Het Nederlands elftal tegen Zwitserland Nuttig oefenpartijtje tegen Middlesex Wanderers 5 Rotterdam blijft zich in razend tempo van de felle oorlogsrampen her stellen, steeds meer huizen, betere straten, moderne autowegen en een steeds betere verkeersregeling voor een bezoek aan het Feijenoord-stadion, waar j.l. Woensdag, ondanks het zonderlinge aanvangsuur half vijf! een 40.000 kijkers de „voorlopige" Nederlandse ploeg in actie zagen tegen een ploeg Britse amateurs die uitkwamen onder de naam Middlesex Wanderers. Typisch toch die Britten! Het zijn alle voetballers met een behoorlijke tech niek en ook deze Engelsen vertoonden een behoorlijk veldspel. Maar hun spel had twee cardinale zwakheden: de aanval was onproductief en vrijwel schotloos en de verdediging werd bij gevaarlijke aanvallen nerveus en onzeker. Zo had deze Britsche combinatie de schijn van een goed elftal te zijn, doch in werkelijkheid was het allesbehalve doelmatig voetbal dat zij liet zien en zouden de meeste Nederlandse eerste klasse ploegen ook een goede kans ge had hebben deze overigens zeer faire en prettig spelende trainingspartner te kloppen. Er zijn vier goals door het voorlopig Nederlands elftal gemaakt en eenmaal had de rechtsbinnen der Britten succes. Nederland kreeg zeker nog een half dozijn kansen om te doelpunten, doch ook de Britten, zouden, bij enigszins zuiverder en gelukkiger schieten, Kraak nog wel een paar keer hebben laten vissen. En zo werden er in de beide verdedigingen te veel fouten gemaakt, en bij de afwerking der aanvallen door de voorhoedes evenzeer, om van een goede wed strijd te kunnen spreken. Feitelijk waren er aan Nederlandse zijde maar vijf spelers, die volledig bevre diging schonken. Dat waren Kraak, Terlouw, Stoffelen, Lenstra en Rijvers. Doch óók De Graaf, al deed hij nog iets onwennigs, gaf van een zodanige aanleg blijk, dat we zijn verkiezing gemotiveerd achtten, temeer daar er nu eenmaal geen betere rechtsbuiten-spelers aan te wijzen zijn. Tenslotte achtten we Mesman, ondanks positieve tekortkomingen, heel verdienstelijk. Zijn begin was zwak, doch in de tweede helft herstelde hij zich en deed toen herhaaldelijk goede dingen. We hebben ons echter, toen we in Amsterdam teruggekeerd, telefonisch het elftal vernamen, toch wel enigszins verbaasd. Wij vonden Van Schijndel en Clavan onvoldoende. De eerste is te langzaam geworden, de Hagenaar doet vaak individueel handige dingen, doch zijn spel is niet af en zeer onproductief. Hij komt nooit tot goede voorzetten waar het binnentrio iets aan heeft. Van Melis was een mislukking. De nieuwe elftal-commissie moet wel zéér overtuigd zijn dat hij heel veel beter kan spelen. Wat hij er nu van terecht bracht leek naar niets. De kans, die hij kreeg bij het derde doelpunt, was er een, die niet mis kon. Het aantal verknoeide kansen van hem was groot en van spelverdeling was niets te merken. Daarbij is hij te nietig, zoals eigenlijk de gehele aanval te licht is. Dat was geen ernstig bezwaar tegen deze volkomen fair en vrijwel zonder aanwending van lichaamskracht spelende Britten, maar dat zal tegen Zwitserland, dat fors en zelfs vrij hard spel levert, een geduchte handicap blijken. Zo ooit, dan was er volop aanleiding om tenminste als aan valsleider een forsere figuur, die beter schieten kan, te kiezen, waarbij we aan de oud-internationals Roosenburg van Sneek en Roozen van Haarlem denken. We geven toe, deze twee spelers hebben herhaaldelijk teleurgesteld, zodat het verklaarbaar was dat getracht werd voor hen plaatsvervangers te vinden. Ja, als Wilkes er nog was en Michels, geheel fit en uitgerust beschikbaar zou zijn, dan zou men niet naar de Sneeker of de roodbroek terug behoeven te grijpen. Thans echter lijkt ons het, na zulk een slecht debuut, een ongewenst experi ment met de Eindhovenaar. Er waren ook verder nog wel andere mogelijkheden, doch we weten toch ook wel, dat de werkelijke sterren heel dun gezaaid zijn aan ons lichtelijk berooide voetbalfirmament. De wil het goed te doen is er, de ploeg zal met de vaste wil naar Bazel gaan er het beste van te maken. Ze zullen het tegen de Zwitserse grendelaars (wier 22 tegen de Olympische kampioenen wel zeer imponerend was en van grote kracht getuigt!) niet gemakkelijk krijgen. J. HOVEN.

AJAX ARCHIEF

Programmaboekjes (vanaf 1934) | 1950 | | pagina 5