BBE!Bzeeburg n v-
Spaar minstens
f 100,- tot f 150,
op utf kostuum
Konfektiefabriek ARN. VAN DAM c.v.
dealer voor AMSTERDAM
en omgeving
1500 m2 showroom, magazijn, autoshop en werkplaatsen
Dagelijks geopend van 8,00 tot 17,30 uur
Zaterdags quick service van 9,00 tot 15,00 uur
Zeeburgerdijk 209-211 - Telefoon 94 06 61-9293 91
Alle financieringen mogelijk, ook voor onze occasions met BOVAG-garantle
Op vertoon van lidmaatschap van uw voetbalvereniging
10% korting op onze FABRIEKSPRIJZEN
Bontmantels naar maat zonder prijsverhoging!
(HILDERSOM N.V.)
Herengracht 64 (tussen Brouwersgracht en Herenstraat) - Tel. 230749
Eijkenbroek
Klijnjan
DE NEDERLANDSE VOETBALBEKER
De Nederlandse Voetbalbeker is 73 jaar oud dit jaar. Een
respectabele leeftijd, maar zoals zo vaak, het oude wordt nog
steeds niet erg geëerd, laat staan gewaardeerd. Want nog
steeds kan de bekerstrijd in Nederland niet het enthousiasme
verwekken, wat in andere landen het geval is. Nog vreemder is,
dat b.v. de finale om de Engelse beker in ons land door mil
joenen wordt gevolgd.
Op 15 januari 1898 kreeg het bestuur van de toen nog
Nederlandsche Voetbal Bond van de heer H. M. C. Holdert uit
Amsterdam, een beker aangeboden om deze onder de bonds-
clubs te laten verspelen. In hetzelfde seizoen ging daarop de
eerste bekercompetitie nog uit de blokken. Het was reeds de
tweede poging van sportminnaar Holdert om in ons land een
wedstrijdenreeks volgens beker- of afvalsysteem in het leven
te roepen. Doch deze poging, die in 1893 werd ondernomen,
mislukte volkomen.
Tot het seizoen 1920-'21 werd er regelmatig gebekerd"
alleen in het seizoen 1918-'19, het jaar van de beruchte Spaanse
griep ging het niet door. Desondanks liepen noch de clubs,
noch de toeschouwers er erg warm voor.
Vijf jaar na het beëindigen van de Eerste Wereldoorlog werd
de bekercompetitie nieuw leven ingeblazen. Veertien jaar lang,
tot het seizoen 1938-'39, draaide hij vrij goed, hoewel drie
seizoenen lang geen bekervoetbal in de uitslagen voorkwam,
wegens de zeer slechte weersomstandigheden. De Tweede We
reldoorlog leek het einde van de beker te worden. Weliswaar
werd er in 1942-'43 en 1943-'44 nog gespeeld, maar daarna was
het afgelopen. In 1947 kwam de bekerstrijd weer aarzelend op
gang, hield het drie jaar uit, maar verdween toen opnieuw van
de agenda.
Met de intrede van het betaalde voetbal kwam ook de beker
strijd weer op de proppen. Maar de moeilijkheid deed zich toen
voor, dat de professioneel georiënteerde clubs weinig animo
hadden om tegen amateurs te spelen. Er kwam een regeling
waarbij de amateurs in zes districten speelden en waarvan de winnaars plus de kam
pioenen van de eerste klasse in de bekercompetitie bij de semi-profs werden ingedeeld.
Maar ook dat viel niet in goede aarde en in 1963-'64 kwam de definitieve splitsing. De
semi-profclubs spelen om de KNVB-beker, de amateurs in zes districten om de districts
beker. Deze regeling is nu nog steeds van kracht en schijnt dus te voldoen.
De laatste jaren is de animo voor de beker toegenomen, omdat de profclubs nu inzien dat
de financiële voordelen om deel te nemen aan het toernooi om de Europa Cup II toch aan
trekkelijk zijn. Waardoor ook de belangstelling van het voetbalpubliek voor de strijd om de
KNVB-beker groter wordt. De laatste jaren zijn de finales steeds voor een vol huis gespeeld.
6