J
ra't Schip
De Ajacied van het jaar is bekend. Zo
als het er al even naar uit zag heeft
Johnny van 't Schip zijn voorsprong
op Aron Winter kunnen consolideren.
Hij wordt dus in navolging van Stefan
Pettersson Ajacied van het Jaar. Aan
staande zondag bij Ajax-Roda JC
wordt Johnny gehuldigd. Bij wijze van
een speech vertelt Johnny in onder
staand vraaggesprek hoezeer hij zijn
uitverkiezing waardeert. Van 't Schip
doet tevens zijn relaas over dit seizoen
in relatie tot het kritiekvolle vorig jaar.
Hij laat een licht schijnen over zijn
nieuwe hobby 'koppen' en vertelt vol
bravoure waarom Ajax dit jaar kam
pioen wordt. Ruim baan voor de kers
verse Ajacied van het Jaar...
Johnny, jij bent door het publiek
gekozen tot Ajacied van het Jaar.
Een eerste reactie.
„Ik ben ontzettend blij met deze uitver
kiezing. Ik heb vorig seizoen niet zo'n
prettige tijd meegemaakt. Onwaar
schijnlijk veel en harde kritiek. Dan is
het alleen maar fijn als ik nu heb laten
zien dat ik het nog steeds kan. De
mensen hebben gelukkig hun vertrou
wen in mij weer hersteld. Dat doet me
goed. Het geeft altijd veel voldoening
als je gewaardeerd wordt."
neD je de verkiezing gevolgd, houd
je gedurende het seizoen van week
tot week bij hoe de stand van za
ken is ten aanzien van deze
verkiezing?
„Het is niet zo dat je steeds vol
nieuwsgierigheid direct de kranten
openslaat om te zien hoe je ervoor
staat. Je ziet natuurlijk wel in 'De
Echo' en het programmablad of men
je prestatie in de vorige wedstrijd goed
gewaardeerd heeft. Het geeft een fijn
gevoel als je veel stemmen krijgt van
het publiek, het zegt toch dat je op de
goede weg bent. Het maakt dan niet
uit wat voor een verkiezing het is. Je
kunt ook door de eredivisie-spelers of
door de pers worden uitgeroepen tot
'Speler van het Jaar' of iets dergelijks
maar het publiek dat Ajax ziet spelen
heeft ook een mening die op waarde
geschat moet worden. Ook zij zijn kri
tisch dus als je dan zo'n verkiezing
wint, heb je het in hun ogen goed ge
daan. Heel belangrijk is dat."
De verkiezing heeft vooral betrek
king op de thuiswedstrijden, is dat
tekenend voor jouw spel van dit
seizoen?
„Ik denk het wel. Dit seizoen heb ik
thuis toch redelijk gepresteerd. De
aanvangsfase van het seizoen speelde
ik heel sterk. Het Amsterdam-toernooi
en in de competitie tot eind oktober
heb ik vrij goed gespeeld. Toen is het
een periode wat minder gegaan. Niet
echt slecht maar toch beneden mijn
niveau. Iedere voetballer heeft gedu
rende een seizoen wel een mindere
periode, denk ik. Vooral voor aanval
lers geldt dat. Vanaf februari kent mijn
spel weer een stijgende lijn. Vooral in
de thuiswedstrijden heb ik me van
mijn goede kant laten zien. Thuis spe
len we wat aanvallender dan in uit
wedstrijden. Logisch natuurlijk. Dit
heeft tot gevolg dat je in De Meer toch
meer in het spel betrokken wordt als
aanvaller. We moeten thuis altijd win
nen en daarbij het publiek vermaken.
Zij komen toch steeds naar je kijken.
Als aanvaller kom je dan meer in
beeld."
Heeft jouw goede spel van dit sei
zoen iets te maken met de nieuwe
rolverdeling aan de rechterkant bij
Ajax; de wisselwerking met Danny
Blind en Aron Winter?
„Zeker. Dat is heel belangrijk geweest.
Ik ben dit seizoen niet die pure rechts
buiten geweest van voorgaande jaren.
Ik kon me laten zakken, om de bal
vragen, Aron diep sturen, Danny diep
sturen. Ik had de mogelijkheid om
naar binnen te vertrekken, om zelf
richting de goal te gaan, het is alle
maal wat gevarieerder. Zo krijg je de
kans om beter in je spel te geraken.
Voorheen moest ik wachten tot ik aan
gespeeld werd om vervolgens te pro
beren mijn man uit te spelen. Je bent
dan vrij gemakkelijk te verdedigen.
Mijn tegenstander hoefde er maar voor
te zorgen dat ik niet aangespeeld kon
worden of dat ik niet om hem heen
kon komen. Als hem dat dan lukte, of
ik had mijn dag niet, dan kwamen er
dus geen impulsen van de rechterkant.
Dat scheelt aanvallend een slok op de
borrel."
Wat iedereen vooral leuk vindt, is
dat je dit seizoen ook nog eens aan
het koppen bent geslagen...
„Ja, ik vind dat zelf ook wel grappig.
Sinds ik in de thuiswedstrijden tegen
PSV die bal op de lat kopte waarna
Pettersson dus kon scoren, zijn de
mensen daar een beetje op gaan let
ten. Ikzelf ook hoor. Ik ben nooit zo'n
kopper geweest maar met die kopbal
tegen PSV kwam ik er zelf ook achter
dat ik koppend toch wel mijn mannetje
kan staan. Sinds die tijd ben ik me
koppend ook meer gaan weren. Ook
bij uittrappen van Stanley ga ik nu
nogal eens de lucht in. In de beker
wedstrijd tegen PSV heb ik ook nog
eens een echte kopgoal gemaakt. Dat
zijn van die dingen die de mensen
prikkelen, ze gaan er dan extra op let
ten. Ik zei tijdens die wedstrijd in Eind
hoven in de rust tegen Richard
Witschge 'gooi hem maar een keer
voor de goal,' want je weet dat Jan
Heitze niet bekend staat als een goeie
kopper. Richard gaf hem inderdaad
ook een paar keer goed voor waaruit
ik dus een keer raak kon koppen. Zo
is dat gegaan. We speelden die wed
strijd ook wat anders dan normaal, de
rechtshalf moest van de trainer steeds
diep erbij komen zodat ik wanneer we
op links in balbezit waren wat meer
richting de goal kon gaan om zo een
mannetje meer voor de goal te heb
ben, als er een voorzet zou komen. Uit
zo'n situatie onstond die goal tegen
PSV dus. Onder Johan Cruijff was dat
nog anders, moest ik als het ware
steeds aan de zijlijn geplakt blijven,
het veld zo breed mogelijk houdend.
Nu wil Beenhakker dus dat we veel
meer met de buitenspelers bijsluiten.
Dat levert meer mensen, dus meer ge
vaar voor de vijandelijke goal op."
Vind je zelf dat je de titel Ajacied
van het Jaar verdiend hebt?
„Ik vind wel dat ik er aanspraak op
mocht maken. Er zijn natuurlijk nog
wel andere spelers die een goed sei
zoen achter de rug hebben. Danny
Blind bijvoorbeeld, of Aron Winter. Ik
geloof dat zij ook hoog op de verkie
zingsranglijst stonden. Toevalligerwijs
is dat dan meteen de hele rechterkant
die dit seizoen fantastisch heeft
gefunctioneerd.
Ik ben het dan geworden en dat doet
me deugd, met dank aan mijn
collega's."
Je zei net al dat je vorig jaar een
vervelend seizoen hebt gekend. Je
kreeg onevenredig veel kritiek. Dit
seizoen ben je opeens weer de
held. Hoe ga je met de eerst mis
prijzende en even later lovende kri
tieken om. Heeft dat nog waarde
voor je?
„Je leert op een gegeven ogenblik om
voor jezelf de wedstrijd en je eigen
prestatie te analyseren. Ik weet voor
mezelf wel of ik een wedstrijd goed of
slecht heb gespeeld. Door de jaren
heen ontwikkel je daar een soort fee
ling voor. Het is natuurlijk wel zo dat je
van bepaalde mensen wel iets aan
neemt aangaande je spel en je presta
ties. Mensen op straat roepen vaak
van 'klasse, Johnny' of 'waardeloos,
Johnny' maar van die mensen is het
meer een emotionele reactie. Als je
niet daadwerkelijk bij het betaalde
voetbal betrokken bent, kun je moeilijk
25