FLUMINENSE
RIO DE JANEIRO
Fluminense Futebol Clube
Opgericht: 21 juli 1902
Oprichter: Oscar Cox
Palmares: 4 keer Braziliaans kam
pioen, 25 keer kampioen van Rio
Trainer: Nazareth Filho Edinho
'Edinho'
Voorzitter: Fabio Egypto
Manager: Valquir Pimentel
Topspelers verleden: Didi, Tele
Santana, Carlos Alberto Torres, Ri-
velino, Edinho, Marinho, Donizete
Stadion: Estadio das Laranjeiras
Capaciteit: 10.000
Clubkleuren: rood-wit-groen verti
kaal gestreept
In 1978 beleefde het Amsterdam-
toernooi zijn vierde editie en een grote
primeur. Voor het eerst haalde
toernooi-organisator Jack van Zanten
een Braziliaanse club naar Mokum:
Fluminense. Het bleek een gouden
greep van de zo gemiste Jack, want
Fluminense toverde op de Olympische
grasmat voetbal uit de voeten om van
te watertanden. Met recht kon men
spreken van een voetbalshow, want al
le trucs en hoogstandjes werden ge
ëtaleerd aan het enthousiaste publiek.
Vreemd genoeg zette het samba
voetbal geen werkelijke zoden aan de
dijk. Fluminense eindigde op de laat
ste plaats... Maar die positie gaf een
zeer vertekend beeld van de werkelijke
krachtsverhoudingen. Het 'Toernooi
van de 2-2's" (alle vier de wedstrijden
kenden na negentig minuten een eind
stand van 2-2!) had voor Fluminense
namelijk geen goede penaltyreeksen,
waarin het twee keer met 5-4 verloor,
respektievelijk van Ajax en AZ '67.
Niettemin klapten de Amsterdamse
supporters hun handen gloeiend voor
de Braziliaanse grootmeesters.
Het prachtige optreden van Fluminen
se sterkte Jack van Zanten in zijn
overtuiging dat hij met Braziliaanse
clubs geen 'kat' kon laden en in latere
afleveringen van het beroemde
Amsterdam-toernooi kwamen Atletico
Mineiro, Botafogo en Flamengo aan de
vooravond van het voetbalseizoen naar
het Olympisch Stadion. En steeds
weer vervulden de Zuidamerikanen
hun plicht als entertainers.
Nu dertien jaar nadat de club het ijs
had gebroken, keert Fluminense weer
terug in het Amsterdam 716-toernooi.
En leefde er destijds vooral grote
nieuwsgierigheid naar de Brazilianen,
nu neemt het publiek met hoge ver
wachtingen plaats.
Of die verwachtingen worden ingelost
hangt voor een groot deel af van de
capaciteiten van trainer Edinho. Als
voetballer hoorde deze 36-jarige tot de
grote voetballers van Brazilië, dus zijn
geloofsbrieven zijn goed. Dat Edinho
in 1978 bovendien deel uitmaakte van
het Fluminense-elftal dat tijdens het
Amsterdam-toernooi optrad voorspelt
ook al veel moois.
Toch zal het de kersverse oefenmees-
ter van de topclub uit Rio de Janeiro
niet makkelijk vallen om zijn ploeg
strijdbaar aan te laten treden. In dit
stadium zijn veranderingen namelijk
troef.
Half juli vertrok Fluminense voor de
duur van een maand naar Europa. Niet
alleen om daar veel wedstrijden te
spelen maar vooral om op het oude
continent de beurs te spekken. In
Frankrijk, Duitsland, België en Italië
werd een serie vriendschappelijke
wedstrijden gespeeld en in Nederland
aangekomen zal 'o time', het team, van
Edinho wel zijn ingespeeld. De vroe
ger libero (die in 1988 ook als speler
van Fluminense's grote rivaal Flamen
go deelnam aan het Amsterdam-
toernooi) beloofde de fans dat hij van
Fluminense een 'maquina', wil maken,
op Braziliaanse leest geschoeide voet
balmachine. Daarin zijn de aanvallende
accenten het belangrijkst al zal Edinho
(zelf immers een verdediger) de defen
sie nooit verwaarlozen.
De tricolores van Fluminense juichen. In de
strijd om de Braziliaanse titel bereikte de club
uit Rio de Janeiro de eindfase waar Sao Paulo
en Bragantino echter te sterk bleken.
In de afgelopen competitie om het
Braziliaanse kampioenschap bereikte
Fluminense een allezins acceptabele
derde plaats. Veel meer dan waarop
de 'darcida' de aanhang van Flumi
nense, vooraf had gehoopt.
Met vrij degelijk voetbal, waarin een
scorende hoofdrol was weggelegd
voor de goaltjesdief bij uitstek Bobo
en de talentvolle Ezio, plaatste
Fluminense zich door middel van die
derde plaats voor de finaleronde. De
eerste vier clubs uit de competitie
kwamen daarin uit en Fluminense
vond in de 'halve finale, tegen Bragan
tino haar Waterloo. Bragantino ging
door naar de finale en verloor daarin
van Sao Paulo, de nieuwe Braziliaanse
kampioen.
De Europese trip van Fluminense is
een voorbereiding voor een volgende
competitie, het 'campeonato carioca'
oftewel het kampioenschap van de
staat Rio de Janeiro. De meningen
over de kansen van Fluminense daarin
zijn verdeeld. Per traditie moet de club
veel van haar beste spelers verkopen
om het hoofd boven water te kunnen
houden. De club die 25 keer kam
pioen van Rio was (voor het eerst in
1906 en de laatste keer in 1983) zag
in de afgelopen jaren een enorme hoe
veelheid spelers vertrekken, daaronder
zaten ook veel voetballers die Flumi
nense zelf opleidde. In 1989 werd het
jeugdelftal van Fluminense winnaar
van het grootste jeugdtoernooi van
Brazilië. Sommige van die jonge talen
ten braken door maar werden al snel
doorverkocht aan financieel draag
krachtige clubs.
Voorzitter Fabio Egypto, bijgestaan
door manager Valquir Pimentel, ver
kondigt het principe dat er over iedere
speler te onderhandelen valt. De vele
veranderingen die het Fluminense-
elftal ondergaat zorgt natuurlijk voor
een weinig stabiele basis. Maar groter
nog dan het aantal wisselende spelers
is het aantal trainers dat in de afgelo
pen jaren de club als tussenstation
kende. Vanaf 1987 zwaaiden maar
liefst acht trainers de rood-wit-groene
scepter in het kleine Estadio das La
ranjeiras! De laatste trainer die de laan
uitvloog was Gilson Nunes, nu dus op
gevolgd door Edinho.
Vlak voor het vertrek naar Europa
gonsde het van de geruchten rond
Fluminense. Met een aantal spelers
was nog geen overeenstemming be
reikt over een nieuwe verbintenis.
Een van de onzekere factoren was
doelman Ricardo Pinto, die gezien
wordt als een van de beste Braziliaan
se keepers van dit ogenblik. Op het
11