SCHIPPER
KOZIJNEN
Ajax—Feyenoord:
een brok geschiedenis
ALUMINIUM'
KUNSTSTOF
OPMEER
02263-12 52
Het kan dan waar zijn dat PSV de
beste papieren voor de landstitel
heeft, en dat Feyenoord op eerbie
dige afstand van Ajax en PSV dit sei
zoen slechts een achterhoedege
vecht levert, maar het zal nog lang,
zeer lang duren voor een ontmoe
ting van Ajax met PSV evenveel sen
timenten doet opwaaien als één met
Feyenoord. Immers, in de reeks
wedstrijden die de twee eeuwige ri
valen in de loop van 65 jaar met
elkaar speelden, weerspiegelt zich
de opkomst en glorie van het Neder
lands voetbal, en wie de opstellin
gen beziet ziet een bijna onafgebro
ken stoet namen die zo'n vier gene
raties voetballiefhebbers een warm
gevoel doen krijgen.
De eerste Ajax-Feyenoord greep
plaats op 9 oktober 1921. Brokmann,
Rutten en Delsen scoorden in die
wedstrijd in Rotterdam voor Ajax, Pijl
en Formanoy voor Feyenoord. Een
3-2 overwinning voor de Amster
dammers zou men dus zeggen, maar
destijds was het mogelijk protest aan
te tekenen tegen bepaalde beslissin
gen van de scheidsrechter. Feye
noord was het niet eens met de treffer
van Hein Delsen, de protestcommis
sie van de bond was het eens met
Feyenoord en zo kwam een 2-2
resultaat in de boeken. De eeuwen
oude rivaliteit tussen de havenstad
Rotterdam en de handelsstad Am
sterdam had al snel zijn verlengstuk
op de groene mat. Ajax-Feyenoord
was een (bijna) jaarlijkse strijd om de
stadseer, onafhankelijk van de plaats
op de ranglijst, al ging het ook toen al
niet zelden om de toppositie. De
beide grootmachten gaven elkaar
weinig toe; slechts een enkele maal
werd één van beide partijen echt
onder de voet gelopen. De oudere
generatie denkt hierbij ongetwijfeld
direct aan de wedstrijd van 8 oktober
1933, toen Ajax, onder meer doorvier
treffers van Piet Oudendijk, met liefst
7-1 over de ploeg van Puck van Heel,
de gebroeders Pauwe en Manus
Vrauwdeunt heenwalste. Ruim twin
tig jaar later, toen er inmiddels sprake
was van betaald voetbal, kon Feye
noord pas soortgelijke cijfers op het
scorebord brengen.
Op 11 november 1956 drukte Daan de
Bleijker een stevig stempel op een
7-3 zege van Feyenoord in De Kuip.
Hoe onberekenbaar de onderlinge
ontmoetingen waren, blijkt uit de
resultaten van de jaren nadien. In
april 1959 won Ajax in De Kuip met
5-0, een jaar later won Ajax in Am
sterdam met 4-1, nam Feyenoord in
de return wraak met 3-0 in de slot
wedstrijd van de competitie, waar
door beide clubs aan kop eindigden.
Op Hemelvaartsdag 1960 was een
beslissingswedstrijd nodig in het
Olympisch Stadion, waarin Feye
noord door een strafschop bij rust
nog de leiding had, maar opnieuw
stevige cijfers zouden verschijnen:
een ontketend Ajax, aangevoerd
door Sjaak Swart in zijn beste vorm,
trok met 5-1 de titel ondubbelzinnig
naar zich toe. Drie maanden later, op
28 augustus 1960, was de vernedering
weer voor Ajax, dat maar ternauwer
nood aan de dubbele cijfers ontsnap
te. In een wedstrijd met een krank
zinnig scoreverloop in De Kuip werd
het tenslotte 9-5. Het aantal van
19