balgevoelig Parijs. Amsterdam bracht zelf de sfeer mee: half Mo- kum zat in Parijs roodwit te wezen, de andere helft zat nagelbijtend voor de televisie op die woensdag middag, waarop zelfs veel scholen hun leerlingen vrij—af gaven omdat er anders toch maar spijbelrecords zouden sneuvelen. De wedstrijd zelf was spannend maar weinig indrukwekkend. Wat iedereen die er bij was nog weet, is de verlenging. Vooral die derde mi nuut, toen Cruijff zich eindelijk aan de bewaking onttrok en uit een moeilijke hoek een schot losliet dat keeper Henrique uit de handen liet draaien en pas achter de doellijn weer te pakken kreeg. Parijs en Amsterdam ontploften: Ajax leidde met 1 —0. Tien minuten later was het pleit beslecht toen Danielsson attent reageerde na een handsgeval en de diskussie over wel-of-geen straf schop voortijdig smoorde door de bal hard in het doel te jagen. Dat de produktieve Zweed later nog een derde treffer maakte was alleen nog van statistisch belang: Ajax zat voor het eerst in de geschiedenis in de halve finale van de Europa Cup, waarin het tenslotte in de finale op Milan zou stranden. 1972, één goal genoeg Op 5 april 1972 kreeg Benfica in Amsterdam de kans op revanche. Henrique was er nog steeds bij, evenals Eusebio, Graca, Adolfo en Humberto. Die revanche bleef lang in de lucht hangen want Ajax kwam slechts eenmaal tot scoren. In de 65e minuut kopte Sjaak Swart, slim doorlopend op een vrije trap van Piet Keizer, in het Portugese doel. Een fraaie aktie die hij later afdeed met de opmerking: 'ik moest toch die kant op'. De return had bij die stand span ning en spektakel kunnen opleve ren, maar dat pakte anders uit. Ajax kontroleerde de wedstrijd en be perkte zich tot het consolideren van de voorsprong. Met 0-0 kwam het eind en zat Ajax voor de derde keer in een Europese finale, waarin Inter- nazionale in de Rotterdamse Kuip werd verslagen. FC Porto en de Supercup Het duurde lang voor Ajax weer in een Europees toernooi met Portugal in aanraking kwam. Op 18 septem ber 1985 werd in Porto een zware dobber aangetroffen in de plaatselij ke FC. In de openingsfase al zette Laureta Ajax op achterstand, waar na Ajax zich wat hervond en hoop vol de tweede helft inzette. Dat Cel- so veertien minuten na de hervat ting voor 2-0 zorgde was een ernstige streep door de rekening. De return, twee weken later, leverde slechts frustratie op. Ajax, met toch spelers als Vanenburg, Van Basten, Rijkaard en De Wit in de aanvalsli- nie, werkte zich te pletter maar kreeg nauwelijks uitgespeelde kan sen. Zo was het FC Porto dat jui chend de mat verliet. De meest re cente konfrontatie met Portugal, op nieuw in de gestalte van FC Porto, vertoonde een vergelijkbaar beeld. Een aan de Europese top terugge keerd Ajax had in 1987 de Cup voor Bekerwinnaars veroverd en mocht zo dus aantreden voor een tweetal duels met FC Porto, winnaar van de Beker voor Landskampioenen. In de tweestrijd kwam Ajax er nau welijks aan te pas. Ajax, dat inmid- del Van Basten, Rijkaard en Silooy was kwijtgeraakt, kon in Amsterdam geen vuist maken tegen het vak kundig counterende FC Porto, dat al na vijf minuten door Rui Barros (nu Juventus) succes had. Met een 1 -0 nederlaag toog Ajax dus naar Oporto waar de thuisclub opnieuw met 1—0 won, nu door een doel punt van Sousa, twintig minuten voor tijd. Als we die Supercup-ontmoeting meetellen is de stand Ajax-Portugal nu al in evenwicht; hoe die na van avond is, weet u over anderhalf uur. Evert Vermeer Als invaller maakte aanvaller Ronald de Boer vorig seizoen zijn internationale debuut in de Supercup wedstrijd Ajax-FC Porto. Tegen de stugge en uitstekend georganiseerde verdediging van de Portuge se kampioen was er ook voor hem geen doorkomen aan. Hier is Porto-doelman Mlynarczyk Ronald te vlug af. 23

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1988 | | pagina 23