waterdicht was.
De vrees was dan ook dat de Feyenoord-voorhoede, met
Puck van Heel, Manus Vrauwdeunt en Jan Linssen, van deze
kwetsbaarheid een gepast (of zo u wilt, ongepast) gebruik
zou maken. De Ajax-aanhang, kortom, wist het zo net nog
niet toen ze 's zondagsmiddags de spoorbaan bij de Lin-
naeusstraat overstaken op weg naar het Ajax-terrein.
Die onzekerheid werd versterkt door de wetenschap dat
Ajax een tweetal belangrijke steunpilaren miste door bles
sures: Jan Schubert en Piet van Reenen, samen altijd wel
goed voor twee of drie doelpunten. Ko Loois, de linksback,
speelde wel, ondanks een geblesseerde hand. Tegenover dit
elftal stond een volledig Feyenoord.
TECHNISCH SURPLUS
Ajax besloot er het beste van te maken, gewapend met een
gezonde portie hoofdstedelijke bluf. Al binnen een minuut
moest Van Male handelend optreden, en al na vijf minuten
moest de lange Feyenoord-keeper naar het net op een lage
Wim Volkers, smaakmaker in
de eclatante 7-1 zege op
Feyenoord in 1933.
V
KICK OFF
NR. 9 - 5
schuiver van Wim Volkers. Ajax hield het spel breed, en maak
te optimaal gebruik van het technisch surplus. Feyenoord
werkte hard, kwam ook enkele malen dreigend voor het doel
van Ajax-doelwachter Keizer, maar vormde niet de eenheid
die Ajax die middag wel was. Van Heel kon voorin niet alles
alleen, de broertjes Paauwe op het middenveld kwamen niet
aan aanvallen toe en Kees van Dijke in de verdediging kwam
handen tekort om de aanstormende Ajacieden van repliek te
dienen. Halverwege de eer
ste helft leidde Ten Have, die
even tevoren net niet tot sco
ren kon komen, een nieuw
offensief in door de bal op
Oudendijkte plaatsen, die
de bal laag achter Van Male
joeg. Een leuk succes voor de
man die 'goaltjes-Piet' van
Reenen moest vervangen.
Tien minuten later werd het
nog leuker voor hem, toen hij een schot van Piet van Deyck
van richting veranderde en zo de Rotterdamse keeper verras-
te:3-0.
Na de rust pakte Ajax het werk op waar het dat bij de thee
had laten liggen, en vooral de linkervleugel, Mulders-Van
Wijngaarden, bracht Bul en Jaap Paauwe meermalen tot
wanhoop. Toen verdere doelpunten echter uitbleven, liet
Ajax even het tempo zakken en onmiddellijk profiteerde
Feyenoord, toen na tien minuten Gerrit Keizer, Ajax' kleur
rijke doelman, de bal iets te mooi wilde stoppen en daar
mee een corner weggaf. Die belandde op het hoofd van
Manus Vrauwdeunt, die hard inkopte: 3-1. Even probeerde
Feyenoord door te drukken, maar de aanval kon tegen Van
Diepenbeek, Loois en spil Anderiesen geen vuist maken. Bo
vendien was Ajax nu weer geheel bij de les, en een fraaie
actie van Van Wijngaarden bracht de stand op 4-1. Enkele
minuten later plaatste Volkers de bal op maat naar Ouden
dijk, die hard raakschoot: 5-1. Het wanhopige Feyenoord
zag vervolgens de Ajacieden aan alle kanten voor het doel
opduiken, maar gelukkig niet altijd trefzeker reageren. In
de 83e minuut, vlak nadat Anderiesen met een afstands
schot rakelings naast had geschoten, scoorde Van Wijngaar
den de zesde treffer, en vervolgens verprutste Oudendijk
zijn kans op nummer vier om die vervolgens in de slotfase
alsnog ter wereld te brengen: 7-1.
OP WEC NAAR VIJFDE TITEL
Een ontgoocheld Feyenoord slofte na het laatste fluitsignaal
van toparbiter Job Mutters het veld af, en moest het verdere
seizoen machteloos toezien hoe Ajax geen punt meer liet
liggen, steeds verder uitliep en tenslotte al op 28 januari, na
winst op HFC, de afdelingstitel in bezit nam. In een zinde
rende kampioenscompetitie waren tenslotte beslissingswed
strijden tegen Willem II en KFC nodig om Ajax de vijfde
landstitel te bezorgen. Op doelgemiddelde; de allesbeslis-
sende goal kwam twee minuten voor het einde van de be
slissende wedstrijd van de voet van de man die er tegen
Feyenoord niet bij was: Piet van Reenen. Hij was dat seizoen
goed voor dertig doelpunten.
Evert Vermeer