Na de debacle van Deurne Iéé4 die kttint! De samenstelling van het Nederlands elftal. De lezers van deze programma-uitgave zullen het ons ten goede houden, wan neer we even onze vorige editie in herinnering brengen, waarin we een korte beschouwing hielden naar aanleiding van de proef-wedstrijd tegen de ploeg van de Athenian League in het Olympisch Stadion. Wij waren uiteraard niet optimistisch, doch hielden, bij een betere samenstelling van het elftal, een eer volle nederlaag toch zeer wel voor mogelijk. Wèl wezen we er op, dat er dan andere achterspelers moesten komen, een andere middenvoor en zeker géén Krijgh. We wisten toen natuurlijk niet, dat Terlouw, onvoldoende hersteld, uit vallen zou en dat Rijvers afgeschreven moest worden. De nieuwe Keuze-commissie, die reeds bij de samenstelling van de ploeg voor Zwitserland een paar kapitale fouten maakte, heeft opnieuw gefaald in de uit voering van haar taak: het kiezen van de sterkste ploeg van het ogenblik. Zij koos een back als Mertens, die tegen de Athenian League onvoldoende was, zij koos Krijgh als reserve, een speler, die, afgezien van zijn onvoldoende capacitei ten, véél te klein is. Zijn spel tegen de Engelsen leek eenvoudig naar niets. De keuze van deze Bossenaar als reserve (met een grote kans, dat hij mee zou moe ten spelen) is een ergerlijke misgreep geweest, nog ernstiger dan de keuze van Mertens. Van Melis, tegen de Zwitsers en de Engelsen onvoldoende, was ook dit keer weer onbetekenend, stellig verre de mindere van Roosenburg. Tenslotte was ook Clavan weer zwak. Van deze Hagenaar hebben we nog nooit een goede wedstrijd gezien. Meestal ziet men hem helemaal niet! We willen hier thans zwijgen over de zeer ongunstige omstandigheden, welke er voor de Nederlandse voetballers in verhouding tot België en andere landen bestaan en ons geheel beperken tot de samenstelling van de ploeg. Dat het zeer moeilijk is, uit het huidige, afgeroomde spelers-materiaal een goed elftal te kiezen, weten we ook, maar dat rechtvaardigt nog niet een keuze als thans ge daan is. Van verschillende kanten is destijds aangedrongen op vervanging van de oude Keuze-commissie Herberts, De Mundt, Triebei, doch men is er op achteruit gegaan, de huidige leden der Keuze-commissie hebben het in hen gestelde ver trouwen, door een onjuiste kijk op verschillende spelers, stellig geschokt. Wie dat mannetje uit Den Bosch als spil kiest, kan men toch heus niet de taak opdragen het nationale elftal samen te stellen. En dan te bedenken, dat men zelfs, na de wedstrijd in Zwitserland, serieus overwogen heeft Terlouw back te plaatsen en Krijgh spil! We geven het Verlegh toe: men kan van ons matig spelers-materiaal in eens geen sterk elftal maken, doch een dergelijke debacle als die van j.l. Zondag in Deurne, ware ons stellig bespaard gebleven met spelers als Schijvenaar, Möhring, Roosenburg en als we naar Parijs gaan met Kraak (of Van Raalte), Möhring en Schijvenaar; Van Schijndel Terlouw en Stoffelen en een aanval aan gevuld met Roosenburg en mogelijk een ietwat doelmatiger spelende linksbuiten, dan behoeft het geen debacle te worden. We noemen hier namen zoals Van Schijndel en Stoffelen en weten, dat ook hun spel niet steeds voldoende is en men gaarne zou willen, dat er spelers, die aan hoger eisen voldoen, voor in de plaats te stellen waren. We wéten ze niet, dus houden ons hier aan de ouden. Het is ook niet onze taak, ze te ont dekken. Maar de taak der kant-halves was te Deurne, na het uitvallen van Terlouw en het falen van Mertens, een onmogelijke geworden. Van Krijgh en Mertens zei een ervaren Belgische confrater: „Dat zijn spelers, die bij ons niet in een tweede elftal opgesteld zouden worden!" Tenslotte nog dit: we spraken dezer dagen Blauw-Wit's ere-voorzitter, de heer Drilling, lange jaren een van de stuwende krachten van de Stadion-club. „Vind je het nu zo erg, dat het Nederlands elftal verliest?" zeide hij uitdagend. Natuurlijk.we weten óók wel, dat er erger dingen zijn en geven de lezers de verzekering, dat we mooier en belangrijker dingen kennen! Doch men onder schatte de betekenis van sport toch ook niet en evenmin voor de sport, en voor alles in het leven, de betekenis van succes. De glorie van ons voetbal was tot dusverre het succes. Als dat uit is, definitief uit, dan gaat de glorie ook gauw verloren en daarmede de vreugde en het nut, die deze mooie en populaire sport zo ruimschoots gebracht hebben. J. HOVEN.

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1950 | | pagina 3