Bij FC Twente streven manager Ton van Dalen, gewezen sportjournalist en
de zeer bekwame Luxemburgse trainer Spitz Kohn naar verjonging. In het
kader van deze politiek moet men bezien dat men van Kick van der Vall af
wil. Eerder werd al afgezien van de achterspeler Kees van lerssel, die inder
tijd van Baronie (Breda) werd overgenomen. Van de ouderen handhaaft
libero en aanvoerder Epi Drost zich nog wel, evenals Theo Pahlplatz, die
een tijdlang wisselspeler was, maar tegenwoordig weer geregeld in de
basisopstelling voorkomt.
Van de aanwinsten van de laatste tijd mogen nog worden genoemd de jonge
Spanjaard Sanchez Torres, de rechter aanvalspits en de op veel plaatsen
bruikbare Ab Gritter, afkomstig van de Asser zaterdagclub ACV.
Tot de vaste steunpilaren behoort natuurlijk de lichamelijk sterke voorstopper
Niels Overweg, die indertijd in DWS speelde en die er juist een schorsing
heeft opzitten, zodat hij nu van de partij kan zijn. Om nog een paar namen
van de selectie te noemen: Harry Bruggink, Bert Strijdveen, Scheve en
Smand. Geleidelijk zullen amateurs uit de regio wel weer worden aangetrok
ken. Dat Henk Bosveld (bijgenaamd „Charley"), nog altijd uitblinkend in
Vitesse in het verleden voor Sportclub Enschede heeft gespeeld, mag wel
aan de vergetelheid worden ontrukt. Jarenlang is ook aanvalsspits Jan
Jeuring een gewaardeerde kracht geweest.
De ploeg van Ajax heeft in de loop der jaren nogal wat wijzigingen onder
gaan, maar de Amsterdammers blijven het in de competitie verrassend goed
doen, zodat een flinke kampioenskans aanwezig is.
Van de glorieploeg, die driemaal achter elkaar Europa-Cup I won, is niet
veel meer over. Vele Amsterdammers denken met weemoed terug aan Johan
Cruijff, Piet Keizer en Sjaak Swart, om van Wim Suurbier en Johnny Rep nog
maar te zwijgen en nog verder teruggaan Bennie Muller, Henk Groot en
Klaas Nuninga en de buitenlanders Vasovic en Blankenburg, om maar
enkele beroemd geworden namen te noemen. Men kan echter niet bij het
verleden blijven stilstaan. En erkend moet worden dat Ajax met tal
van nieuwe aanwinsten voortreffelijk is teruggekomen. Overgebleven van
het grote tijdperk is alleen nog aanvoerder Ruud Krol, voorheen linksachter,
thans libero en aan zijn laatste seizoen bezig. Hij is, naar hij heeft
verzekerd, op Ajax uitgekeken en hij gaat zijn heil in het buitenland zoeken.
Intussen heeft hij als international het befaamde, in 1938 gevestigde record
van Puck van Heel (64 interlands) geëvenaard, een record dat hij, naar
mag worden aangenomen, op 22 mei a.s. in de te Bern te spelen wedstrijd
ArgentiniëNederland gaat verbeteren. Hij zal er ongetwijfeld alles aan
doen Ajax zowel aan het kampioenschap als de beker te helpen. Hij heeft
intussen 400 wedstrijden voor het eerste elftal van Ajax gespeeld. Dit
seizoen heeft hij door een hardnekkige blessure lang verstek moeten laten
gaan, maar hij is daarvan blijkbaar goed hersteld.
Natuurlijk is ook doelman Piet Schrijvers, thans vaste keus voor het Neder
lands elftal, een belangrijke figuur geworden. In de laatste seizoenen heeft
Ajax zich versterkt met o.a. Jan Everse van Feyenoord, Schoenaker van De
Graafschap, Erkens van Fortuna SC, de Ambonees Simon Tahamata,
Tscheu-la Ling (om tot dusver onopgehelderde redenen vaak vermeld als
23