Ajax-Sparta,
een robijn in Koning voetbals kroon
Twee roemruchte fenomenen uit de
Griekse mythologie ontmoeten elkaar,
in de gedaante van een voetbalclub,
twee keer per jaar op een vaste
afspraak.
Ajax en Sparta zijn niet alleen sinds
jaar en dag vertegenwoordigd in de
hoogste afdeling van het betaalde
voetbal maar horen ook nog eens tot
de oudste clubs van Nederland.
Sparta troeft daarbij Ajax ruimschoots
af. De club uit Rotterdam-west vierde
afgelopen jaar zijn honderd-jarig be
staan, iets wat Ajax pas over ruim tien
jaar boven het hoofd hangt.
Sparta mag dan vandaag tegenstander
zijn, dat neemt niet weg dat de club
een apart plaatsje in ook veel Amster
damse harten inneemt. De club kent
een rijke traditie en spreekt om meer
dere redenen tot de verbeelding.
Het is wellicht geen toeval dat juist een
Amsterdamse voetbalclub zich ver
noemde naar één van de grote Sparta
nen uit de geschiedenis: Bok de
Korver.
Een eenvoudige rekensom heeft de
oplettende lezer al gebracht bij het jaar
1888 als oprichtingsjaar van Sparta.
Om precies te zijn gebeurde dat op
1 april. De "roots" van Sparta lagen op
het Rotterdamse Noordereiland en later
in de omgeving van de Oranjeboom
brouwerij nabij het Stieltjesplein, terwijl
de club nu alweer vele, vele jaren
(vanaf 1916!) vertoeft in de stadswijk
Spangen. Daar bespeelt Sparta het zo
opvallende stadion dat "Het Kasteel"
wordt genoemd. Of dat zo heet omdat
het zelf de architectuur van een kasteel
in zich heeft of omdat vroeger vlakbij
die plek een rustiek kasteel stond, daar
zijn de kenners het nog niet over eens.
Duiken we nog even terug in de
Sparta-historie dan is 1890 een bijzon
der jaar. Sparta sluit zich aan bij de
Nederlandsche Voetbal- en Athletiek
Bond en speelt daarin in
bekerverband de eerste wedstrijden. In
1897 wordt de oorspronkelijke naam
RC en FC Sparta veranderd in RV en
AV Sparta.
Een eerste bloeiperiode kent Sparta
tussen 1909 en 1915. In die tijspanne
verovert Sparta niet minder dan vijf
keer de nationale titel.
In 1916 behaalt Sparta voor de zeven
de keer het westelijk kampioenschap
maar een landstitel zit er niet meer in.
Na degradatie in 1921 komt Sparta in
1929 weer even tot een opleving maar
daarna zakt de club weer weg.
De Rotterdammers zijn weer helemaal
terug in beeld bij de intrede van het
betaalde voetbal en de status krijgt
nog meer glans door de recordtransfer
van Volendammer Jany Schilder in
1957.
Een jaar later verovert Sparta voor de
eerste keer in zijn geschiedenis de
KNVB-Beker en weer een jaar later is
de zesde landstitel een feit.
In 1962 wordt de KNVB-Beker ander
maal een prooi voor Sparta en de
triomfen trekken zoveel belangstellen
den naar Spangen dat besloten wordt
tot de bouw van de imposante Schietri-
bune. Daarmee wordt de toeschou
werscapaciteit verhoogd tot bijna
dertigduizend.
In 1966 pakt Sparta voor het laatst de
KNVB-Beker terwijl het in 1970 wel de
finale bereikt maar die, nadat een
replay nodig is wordt van Ajax
verloren.
In de jaren zeventig weet Sparta de
status van subtopper nog te handha
ven maar in de tachtiger jaren glijdt de
roemruchte club wat weg.
De twaalfde plaats die Sparta in het
afgelopen seizoen bereikt is wat dat
betreft een voorbeeld.
Maar wanneer Ajax op bezoek komt
dan komt de ware Sparta-geest weer
boven. De laatste seizoenen heeft Ajax
steeds een hele kwaaie aan Sparta,
tenminste, wanneer het naar Spangen
moet. Het vorige seizoen incasseerde
Ajax een zware domper. Met 3-2 werd
er verloren en dat betekende in die
fase een lelijke streep door de
kampioensaspiraties.
Hoewel het vorig jaar in De Meer ook
niet bepaald van een leien dakje ging
komt Ajax in eigen omgeving over het
algemeen makkelijk tot scoren tegen
Sparta.
Een kleine maar imposante greep uit
de scores van de laatste zes jaar in de
Watergraafsmeer: 1983-1984 4-0;
1984-1985 4-0; 1985-1986 9-0;
1986-1987 2-0 en 1987-1988 4-0.
De 9-0 wedstrijd, op een natte achtste
december 1985, is voor ons Ajacieden
natuurlijk prettig om in herinnering te
roepen.
Het was de zwaarste nederlaag die
Sparta ooit tegen Ajax leed en de grote
boosdoener was Marco van Basten die
er zes achter doelman Bas van Noort-
wijk kegelde.
Voor een fijn souvenir voor onze gas
ten moeten we dertien jaar terug. In het
seizoen 1976-1977, om precies te zijn
op 11 september 1976, greep Sparta
de zege in De Meer, Ruud Geels had
Ajax op voorsprong gebracht maar
Bertje Jansen, Ray Clarke en Frank
Weerdenburg bogen het resultaat in
Sparta's voordeel om: 1 -3.
Voor de honderd en vijfde keer treden
Ajax en Sparta tegen elkaar in het
strijdperk. De meeste van dat giganti
sche aantal competitiewedstrijden le
verden volop amusement en voet
balklasse op. Ook daarom is het klas
sieke duel een robijn in de kroon van
Koning Voetbal.
Deze Ajacied maakte vorig seizoen als zeventienjarige zijn debuut in de hoofdmacht van Ajax. Zijn
naam: Marciano Vink.
Na vorig jaar vooral veel aandacht te hebben gegeven aan zijn studie kan Marciano zich nu volledig op
het voetbalvak richten. Velen voorspellen de sterke verdediger een grote toekomst maar Marciano zelf
is nuchter genoeg om te weten dat hij nog een lange, zware weg heeft af te leggen.
Hier zien we Vink in actie tijdens de UEFA-Cupwedstrijd van vorig seizoen tegen Sporting Lissabon, zijn
Europese vuurdoop.
5