léétdie knwt!
Scheidsrechter Van Vught door de
K.N.V. B. geschorst
Verboden receptie ging door
We lezen in „Sport-Sportwereld":
„De voetbalwereld in het Zuiden, vooral in Brabant, is weer eens door een
ontactische beslissing van de K.N.V.B. in rep en roer gebracht: de bekende eerste
klasse scheidsrechter Antoon van Vught is Zaterdag met directe ingang geschorst.
Als men nagaat welke motieven de K.N.V.B. daartoe aanleiding hebben gegeven,
komt men al gauw tot de conclusie, dat de grote K.N.V.B. wel heel erg kleinzielig
kan zijn. Want wat is er nu gebeurd?
Van Vught zou Zaterdag j.l. zijn 25-jarig jubileum als scheidsrechter her
denken. Hij had voor deze herdenking voorbereidingen getroffen, doch niet eerder
dan dat hij links en rechts inlichtingen had ingewonnen om er zeker van te zijn,
dat hij ook inderdaad 25 jaar scheidsrechter was geweest. Toen hij dit zeker wist,
zond hij kaarten rond aan collega's, voetbalverenigingen en andere instanties,
waarmee hij geregeld in aanraking kwam. Vanzelfsprekend stuurde hij ook zo'n
kaart naar het bestuur van de K.N.V.B. Deze kwam echter ineens tot de ontdek
king, dat Van Vught geen 25 jaar, maar 23 jaar scheidsrechter was geweest, want
in de periode van 1927 t.m. 1929 kwam hij niet voor op de scheidsrechterslijst. Den
Haag verbood v. Vught daarop zijn receptie te houden en hoewel v. Vught met
klem betoogde dat hij inderdaad 25 jaar scheidsrechter was geweest, hij kon Den
Haag niet overtuigen.
Van Vught maakte daaron in een uitvoerige correspondentie de K.N.V.B. dui
delijk, dat hij zijn eerste officiële wedstrijd had gefloten op Zondag 1 October
1927 en wel de wedstrijd Uno Animo (Loon op Zand) tegen Advendo 2 (Tilburg),
een competitiewedstrijd in de R.K.V.B., bisdom Den Bosch. Van Vught kreeg toen
een brief van de K.N.V.B. terug, dat ze daar een en ander nog eens hadden ge
controleerd en dat inderdaad een Van Vught die wedstrijd had geleid. In plaats
van nu ruiterlijk toe te geven, dat men zich had vergist, kwam men met de laco
nieke mededeling, dat dat dan wel een andere Van Vught zou geweest zijn. Men
kan zich voorstellen dat Van Vught toen „door het dolle heen" was en het verbod
van de K.N.V.B. negeerde en toch zijn receptie liet door gaan. Dit berichtte hij
ook aan de K.N.V.B., die hem toen Zaterdagmorgen per telegram liet weten, dat
hij was geschorst, hetgeen meteen tot gevolg had dat hij ook de wedstrijd E.D.O.
V.S.V., waarbij hij gehuldigd zou worden, niet mocht leiden.
Vanzelfsprekend heeft het Van Vught Zaterdag niet aan belangstelling ont
broken. Heel wat telegrammen en schriftelijke gelukwensen, waarondereen
persoonlijk schrijven van de K.N.V.B.-voorzitter Karei Lotsy, die Van Vught
hartelijk feliciteerde met zijn 25-jarig scheidsrechtersjubileum, stroomden zijn
woning, die een bloemenzee was, binnen.
Hoewel de K.N.V.B. nog gauw een circulaire aan verschillende instanties had
gezonden met de mededeling, dat de receptie van Van Vught in geen geval zou
doorgaan, was de belangstelling overweldigend. Toch was het een gebroken man,
die al die sprekers ontroerd beantwoordde en daarbij dikwijls in tranen uitbarstte,
omdat hij het grote onrecht, dat hem was aangedaan, niet kon verwerken.
Men vraagt zich af wat de K.N.V.B. wel kan hebben bezield om een verdien
stelijk functionaris zo onheus te bejegenen."
Tot zover het bewuste bericht in „Sport-Sportwereld". Afgezien daarvan dat
we het enigszins zonderling vinden, wanneer iemand zelf zijn eigen jubileum or
ganiseert, is ons dit optreden van de K.N.V.B. volkomen onduidelijk. Ieder mens
is toch volkomen gerechtigd een jubileum te vieren? Dit is toch iets volkomen
persoonlijks. Wanneer morgen een journalist een jubileum wordt aangedaan ter
ere van zijn 25-jarig uitoefenen van zijn vak, wie kan hem daarin verhinderen,
ook al zijn het maar 24 of 23 jaar. Niemand kan de K.N.V.B. dwingen aan zulk een
jubileum van een arbiter deel te nemen, maar de consequenties, die de K.N.V.B.
er nu aan verbindt, zijn volkomen appocrief.