HET PARGDL Als je iemand een vinger geeft Nederland en de F. I. F. A. Amsterdam, let op Uw saeck.Wonderlijk zo vaak als men dat de laatste weken moet horen. Nog maar zeer onlangs schreven wij over het voetbal- bolwerk, dat op stutten stond. Dat verhaaltje betrof de uiterst matige prestatie van hoofdstedelijke clubs over alle linies, van eerste klassers tot en met de vierde klassers. Een ongunstige balans. Acht dagen geleden klaagde de medewerker aan dit programma, die de tot zijn herkenningsteken heeft gekozen, over de tanende invloed van Amsterdam in het Bondsleven. „In de K.N.V.B. telt ons stadje niet mee," meende hij. Thans is er weer reden om de waarschuwing te herhalen. Het gaat nu om ons prachtige Olympisch Stadion! Rotterdam is tot de aanval overgegaan met de bedoeling aan Amsterdam interland- en oefenwedstrijden te ontnemen. Daarvoor riepen directeur en president-commissaris van het Stadion Feijenoord journalisten in het geweer. „De K.N.V.B. is bezig ons in de hoek te drukken," werd deze gasten verteld. „Slechts met de grootste moeite is het ons gelukt de oefenwedstrijd tegen Sunderland te krijgen. Zorgen jullie er nu voor, dat we in hemelsnaam 40.000 bezoekers krijgen. Anders. Wij vinden het maar bepaald zwak, dat Rotterdam het argument van het aantal bezoekers van node heeft om zijn rechten te kunnen aantonen. En wat is per saldo 40.000? Toen het voorlopig Ned. Elftal in Amsterdam tegen Middles brough speelde waren er zonder persconferenties-en-zo wel even meer. Daarmee bewees de hoofdstad volgens Rotterdamse begrippen zeker! dat dergelijke ontmoetingen binnen haar muren thuis horen. Maar wat voor rechten meent Feijenoord toch te hebben? Amsterdam wil de Rotterdammers graag helpen het hoofd boven water te houden. (Zo zijn wij, vrienden uit de Maasstad!) Maar.van grote monden en dikke woorden houden we beslist niet. Als het dan per sé hard tegen hard moet, ja, dan komen de figuren natuurlijk weer heel anders te liggen. En dan is het slechts te betreuren, dat de wedstrijd tegen Sunderland in Rotterdam is gespeeld en dat Nederland Noorwegen daar is vastgesteld. Want, heus, als het op rechten aan komt, is er maar één Stadion, dat voor deze wedstrijden in aanmerking kwam. Waar dat staat, weten de Rotterdammers hopelijk wel, al is het ook een eind bij hen vandaanP. Men heeft in de laatste tijd wel eens gezegd, dat Nederland internationaal op sportgebied bezig is terrein te verliezen. Vroeger was er bijna geen internatio nale bond of Nederland zat er achter de groene tafel. Op wielergebied was bij voorbeeld Hoornberg jaren achtereen een Nederlands afgevaardigde, die het congres mee kreeg als hij aan het woord was en lange jaren de lakens mee uit deelde Thans is de voorzitter van de N.W.U. uit het bestuur der internationale wielerorganisatie, de U.C.I., gewipt en veilig kan men zeggen, dat Nederland in de internationale wielerwereld nauwelijks meer mee telt. In de andere ook zeer populaire sport, het voetbal, is het in zoverre nog gun stiger, dat Nederland door Lotsy nog wèl in de internationale bond vertegen woordigd is, doch de grote Karei is ook de enige,- terwijl de F.I.F.A. destijds opgericht werd door de heer Hirschman, die een lange reeks van jaren als secretaris-penningmeester van deze organisatie uiteraard veel invloed op de gang van zaken in de internationale voetbalwereld bezat. De K.N.V.B. is natio naal een machtige bond, doch internationaal is de positie, ondanks Lotsy, er op achteruit gegaan. En zou Lotsy zich uit deze functie terug trekken, dan gaat het dezelfde weg op als in de wielrennerij. Men heeft thans uit zeer vele solli citanten de 60-jarige Zwitser Gassmann tot secretaris-penningmeester van de F.I.F.A. benoemd, ondanks het feit, dat diens talenkennis niet geweldig is. Er waren Nederlandse sollicitanten met uitstekende antecedenten, doch het was niet mogelijk voor hen een meerderheid van stemmen te verwerven.

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1951 | | pagina 12