DE UEFA CUP HISTORIE f VANAF 1955... 17 De betekenis van het toernooi om de UEFA Cup als derde Europees toernooi voor clubelftallen dateert pas van de late jaren zestig, toen het toernooi een toe vlucht werd voor clubs die net het lands kampioenschap waren misgelopen en in de nationale bekerstrijd geen geluk ken den. Het evenement was een buiten kansje om toch nog wat inkomsten te krijgen uit internationaal voetbal. Oudste Door die late opwaardering, van wat la ter met de akelige term "Europa Cup 3" zou worden aangeduid, zou men bijna vergeten dat we hier te maken hebben met het oudste van de huidige Europa- Cup-toernooien. Aanvankelijk was de UEFA Cup hele maal niet bedoeld als alternatieve Euro pa Cup. De opzet was: een georgani seerd Europees toernooi voor stedelijke elftallen, die met name vóór de oorlog populair waren. Het initiatief kwam van het Zwisterse UEFA-lid Ernst Thommen wiens ideeën op 18 april 1955 werkelijk gestalte kregen. Op die datum werd in Basel een internationaal comité opge richt ter organisatie van een toernooi om de Internationale Jaarbeurssteden-Be- Het is woensdagavond 15 aprilj.l. In het Olympisch Stadion vieren de Ajacieden uitbundig feest want voor het eerst in de clubhistorie is de finale van de UEFA Cup bereikt. Een stralende Johnny van 't Schip leidt (net als zijn kameraden in de geruilde shirts van Genoa) de vreugde dans. Foto: Louis van de Vuurst Een fraai beeld uit het Jaarbeurssteden- Bekertoernooi 1969-1970. In het ijzig koude Olympisch Stadion duelleert Jo- han Cru ij ff met een Napoli-verdediger. Ajaxzou pas na verlenging (en de be roemde drie goals van Ruud Suuren- donk) voorbij de Italianen en in de kwart finale komen. ker. Op 4 juni 1955 werd de eerste wed strijd gespeeld tussen Basel en Londen (0-5). dat eerste toernooi kende acht stedelijke teams en clubteams als deel nemers. De tweede wedstrijdenreeks duurde twee seizoenen, vanaf het sei zoen 1960-961 wordt een jaarlijkse cy clus afgewerkt. Het was in het seizoen 1962-1963 dat er voor het eerst Neder landse deelname te bewonderen was. Dat gebeurde met een Utrechts elftal en in 1966 volgde het Amsterdamse DWS. Neerlands eerste aansprekende succes sen in het Jaarbeursstedentoernooi kwamen op naam van Ajax. In het sei zoen 1969-1970 werden onder meer Napoli en Carl Zeiss Jena aan de zege kar gebonden, alvorens Ajax zich in de halve finale verslikte in Arsenal, de latere winnaar. Inmiddels werd er bij de inschrijving van de deelnemers steeds nadrukkelijker re kening gehouden met de plaats op de ranglijst in de competitie dan met het feit of de deelnemende club al dan niet uit een stad kwam die kon bogen op een (jaar)-beurs. Kentering In 1971 kwam de definitieve kentering. De UEFA nam de organisatie van het toernooi op zich, noemde het meteen "UEFA-Cuptoernooi" en stelde als eis dat de deelnemers echte "Runners Up" in de competitie moesten zijn. Dat ver hoogde de waarde van het toernooi aanzienlijk daar het niet zelden voor kwam dat een UEFA-Cup-deelnemer een kampioenskandidaat was en sterker dan een deelnemer in het toernooi der Bekerwinnaars waar af en toe ook clubs uit de tweede divisies aan meededen. Ter afsluiting van de Jaarbeurssteden- periode speelde de eerste winnaar (Bar celona) een wedstrijd tegen de laatste (Leeds United). Barcelona won met 2-1 en mocht derhalve de Jaarbeurssteden- beker definitief in de eigen, al rijk gevul de prijzenkast plaatsen. Puntensysteem Om de jaarlijkse discussies over het aantal inschrijvingen per land te beëindi gen, wordt sinds 1980 een puntensys teem gehanteerd. Op basis van de inter nationale clubresultaten per land in de drie Cup-toernooien over de laatste vijf seizoenen wordt bepaald welke landen vier, drie, twee of één club mogen in schrijven. Toen dat geschiedde hadden al twee Nederlandse clubs hun naam in de nieu we UEFA beker mogen graveren: Feye- noord in 1974 en PSV in het daaropvol gende WK-jaar 1978. Ajax wist pas dit seizoen door te dringen tot de finale. Na een door Zuideuropese landen over heerste periode (tot 1966), het Engelse tijdperk (tot medio jaren zeventig) en de Noordelijke periode nam Italië de laatste drie jaar het heft in handen. Achtereenvolgens hieven Napoli, Juven- tus en Internazionale de beker. Of Torino de vierde Italiaanse club op rij wordt danwel Ajax de enige beker die het nog niet bezit in de wacht zal slepen...we zullen het na dik anderhalf uur weten. Evert Vermeer

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1992 | | pagina 17