y //«yihhjub^-
Om de A.R.O.L.-beker
Dertig Ajax-int er nationals
Aanstaande Zondag vindt op het gezellige veldje van A.F.C. aan de Zuidelijke
Wandelweg het jaarlijkse tournooi om de A.R.O.L.-beker plaats. Het is prettig
als in deze woelige tijd tournooien, gelijk die om de Zilveren Bal, de A.R.O.L.-
beker enz. gehandhaafd blijven, al zal het mogelijk wel de vraag zijn of alle
topclubs tijd over houden om aan zulke tournooien deel te nemen. We vertrouwen
echter dat de vergadering van gisteren er niet toe zal hebben geleid, dat de
opzet van A.F.C. verstoord zal worden en rekenen er maar op dat Amsterdam
de volgende week weer gaat „AROL-len".
Ongetwijfeld heeft A.F.C. voor een groepje deelnemers gezorgd, dat een interes
sant tournooi waarborgt. De eerste klassers Ajax, Enschedese Boys, Excelsior,
E.B.O.H. en H.V.C. het officieus debuut der Amersfoorters! vormen met
Zeeburgia, H.B.S. en A.F.C. een tableau de la troupe dat reeds voor de eerste
ronde vier interessante ontmoetingen verwachten doet.
Voor A.F.C. en voor Amsterdam zal vooral het weer eens deelnemen van Ajax
een heuglijk feit zijn. De rood-witten experimenteren nog met hun elftal, voor
hen zal het weer een volgende oefening worden, die zeker van belang te achten is.
Wij vermoeden dat het Zondag wel zeer druk zal zijn aan de Wandelweg!
J. H.
We beleven „wilde" tijden, het bruisend heden maakt het moeilijk zelfs aan de
verdere toekomst te denken en het verleden wordt even vergeten. „Even" zeggen
we, want het zal tóch weer terug keren. De historie blijft bestaan, kan nooit voor
goed vervagen, ook al breekt zich een nieuwe tijd baan. Dat geldt voor de bond
en het geldt voor de clubs en bovenal voor een club als Ajax met haar roemrijke
verleden en haar grote successenreeks, met haar sterke besturen en met een
door géén club in, Nederland nog overtroffen reeks internationals.
Het zijn er thans dertig in totaal!
De eerste was G. Fortgens, een half-back, die acht malen de nationale trui
(het was destijds inderdaad een trui, thans sedert lang een shirt) droeg. Toen kreeg
linksbuiten N. R. Buwalda zijn cap, de Rapiditaan van origine, die later ook weer
naar zijn club in Weesp terug keerde.
Toen volgden de grootsten der groten, die ooit voor Ajax speelden en die ook
in het Nederlands elftal geschitterd hebben. Dat waren H. Hordijk, Th. J. J. Brok-
mann Sr., W. H. A. Gupffert, J. L. van Dort, J. D. de Natris, H. Delsen en A. Pelser,
allen spelers die deel hebben uitgemaakt van de „gouden ploeg" in de jaren
19161920, spelers dié de huidige generatie niet gekend heeft, doch wier namen
onafscheidelijk-verbonden blijven aan de grote tijd van Ajax.
En toen volgden A. J. de Kruyff, W. Addicks, J. de Boer, W. F. Volkers, A. H.
van Kol, W. G. Anderiesen, M. J. Schetters, H. C. Mulders, P. van Reenen, J. J.
van Diepenbeek, G. P. Keizer, H. H. Blomvliet, J. H. Schubert, H. van der Linden,
J. H. Potharst, G. K. Drager, G. J.,1. Stroker, G. J. van Dijk, J. H. Stoffelen, R.
Michels en H. Boskamp. - J
Ziehier de erelijst van spelers van Ajax, die de club in de nationale ploeg ver
tegenwoordigden. Ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan hebben wij in het
Gedenkboek een artikel aan de Ajax-internationals gewijd en tenslotte uit het
spelersmateriaal over alle tijden heen het elftal gekozen dat ons het sterkst
mogelijk leek, dat uit die sterren samen te stellen was. Het zag er als volgt uit:
Jan de Boer; Fons Pelser en Dolf van Kol; Her.k Hordijk, Wim Anderiesen en
Joop Stoffelen; Jan de Natris, Wim Volkers, Piet van Reenen, Hein Delsen en
Wim Gupffert.
Dat was vier jaren geleden. Sedert dien hebben zich nieuwe Candida ten voor
„de Ajax-ploeg door alle tijden" gemeld. We denken o.a. aan Rinus Michels en
Pieters Graafland. Maar die behoren tot degenen die „het nieuwe systeem" spelen.
De genoemde ploeg was de ploeg van de eerste halve eeuw van Ajax.
J. HOVEN.
