Bij Willem II en Jong Oranje speelde je meestal aan de linkerkant. Bij Ajax op rechts. Voorkeur? "Nee. Op rechts bevalt het me goed, heel goed. In feite maakt het mij niet veel uit of ik nu links- of rechtsbuiten ben. Het loopt lekker op de rechterkant. Soms is het wel fijn om te switchen. In de wedstrijd tegen Kaiserslautern bij voorbeeld, gaf mij dat een nieuwe impuls. Dan komen er weer nieuwe dingen naar boven. Ik was eigenlijk een beet je aan het einde van mijn Latijn, de krachten waren weg. En aan die linkerkant kon ik weer iets anders kwijt. De bal aan- nnemen en dan naar binnen in plaats van naar buiten. Zul ke dingen." Ajax - FC Twente in het Olympisch Stadion... "Ik vind FC Twente een goed spelende ploeg. Had ik van te voren niet verwacht, maar ze maken af en toe grote uitslagen. Ze scoren makkelijk maar verdedi gend geloof ik dat het min der is. We künnen winnen en we gaan ook winnen." Wat is jouw keuze. De Meer of het Olympisch Stadion? "Wanneer je Europa Cup voetbal speelt in het Olym pisch Stadion, zoals tegen Kaiserslautern, dan is dat iets fantastisch. Die sfeer, het kabaal, het vuurwerk. Ik krijg dan het gevoel van "die mensen moet ik wat bie den". Dat is zoiets moois, ik begon spontaan te lachen. De Meer is ook mooi. De tri bunes staan kort op het veld, altijd uitverkocht. Het is jammer dat het Ajax-sta- dion niet groter is want ik weet zeker dat er dan nog meer publiek zou komen. Maar Europa Cup-voetbal in het Olympisch Stadion... Ja, dan weet je precies waarom je altijd bij Ajax wilde spe len." Ben Tornato Foto: Louis van de Vuurst Karakteristieke actie van Ajax' Nummer 7. Bruisend van energie, nooit opge vend, onvermoeibaar. Foto: Louis van de Vuurst Een fraai portret van Mare Overmars, de nieuwe man op rechts die de omschake ling naar het Grote Voetbal in de eerste vijf Ajax-maan- den uitstekend heeft vol bracht. Op welk gebied moet jij het meeste leren? "Vooropgesteld, ik ben jong en moet op alle gebied nog le ren. Zo ben ik nog niet helemaal tevreden over mijn voor zet, ik moet nog meer kijken. Daarnaast moet de wisselwerking met de anderen aan de rechterkant nog soepeler. Ik moet beter bepalen wanneer ik naar de bal toe moet ko men of juist weg moet blij ven. Wanneer ik een gat moet opvullen of een gat moet laten vallen voor bij voorbeeld een opkomende Silooy of Vink. Dat zijn din gen die moeten groeien. Net als het doseren van de acties. Soms is het nuttiger om kalm te spelen dan een actie te maken."

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1992 | | pagina 11