AJAX-goals tegen Veendam bekertoernooi. Veendam had verrassend GVAV achter zich gelaten in de voorronden, maar kwam er tegen Ajax niet aan te pas. Het moest lijdzaam toezien hoe opnieuw een Ajacied meerdere malen scoorde. Johan Cruijff liep doelman Van der Duin viermaal voorbij en de score eindigde op 7-0. In 1986 kwam Veendam via de nakompetitie overtuigend (12 uit 6) in de Eredivisie terug, om een jaar later weer te degraderen. Op 28 september van dat jaar wist Ajax met slechts een doelpunt (van Rijkaard vlak voor rust) thuis te komen; de return, op 12 april, werd wat ruimer gewonnen. Het werd 4-0 door twee treffers van zowel Wouters als Van Basten.AI met al is het dit seizoen dus pas de derde keer dat Veendam en Ajax elkaar in serieuze kompetitie-ontmoetingen bekampen. Bovendien wachten de veenkolonialen nog steeds op hun eerste succes tegen de Amsterdammers. De totaalcijfers tot nu toe, 2-29, kunnen Veendam misschien tot dat succes inspireren. Evert Vermeer later Velocitas de lakens uit, maar in 1932 greep Veendam, met een mi nuscule voorsprong op laatstge noemde, de eerste afdelingstitel. En de enige, naar later zou blijken. Dat leverde m de kampioensstrijd de te genstand op van gerenommeerde namen: PSV, Enschede, Feyenoord en Ajax. Veel plezier beleefden de Veendam- mers niet aan hun nationale debuut. De eerste wedstrijd ging op 13 maart 1932, bij en tegen Ajax. Bij de rust leidde Ajax met 1 -0 door een treffer van Jan Schubert. Na de rust sloot dezelfde speler de score af nadat Henk Mulders en Bob ten Have de score al verder haden op gevoerd. De 4-0 eindstand was in de return, op 3 april, al bij de rust bereikt, en in de tweede helft werd Veendam voor eigen publiek verne derd. Vooral door toedoen van Piet van Reenen, die clubgeschiedenis voor Ajax schreef door het record aantal van zeven doelpunten te pro duceren. Pas bij de 0-9 kon Boomsma voor Veendam de eer redden. In het vervolg van de kampioenswedstrijden kwam Veendam slechts eenmaal tot winst. Een titel zat er daarna niet in voor Dat Veendam en Ajax de laatste tachtig jaar slechts enkele malen de degens hebben gekruist, zal ge makkelijk de indruk kunnen wekken dat Veendam nauwelijks heeft meegeteld in de vaderlandse voetbalgeschiedenis. Het tegendeel is waar. De Oostgroningers kennen een lange geschiedenis en horen bij de vijfentwintig oudste clubs van Nederland, met als geboortedatum 4 september 1894. De kleuterjaren bracht de club, toen nog onder de naam Look Out, door in een van de vele plaatselijke bonden die ons land toen rijk was, de NNVB: Noordnederlandse Voetbal Bond. In 1905 fuseerde de club met Vitesse en in 1909 werd de naam bij de toetreding tot de Groningse Voetbal Bond veranderd in Prinses Juliana en spoedig daarop in Veendam. In 1913 speelt de club in de Tweede Klasse van de Nederlandse Voetbal Bond. Hoger kon niet, want de noordelijke provincies gol den nog als een soort ontwikke lingsgebied en kregen pas in 1916 een volwaardige eerste klasse. Daarin deelden vooral Be Quick en Veendam; in 1947 volgde zelfs de gradatie uit de eerste klasse. Na een jaar eerder nog de promotie wedstrijden tegen Oosterparkers te hebben verloren, keerde de club in 1954 terug in de eerste klasse, pre cies op tijd om daar de invoering van geldelijke vergoeding aan spe lers mee te maken. In de nieuwe kompetitie, die nog wel in afdelingen maar niet meer districtsgewijs werd afgewikkeld, kwam Veendam andermaal tegenover Ajax te staan. En op 26 september werd het opnieuw een fikse nederlaag. Ditmaal werd het 7-1 voor Ajax, met Piet Burgers als grote man; hij scoorde viermaal, en Hof scoorde tot op de dag vaqn vandaag als laatste Veendammer tegen Ajax. Tot een return is het nooit gekomen, omdat een fusie met de rivaliserende Nederlandse Beroeps Voetbalbond tot het afbreken van de lopende en het opzetten van een geheel nieuwe kompetitie leidde. Veendam speelde daar in de lagere regionen en keerde pas op 17 maart 1966 terug in Amsterdam, in het kader van het Zweedse kracht voor Ajax. Ferm en zelfbewust poseren de twee Ajax-Zweden Peter Larsson en Stefan Pettersson voor de fotografen. Het duo dat een jaar terug samen voetbalde bij IFK Göteborg, vormt een belangrijk deel van de as van het Ajax-elftal. 16

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1988 | | pagina 16